Upload
others
View
2
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Poitou-Charentes
Een streek vol contrasten
REISWERELDMagazine
Speciale editie
Tussen land en oceaan ligt Poitou-Charentes, een streek vol contrasten en met heel wat troeven. Van het romaanse erf-goed in de hoofdstad over Futuroscope, de oude wijken van La Rochelle, het uitgestrekte Marais Poitevin, het Île de Ré en het Île d’Oléron, de Villes d’Art et d’Histoire, de wijngaarden en de distilleerderijen van het pays de Cognac en Angoulème, de internationale hoofdstad van het stripverhaal, tot de oesterdorpjes aan de kust… Je maakt een reis door de tijd doorheen een steeds veranderend landschap. Voeg daarbij een gevarieerde gastronomie en een gemakkelijke bereikbaar-heid en je begrijpt meteen waarom Poitou-Charentes zonder twijfel de lievelingsbestemming is van wie houdt van het goede leven. We nemen je mee op ontdekking naar de verschillende facetten van dit departement dat charme en diversiteit ademt en waar natuurlijk nog veel meer te ontdekken valt…
Paysage de la Creuse Limoges Tulle
Ligging, bereikbaarheid en info• Poitou-Charentes wordt in het noorden omsloten door het Pays-de-la-Loire, in het oosten en
het zuiden door de Limousin, de Dordogne en de Aquitaine en in het westen door de Atlantische
Oceaan. Het bestaat uit 4 departementen: de Vienne, de Deux-Sèvres, de Charente-Maritime en
de Charente.
• Poitou-Charentes is heel gemakkelijk te bereiken vanuit België:
-Via de weg: neem de autosnelweg Paris-Orléans-Tours, ongeveer 570 km tot Poitiers vanaf de
Belgische grens (reken op 6,5 uur rijden met tussenstops en € 44 voor het tolgeld).
-Met de trein: er rijdt een hogesnelheidstrein van Brussel-Zuid naar Poitiers (ongeveer 3 uur
en 20 minuten) en Angoulème (3 uur en 45 minuten), je hoeft niet over te stappen in Parijs. Heel
snel en bovenal heel handig! In Poitiers en Angoulème huur je een wagen (kantoren in/naast het
station).
-Met het vliegtuig: van de lente tot de herfst vliegt de lagekostenmaatschappij Ryanair van Char-
leroi naar La Rochelle (vlucht van ongeveer een uur). Handig om bijvoorbeeld een korte vakantie
naar de Charente-Maritime (La Rochelle, Île de Ré, Île d’Oléron, Rochefort…) te organiseren.
• Meer info, leuke tips voor unieke verblijven, charme-adresjes, plekjes in het groen...:
www.poitou-charentes-vacances.com
2 • www.reiswereldmagazine.be
Oléron
Marais Poitevin Oléron
La Rochelle
Cognac Poitiers
La ViennePoitiers, regionale hoofdstad
Al in de eerste eeuw voor Christus was de
historische site Poitiers bewoond. In die tijd
stond hier een Gallo-Romeinse stad. De
strategisch gelegen site lag aan de samen-
vloeiing van twee stromen en werd volledig
omring door water. Vandaag is dit plateau
een ‘Secteur Sauvegardé’ rijk aan romaans
erfgoed, een getuige van het machtige ver-
leden en de uitstraling die Poitiers in de
middeleeuwen had. De universiteitsstad,
geklasseerd als ‘Ville d’Art et d’Histoire’,
kende een bewogen verleden met grote
veldslagen en markante figuren zoals Eleo-
nora van Aquitaine. Zij maakte van Poitiers
een Engelse hoofdstad en stierf er ook. Een
van haar erfenissen is het ‘Palais de Jus-
tice’. Dit gebouw staat boven in de oude
stad. Al in de 12de eeuw liet Eleonora het
paleis daar bouwen, vandaag zijn hier de
rechtbanken ondergebracht. Er werd een
neoklassieke gevel aan toegevoegd die
nog verrassender is als je het gebouw bin-
nengaat. Daar ontdek je de ‘Salle des Pas
perdus’. Hoewel er heel wat veranderingen
aangebracht werden aan de zalen van het
oude paleis om ze aan te passen aan de
noden van vandaag, is het grote bouwwerk
nagenoeg onveranderd gebleven sinds de
tijd van Eleonora, op de muur achteraan
na, die in de 14de eeuw in een nieuw jasje
in flamboyante gotiek werd gestopt.
Voor een beter beeld van het originele as-
4 • www.reiswereldmagazine.be
De ‘Salle des Pas Perdus’
De kathedraal
Het originele aspect van het middeleeuwse paleis (rue des Cordeliers)
Grand Rue
6 • www.reiswereldmagazine.be
pect van het middeleeuwse paleis ga je naar
de Rue des Cordeliers, waar je de zuidelijke
gevel ziet met daarnaast enkele overblijfse-
len van een Gallo-Romeinse muur.
Maak een korte wandeling naar de vlak-
bij gelegen grote Place Charles de Gaulle,
waar de ‘parel’ van Poitiers staat: de Notre-
Dame la Grande, een meesterwerk van het
romaanse erfgoed van de stad en zelfs van
de hele streek. Voor de Franse Revolutie
telde Poitiers ongeveer 50 historische ker-
ken. Slechts tien doorstonden de tand des
tijds. Maar van alle gebouwen is de Notre-
Dame la Grande (11de-12de eeuw) zonder
twijfel de mooiste, met een prachtige gevel
die helemaal opgesmukt is met beeldhouw-
werken. Op zomeravonden (en met Kerst-
mis) wordt het meesterwerk een kwartiertje
in een prachtig licht gezet, een schouwspel
dat heel wat kijklustigen naar de esplanade
trekt, waar ook de Dienst voor Toerisme ligt.
Vroeger was de Grand Rue de hoofdader
van de stad. Al in de Gallo-Romeinse pe-
riode liep de straat de heuvel op vanaf de
rivier naar het hart van de stad. Vandaag is
de Grand Rue nog steeds een lange straat,
maar is ze een stuk minder belangrijk ge-
worden. Er wonen vooral studenten en je
vindt er heel wat handwerkwinkeltjes. Hal-
verwege begint een nieuwe wijk, de kathe-
draalwijk, die zich uitstrekt naar het lagere
stadsdeel, waar het rustiger is, veel min-
der winkeltjes zijn en het chiquer is om te
wonen. Ook cultuur is in deze wijk belang-Notre-Same la Grande
8 • www.reiswereldmagazine.be www.reiswereldmagazine.be • 9
rijk, want hier vind je de grootste musea: het Mu-
sée Sainte-Croix, gewijd aan archeologie en schone
kunsten, het planetarium en de Espace Mendès-
France, in het teken van wetenschap. En daar staat
dan de kathedraal, een beetje gedrongen aan het
geplaveide voorplein. Ze werd gebouwd tussen de
12de en de 13de eeuw en heeft een mooi driedub-
bel portiek in de stijl Île de France. De rest van het
gebouw is opgetrokken in gotische Plantagenêtstijl,
zonder steunbogen maar met massieve steunberen
die het geheel een zwaarder uitzicht geven dan de
kathedralen van Reims of Amiens. Ook het interieur
verrast: hier haalt de breedte het op de hoogte, de
muren met boogjesrijen doen denken aan de ‘Salle
des Pas perdus’ van het oude paleis van Eleonora. Je
aandacht wordt vooral getrokken door drie elemen-
ten: het originele glasraam met de Kruisweg, de grote
18de-eeuwse orgels (met 3025 pijpen, het op een na
grootste van Frankrijk, na dat van de Notre-Dame van
Parijs) en de koorstoelen uit de 13de eeuw.
Achter in de kathedraal vind je de ‘baptistère Saint-
Jean’, een doopkapel die teruggaat tot de 5de en de
6de eeuw, de tijd van de eerste christenen. Onder de
Merovingers (7de-9de eeuw) werd de kapel herwerkt
en sindsdien nog enkele keren vergroot en omge-
vormd, maar hij blijft niettemin de oudste doopkapel
van Gallië en een van de weinige voorbeelden van
bouwwerken die dateren van voor 1000 en nog in
goede staat zijn. Tot in de 11de eeuw werd hij nog
gebruikt om te dopen, later werd hij parochiekerk,
na de Franse Revolutie raakte de kapel in verval.
Hij zou afgebroken worden, maar werd op het laat-
ste nippertje, halverwege de 19de eeuw, toch nog
gered door de overheid, die er een Merovingisch
Museum van maakte met enkele muurschilderingen
en doodskisten.
Er lopen nog tal van wandelingen langs de vele pa-
reltjes die Poitiers verbergt. Drie bewegwijzerde wan-
delingen langs een wandelpad met kleuren die op de
grond zijn aangebracht, zorgen ervoor dat je op je eigen
tempo de belangrijkste monumenten (blauw) of houten
huizen (geel) kan bezichtigen. In de zomer wordt de
wandeling ‘balade à la tombée des étoiles’ (wandeling
in het licht van de sterren) georganiseerd.
Je kunt het erfgoed in de kathedraalwijk gratis bezich-
tigingen met een gids.
De wandeling wordt afgesloten met de ‘Polychromies’.
Het programma van heel wat andere wandelingen vind
je op de website www.ot-poitiers.fr
Poiti
ers
Het stadhuis Notre-Dame la Grande De kathedraalwijk
De Futuroscope
De futuristische aanblik zou het haast doen vergeten,
maar de Futuroscope is het oudste pretpark van Frank-
rijk. Het werd ingehuldigd in 1987 en ligt tegenwoordig
midden in een wetenschapspark waar 15.000 mensen
werken en in 2009 1,7 miljoen bezoekers werden ver-
welkomd. Het is helemaal niet het puur wetenschap-
pelijke (en dus ernstige) park waar velen het voor hou-
10 • www.lejournaldelevasion.be
den, de Futuroscope is zeker speels ingericht, maar
combineert op voortreffelijke manier ontspanning met
een leerrijke ervaring. Saai is het er allerminst, er wordt
op gelet dat een deel van de attracties jaarlijks wordt
vernieuwd. Hier maak je kennis met robotica, je laat je
wiegen door een reuzegrote robot. Met ‘Arthur’ (en de
Minimoys) duik je in de wereld van 4D. Je kunt er zelfs
voelen (zoals een beetje spuug van een rat dat je echt
op je gezicht voelt). Kinderen zijn er dol op… De ou-
ders ook. En wees gerust, je wordt stevig door elkaar
geschud.
Midden in de Cristal, het symbool van het park dat nog
even hip is als toen het hier werd neergezet, staat een
scherm van 600 m², even hoog als een gebouw met 7
verdiepingen, waarop uitzonderlijke films geprojecteerd
worden. Dit jaar zie je afwisselend ‘Van Gogh, een kleur-
rijk portret’ en ‘Blues op de Louisiana’. Twee nieuwig-
heden dit jaar die je meenemen voor een nieuwe blik op
het leven van de schilder (je ‘stapt zijn werk binnen’ en
wandelt door de landschappen die hem inspireerden)
en je ontdekt de rivierarmen en de broze omgeving van
de Louisiana. Een heel actuele getuigenis ten voordele
van dit unieke natuurerfgoed!
We vermelden ook het ‘Tapis Magique’, voor je ogen… en
onder je voeten wordt ‘Voyageurs du ciel et de la mer’ ge-
‘Le Mystère de la Note bleue’
‘Chocs cosmiques’
‘Sous les mers du monde’
D-JBOX-Linh/Galatée Films SA / M
athieu Simonet
‘Voyageurs du Ciel et de la Mer’
De ‘Astromouches’
© 2
009
Euro
paCo
rp –
TF1
Film
s Pr
oduc
tion
– Ap
ipou
laï
Prod
– A
vala
nche
Pro
duct
ions
Imag
es e
t Effe
ts 3
D –
BUF
© F
utur
osco
pe © Futuroscope
© F
utur
osco
pe©
Fut
uros
cope
projecteerd. Door de twee 700 m² grote schermen beleef je
een vogelvlucht mee of kun je zwemmen met walvissen!
Alles samen zijn er 25 tot 30 attracties, voorstellingen
en tentoonstellingen, afhankelijk van het seizoen. Het
park zelf is 60 ha groot; er werd ook aan de allerklein-
sten (‘Le Monde des Enfants’ biedt spelletjes voor kin-
deren vanaf 3 of 4 jaar) en de mindervaliden gedacht.
De nieuwe avondshow in de openlucht is echt wel de
moeite om hier wat langer te blijven hangen: ‘Le Mys-
tère de la Note bleue’ laat de confrontatie zien tussen
twee dj’s, een echte en een virtuele, die op zoek gaan
naar de muzikale perfectie. Vuurwerk, een voorstelling
op het water, projecties op fonteinen en muziek zijn goed
voor een 20 minuten durend daverend spektakel…
Ook op je bord gaat de ontdekking van de toekomst
verder. In de Futuroscope zijn er verschillende restau-
rants, maar ook de Cristal is goed voor een onverge-
telijke ervaring: proef de moleculaire keuken, de ‘keu-
ken van de toekomst’. Al enkele jaren gaan in dit park
wetenschap en koken hand in hand, chefs kunnen hier
nieuwe gerechten bedenken die je amper tien jaar ge-
leden niet voor mogelijk hield: parels met een vloeibaar
hart, emulsies, schuimpjes, kant… Je smaakpapillen
staan voor een uitdaging dankzij de fysisch-chemische
behandelingen op basis van 100 % natuurlijke elemen-
ten. Het menu ‘Een voorsmaakje van de toekomst’ is
geïnspireerd op bepaalde attracties en laat je kennis-
maken met champignons als mousse, opgediend met
een gestoofde escalope van foie gras en een fruitige
tartaar met morieltjes. De chefs, onder leiding van Noël
Gutrin, hebben verbeelding genoeg, op de kaart staan
originele en overheerlijke suggesties!
Voor de prijzen (forfait: ingang + 1 overnachting + ont-
bijt vanaf € 48 per persoon voor een gezin van 2 vol-
wassenen en 2 kinderen) en andere info:
www.futuroscope.com
De ‘Cristal’, het symbool van het park
Futuroscope
12 • www.reiswereldmagazine.be
14 • www.reiswereldmagazine.be www.reiswereldmagazine.be • 15
De Deux-SèvresNiort, toegangspoort tot de Marais Poitevin
Het historische hart van de stad ligt aan de rivier de
Sèvre Niortaise, die ooit een enorm groot handels-
belang had. Pramen voeren stroomopwaarts tot Ni-
ort, met aan boord handelsgoederen ingeladen in La
Rochelle, waaronder huiden uit de Nieuwe Wereld die
plaatselijk behandeld werden. Deze ooit zo winstge-
vende activiteit bestaat vandaag niet meer: de laatste
zeemleerhandel sloot in 1970 de deuren. Vandaag is
Niort de ‘hoofdstad’ van de mutualiteiten (de grootste
maatschappijen hebben hier hun hoofdzetel).
Dit vestingdorp was eeuwenlang Engels, met name in
de tijd van Eleonora van Aquitaine. Haar zoon Richard
Leeuwenhart liet de indrukwekkende donjon bouwen
die boven de rivier uittorent. Het is de laatste getuige
van de middeleeuwse macht van de stad en is van-
daag een museum (archeologie, traditionele regionale
klederdracht…). Tegenover de donjon liggen de hallen
(1869), waar op donderdag, zaterdag en zondagoch-
tend de markt wordt gehouden.
De stad werd gebouwd op twee heuvels, elk stads-
deel kreeg een kerk. Tussen de twee (Rue Victor Hugo)
loopt een esplanade waar vroeger de overdekte hallen
lagen. Het krioelde op deze sombere en slecht ver-
luchte plek van de eetstalletjes, het volk en de ‘schurk-
jes’. Uiteindelijk werd alles afgebroken omdat het er te
ongezond was geworden. Maar dit is nog steeds een
handelswijk.
Langs de vele straatjes naar Saint-André ontdek je
mooie huizen (soms in hout) en de renaissancistische
Pilori, het vroegere stadhuis dat tegenwoordig een ten-
toonstellingsruimte is. In de Rue Ricard kronkelen de
ruggen van 4 draken aan beide kanten van de steeg.
Naar verluidt woonde in het nabijgelegen moeras een
zeemonster dat de stad terroriseerde, tot een moedige
ridder hem vloerde…
Op weg naar de andere kant van de oude stad en de
église Notre-Dame kom je langs het ‘nieuwe’ stadhuis
(1901). De hogergelegen Notre-Dame (15de-16de eeuw)
heeft een prachtig portiek maar het lijkt alsof ze wat
plaats tekort heeft, daar op het voorplein. Daal af naar
de Sèvre Niortaise en de ‘Coulée Verte’, een wandeling
over het oude jaagpad langs de stroom naar de Marais
Poitevin, die je trouwens ook te voet of met de fiets kunt
doen. De tocht voert je naar La Roussille, een van de 8
sluizen die voor Niort werden gebouwd om het teveel
aan water beter te kunnen beheren. De Sèvre vertakt
zich hier, over de stroom zijn bruggetjes gebouwd, met
daartussen uitspanningen. Een gezellig plekje, waar je
al een voorsmaakje krijgt van de Marais…
Voor meer info: www.niortourisme.com
Arçais
www.reiswereldmagazine.be • 17
De Marais Poitevin, het groene VenetiëKreeg de Marais deze bijnaam omdat alles er groen is,
de velden, de bomen, zelfs het water dat je overal tegen-
komt op deze prachtige beschermde plek (en dat bo-
vendien vaak bedekt is met een… groen laagje algen)?
Of omdat er zoveel kanalen doorheen lopen?
De 18.533 ha van de Marais Poitevin, het tweede groot-
ste vochtige gebied van Frankrijk (na de Camargue),
strekken zich uit over 3 departementen en bestaan uit
verschillende soorten moerassen: modderpoelen (zee-
moeras) en kwelders, drooggelegd moeras, een soort
polders die gekanaliseerd zijn om ze te kunnen bebou-
wen, en vochtige moerassen die in de winter overstro-
men.
Het moeras is dus niet helemaal natuurlijk ontstaan, de
mens heeft het landschap doorheen de eeuwen vormge-
geven, in functie van zijn behoeften. Om een beter idee
te krijgen van de verschillende sectoren, de historische
evolutie van het gebied, de broosheid en de liefde van
de bewoners voor hun omgeving, is een bezoekje aan
het ‘Maison du Marais’ (in Coulon) de geknipte aftrap
van je bezoek. De grote maquette met verlichting, een
diavoorstelling, geluid en interessante begeleiding is een
pluspunt.
De complexe site, de weinige wegen die erdoorheen lo-
pen en de vele kanalen maken dat je niet veel mogelijk-
heden hebt om het moeras te bezoeken. Je trekt van
dorp naar dorp, met de wagen of, vooral, met de fiets
(er zijn heel wat bewegwijzerde fietspaden en dus meer
mogelijkheden om een bezoekje te plannen) of de boot.
Er zijn ook dorpen die rondvaarten met een platbodem
organiseren. Vroeger hadden bij alle gezinnen zo’n boot,
die toen het enige vervoermiddel was om naar de akkers
te raken. Vandaag is deze boot nog steeds heel handig
en wordt hij vooral gebruikt om vee en landbouwprouc-
ten van de eilanden te vervoeren.
In het laagseizoen is het in deze dorpjes heel rustig,
maar zodra het hoogseizoen aanbreekt, worden ze stor-
La Roussille
La Garette
Coulon
Arçais
De Marais Poitevin op de fiets
Er bestaan kaarten met fietsroutes en wandelpa-den waarmee je de Marais Poitevin veel beter en grondiger kunt doorkruisen dan met de wagen. In totaal lopen er 800 km bewegwijzerde en be-veiligde paden, waarvan 300 door het vochtige moeras van Les Deux-Sèvres. Ontdek op heel wat manieren het natuurlijke en architecturale erfgoed van dit uitgestrekte en sinds 2009 bes-chermde gebied ‘Grand Site de France’.«La Bicyclette Verte» verhuurt fietsen, maar biedt ook arrangementen met overnachting en andere verblijven op maat, maar altijd met de fiets.Meer info: www.bicyclette-verte.com
18 • www.reiswereldmagazine.be www.reiswereldmagazine.be • 19
menderhand ingenomen. Dat is ook zo voor Coulon, dat
ongetwijfeld het meest toeristische dorp is. Er staat een ro-
maanse kerk met een preekstoel die buiten staat, tegen de
klokkentoren aan. Deze unieke manier van bouwen zorgde
ervoor dat de pastoor ook tijdens de overstromingen de
mis kon opdragen. De boten meerden aan aan ringen die
aan de muren van het gebouw waren bevestigd. De hos-
ties werden in een mandje naar beneden gelaten…
Een ander dorpje dat ook erg in de smaak valt bij de
toeristen, is La Garette, een straatdorp. De kleine huis-
jes werden trapsgewijs gebouwd, een verdieping op
straathoogte en een tuintje dat uitgeeft op de tweede
verbindingsweg, de rivier (die vroeger ook ‘waterstraat’
genoemd werd).
Vlakbij ligt ‘Le Paradis’, een plekje verscholen in een val-
lei doorspekt met kanalen waardoor kleine percelen ont-
staan. Hier ligt een heel charmant gastenverblijf, de eige-
naars organiseren avondlijke boottochtjes en vertellingen.
Een aangenaam oord (www.gite-le-paradis.com)!
Wil de je moerassen op een bijzondere manier ontdek-
ken vanop de boot, trek dan naar Arçais, een van de
‘ongerepte’ dorpjes, stap aan boord van de Bardet. En-
kele oudgedienden voeren je over de kanalen, vertellen
heel wat anekdotes over het leven van de mensen hier
voor de auto zijn intrede deed…
Voor meer info over de Marais Poitevin, de verschillende
wandeltochten, bezienswaardigheden en overnachtings-
mogelijkheden, tips over leuke verblijfjes:
www.niortmaraispoitevin.com
www.emotion-marais-poitevin.fr
Arçais
De Charente-MaritimeLa RochelleDeze zee- en havenstad werd in de 10de eeuw gesticht.
La Rochelle was geen dorp van zeevissers, maar van
handelaars die vooral fortuin maakten met het verkopen
van wijn en zout en dankzij de privileges die zij van Ele-
onora van Aquitaine in de 12de eeuw hadden gekregen.
De zelfstandige, actieve en kosmopolitische stad groeide
heel snel en er werden walmuren aangelegd. De ontdek-
king van Amerika en later de handel met de Nieuwe We-
reld zorgde voor een nog grotere welvaart in het dorp. Uit
de Franse Antillen werden koffie, cacao, vanille, indigo…
aangevoerd. Uit Canada kwam bont.
Maar de vrijheden van deze protestantse stad waren Lo-
dewijk XIII een doorn in het oog. Hij belegerde de stad in
1627 en 1628. De hongerige inwoners gaven zich uitein-
delijk over en de koning liet de versterkingen afbreken.
Maar niet de twee torens uit de 15de eeuw, die staan nog
Het ‘Musée du Nouveau Monde’ De ‘Tour de la Grosse Horloge’
20 • www.reiswereldmagazine.be www.reiswereldmagazine.be • 21
steeds aan de Vieux Port. Je kunt ze bezoeken, geniet
er van het prachtige uitzicht.
De Vieux Port is omzoomd met huizen uit het einde van
de 17de en de 18de eeuw. Ze vormen een mooi archi-
tecturaal geheel, wat vooral interessant is voor de vele
restaurants. De ‘Bus des Mers’, die op zonne-energie
rijdt, brengt je naar de Minimes, de jachthaven (en de
grootste Europese jachthaven aan de Atlantische kust!)
van La Rochelle.
De oude stad heeft de middeleeuwse plattegrond be-
houden en is naar de zee gericht (alle handelsstraten lei-
den trouwens naar zee). De opbouw van de stad wordt
gekenmerkt door drie grote periodes: de middeleeuwen
met houten huizen, de renaissance met mooie huizen
versierd met standbeelden en andere bas-reliëfs, en de
18de eeuw met prachtige U-vormige herenhuizen.
Als je van de Vieux Port komt, kom je de stad binnen via
Goed om te wetenLa Rochelle telt nog andere musea die een be-zoekje zeker waard zijn. Zo zijn er het «Muséum d’Histoire naturelle» (met een verrassend rari-teitenkabinet), het «Musée du Flacon de parfum» of het «Musée des Automates et des Modèles réduits».De stad is bovendien de hoofdstad van de wa-tersport. Er zijn zeilscholen, je kunt er boten en jetski’s huren, cruises op maat boeken en boot-tochtjes naar de Îles de Ré, d’Aix of d’Oléron doen, waarbij je langs Fort Boyard komt…De Dienst voor Toerisme organiseert rondlei-dingen (dagelijks, behalve op zon- en feest-dagen, in juli en augustus) en een ‘Ronde de Nuit’ (avondwandeling in de voetsporen van een nachtwaker, op donderdag, van eind juni tot half september).
De torens van de ‘Vieux Port’
De ‘Vieux Port’
De 18de-eeuwse wijk
22 • www.reiswereldmagazine.be
Je verplaatsen
Aan de rand van de stad zijn grote parkeerter-reinen aangelegd, laat daar je wagen achter en neem een pendeldienst naar de Vieux Port.Ook om je in de stad te verplaatsen, zijn er verschillende mogelijkheden waarvoor je geen wagen nodig hebt:-Bootjes pendelen tussen de Vieux Port en de Port des Minimes-Er worden ‘gele fietsen’ verhuurd (de eerste twee uur zijn gratis)-Er zijn ook elektrische voertuigen te huur.-Pendelbussen zijn een makkelijk alternatief om je in de stad te verplaatsen.
Voor meer info
Dienst voor Toerisme (tegenover het aquarium) www.larochelle-tourisme.com
de Tour de la Grosse Horloge, een van de oudste toe-
gangspoorten van de stad. De toren zit wat gewrongen
tussen twee huizen die hier werden opgetrokken nadat
de walmuren werden neergehaald. Je bereikt de 18de-
eeuwse wijk via de Rue Chef de Ville en daarna de Rue
Admyrauld, waar mooie bogen staan waaronder vroe-
ger winkeltjes lagen, zoals in de meeste straatjes van
het historische hart van de stad. Toch vind je hier maar
weinig winkels, dit is een gegoede buurt, residentieel en
vroeger erg geliefd bij rijke handelaars die hier mooie he-
renhuizen lieten neerzetten. Achter de gevels en de grote
poorten liggen pareltjes verborgen met een voor- en een
achtertuin. Stap de oude kamer voor koophandel bin-
nen, waar vandaag de rechtbanken ondergebracht zijn,
en snuif de geur van vroeger op. Dit was ooit een heel
belangrijk gebouw, daarom is het zo rijkelijk versierd.
Handelaars kwamen hier verkopen bezegelen en een
‘deel’ van de boot verwerven (vaak hadden vaartuigen
meerdere eigenaars). Maar het is vooral een bezoekje
aan het Musée du Nouveau Monde (Rue Fleuriau) in een
van de oude 18de-eeuwse herenhuizen dat je laat zien
hoe rijk de eigenaars wel waren en hoe belangrijk de
handel met Amerika en de kolonies wel was.
Het museum ligt midden in de handelswijk, waar
je enkele mooie renaissancegevels bewondert en
verschillende houten huizen met een leien dak op-
merkt. Dit is trouwens typisch voor hier, de leien da-
ken beschermden het hout van de huizen tegen de
vochtige lucht en de schimmel (met name in de Rue
des Merciers). Rond de overdekte hallen wordt hier
elke ochtend markt gehouden. In de vele straatjes,
die ook vaak zijn omzoomd met booggewelven, ligt
het stadhuis, dat er zowaar uitziet als een versterkte
burcht en een 15de-eeuwse gevel heeft die zo mooi
versierd is dat wel duidelijk is dat dit een heel rijke
stad was.
De prachtige Rue Saint-Sauveur leidt naar een mooie
kerk uit de 17de en de 18de eeuw, de klokkentoren
overleefde de middeleeuwen. La Rochelle telt geen
enkele middeleeuwse kerk meer, de stenen van deze
gebouwen werden tijdens de godsdienstoorlogen
gebruikt om de stad te versterken. Torens zijn er
daarentegen wel nog, waaronder deze dus…
Aan de overkant loopt een bruggetje over een ka-
naal. Je verlaat de middeleeuwse wijk en gaat naar
het eilandje Saint-Nicolas, een gezellige wijk met
kleine eethuisjes en winkeltjes met ambachtswerk en
decoratie. Helemaal aan het eind ligt de Gabut, een
Deens aandoende wijk met kleurrijke houten huizen
die zo’n twintig jaar geleden werden opgetrokken.
Hier ligt de Dienst voor Toerisme en de belangrijkste
trekpleister van La Rochelle: het aquarium, een van
de grootste van Europa.
Het aquarium van La Rochelle
In dit schip van hout en glas dat op de kaaien is
neergezet, staan 70 waterbekkens (met 3 miljone
litter zeewater!) waarin 12.000 zeedieren zwem-
men die afkomstig zijn uit alle continenten. Volg
de wandeling, duik in de onderwaterwereld van de
www.reiswereldmagazine.be • 23
Het aquarium van La Rochelle
© A
quar
ium
La
Rocje
lle S
AS©
Aqu
ariu
m L
a Ro
cjelle
SAS
© A
quar
ium
La
Rocje
lle S
AS©
Aqu
ariu
m L
a Ro
cjelle
SAS
Het île de Ré
18.000 mensen wonen op het 83 km2 grote Île de Ré,
een aantal dat in de zomer vertienvoudigt.
Het eiland is 30 km lang en 4 km breed op het breed-
ste gedeelte. De strook land wordt in werkelijkheid ge-
vormd door enkele eilandjes die de mens met elkaar
en met een tolbrug ook met het vasteland heeft ver-
bonden. Ongetwijfeld is het door het tolgeld voor deze
brug (€ 9!) dat het eiland zijn authentieke karakter en
elitaire reputatie heeft kunnen behouden. Het eiland
is erg geliefd bij de jetset en heel wat ‘people’ heb-
ben een villa in het noorden, in Portes-en-Ré dat een
prachtig strand (Trousse-Chemises) en een dennen-
bos heeft. Er zijn ook drie weelderige thalassocentra
opgericht, in La Flotte, Ars en Sainte-Marie.
Deze streek werd verwoest door de Noormannen,
was ooit het schouwtoneel voor conflicten tussen de
Fransen en de Engelsen en later tussen de katholie-
ken en de protestanten… Het eiland had dus recht op
een vestingdorp van Vauban, zodat het maar liefst vier
24 • www.reiswereldmagazine.be www.reiswereldmagazine.be • 25
zeeën en de oceanen en ontdek ze allemaal.
Gaandeweg warmt het water op, krijgen de
vissen meer kleur, verandert de omgeving
en ook het achtergrondgeluid… In een tun-
nel van 360° stap je de Atlantische Oceaan
binnen. Geniet rondom van het ballet van de
kwallen. Een van de reuzenaquaria is volledig
ingepalmd door haaien. Terug boven water,
aan het eind van de ontdekkingstocht, staat
een tropische serre van 450 m², waar lianen,
vanille, kaneel, vleesetende planten en andere
prachtige orchideeën groeien. Het Aquarium
is daarnaast ook een studiecentrum en een
centrum voor het behoud van zeedieren. Hier
worden zieke of gewonde zeeschildpadden
verzorgd en verschillende pedagogische en
sensibiliseringsactiviteiten opgezet in de labo-
ratoria, amfitheaters en tentoonstellingsruim-
ten. Achter de schermen zorgt een team van
biologen, verzorgers, technici over deze bij-
zondere onderwaterwereld …
Het Aquarium is dagelijks geopend van 9.00
(van april tot juni en in september) of 10.00 u
tot 20.00 of 23.00 u (in juli en augustus). Vrij te
bezoeken, met of zonder audiogids. Pluspunt:
het Aquarium heeft een speciaal kinderbe-
zoek, ze krijgen een eigen audiogids (hun gids
is een kleine zeeschildpad), er zijn borden met
uitleg op hun hoogte geplaatst en onderweg
zijn heel wat speelse accenten gelegd…
Op de bovenste verdieping: restaurant met
panoramisch uitzicht op La Rochelle!
Voor meer info:
www.aquarium-larochelle.com
© A
quar
ium
La
Rocje
lle S
AS©
Lan
ceau
/ Aq
uariu
m L
a Ro
cjelle
SAS
St-Martin-de-Ré
St-Martin-de-Ré
maanden van belegering zou doorkomen. Vandaag
is het hier uiterst rustig (in de zomer weliswaar wat
minder). De wijngaarden bekleden een prominente
plaats. De zouttuinen zie je er nog, maar de zoutzie-
ders zelf, die niet meer van het zout konden leven,
hebben zich dan maar op de landbouw (het eiland
staat bekend om zijn aardappelen) en de oesterteelt
gestort. Er zijn er zelfs die het in de immobiliënsector
en het toerisme proberen. Op vele plaatsen kun je
dus bij een plaatselijke kweker halt houden en proe-
ven van wijnen, pineau en oesters. Moet je ook proe-
ven: rechtop gezette mosselen bedekt met dennen-
naalden. Ze worden in brand gestoken, de mosselen
gaan open en nemen de smaak van de dennen aan.
Een lekkernij!
Elke kant van het eiland heeft zijn specialiteit. De vier
havens, zowel vissers- als jachthavens, liggen in het
noorden. De stranden liggen in het zuiden, daar vind
je dus ook de meeste campings en vakantiehuisjes,
vooral rond Bois-Plage. Helemaal aan het eind ligt
het strand van la Conche, de place to be voor sur-
fers. De 57 meter hoge vuurtoren La Baleine staat op
het uiterste puntje van het eiland. Aan de voet van
de vuurtoren zie je een mooi voorbeeld van een sluis,
een visval die de vangst bij laagwater vergemakke-
lijkte en die je ook op het Île d’Oléron ziet. Het prin-
cipe is heel eenvoudig (maar vraagt veel onderhoud):
er wordt een concentrisch muurtje gebouwd dat het
water (en de vissen) tegenhoudt wanneer de zee zich
terugtrekt. Vroeger telde het eiland er meer dan 140.
Vandaag zijn er maar 10 meer over, en die zijn enkel
toegankelijk voor de eigenaars. Voor de anderen is er
het strandvissen, of het vissen te voet, op schaaldie-
ren en wilde oesters die je bij laagwater op de rotsen
vindt. Op het strand staan borden die je nog eens
wijzen op de regels die je hier in acht moet nemen,
de afmetingen en het maximum toegelaten gewicht.
Saint-Martin-de-Ré in het noorden is de ‘hoofdstad’
en wordt ook wel klein Saint-Tropez genoemd (met-
een een reden om de vastgoedprijzen de pan uit te
laten swingen). Het dorpje was ooit een belangrijke
handelshaven, hier vertrokken boten vol zout, wijn en
kabeljauw. Rijke handelaren lieten er mooie heren-
huizen bouwen die je vandaag nog steeds kunt be-
26 • www.reiswereldmagazine.be
Ecluse
www.reiswereldmagazine.be • 27
St-Martin-de-Ré
Ars-en-Ré
De vuurtoren ‘Les Baleines’
Zouttuinen Een «sleuis»
Ars-en-Ré
28 • www.reiswereldmagazine.be www.reiswereldmagazine.be • 29
wonderen op de kaden en achter de versterkte kerk in de kleine
Rue Merindot. Een van de oude huizen daar (16de eeuw) heeft
bijzonder goed bewaarde rode luikjes van de wijnhandelaren
(alle huisjes zijn hier wit en hebben grijze of groene luiken).
Saint-Martin is door de Unesco geklasseerd voor de versterkin-
gen. De stad had niet alleen een benijdenswaardige strategi-
sche ligging, het was ook de plek waar gevangenen op de boot
naar Guyana werden gezet na een verblijf in de gevangenis vlak
bij de walmuren.
Op weg naar Ars-en-Ré, ook zo’n drukbezocht dorpje in de zo-
mer, kom je langs het nauwste deel van het eiland, de Martray.
Wanneer de zee opkomt, lopen de moerassen onder en wordt
de weg door het water ingesloten. Tussen St-Martin en Ars,
voorbij Lilleau-des-Liges, ligt een beschermd vogelgebied waar
je de mooiste fietsroutes vindt door het moeras. Onderweg
kom je geen wegen en dus ook geen wagens tegen…
Het symbool van het dorp is de klokkentoren met een zwarte
spits. Hij is een landmerk voor de schippers en de kleur, die
schril afsteekt tegen het wit van de huisjes, is al van ver te
zien, zelfs in dichte mist. De kerk is ouder en heeft een mooi
romaans portiek.
La Flotte-en-Ré lijkt op Ars, maar gaat er prat op de mooiste
markt van het eiland te hebben. In de zomer is er dagelijks
markt op een ‘afgesloten’ marktplein, geplaveid met keien en
vol kleurige kraampjes…
Voor meer info: www.iledere.com
Het île d’OléronDe twee eilanden zijn bijna identiek, het microklimaat is er
heel aangenaam, ze zijn even lang en er loopt een brug
naar het vasteland. Maar Oléron is breder en het is met
175 km² het op een na grootste eiland van Frankrijk, na
Corsica. Bovendien is het eiland minder elitair en heeft
het de naam gezinsvriendelijker en minder duur te zijn.
En dat klopt, de prijzen liggen er lager, de brug is gratis
en je kunt er vooral in de openlucht kamperen (ongeveer
80 campings tegenover een twintigtal hotels, waarvan er
enkele het label ‘les pieds dans l’eau’ dragen). Je vindt er
vooral wijngaarden die pineau en cognac (de AOC loopt
tot hier) produceren, zouttuinen zijn er dan weer minder.
De oesterteelt is er dan weer wel sterk vertegenwoordigd,
verschillende havens specialiseren zich hierin en vullen
op deze manier de haven van Marennes op het continent
aan, waar meerdere producenten hun befaamde ‘fines de
claires’ verfijnen. Je kunt de kwekerij bezoeken en oes-
ters proeven. Typisch voor het landschap van dit eiland
maar ook voor Marennes zijn de kleine veelkleurige houten
huisjes aan de kanalen, waar vroeger de oesterkwekers
woonden. De Europese normen inzake hygiëne verbieden
het gebruik ervan, maar ze zijn blijven staan en behoren nu
tot het lokale erfgoed. Enkele van de hutjes, zoals in Port
des Salines, kregen een nieuwe bestemming als winkeltje
of drankgelegenheid aan het water, wat alweer bijdraagt
tot de charme van dit oord.
Ook hier zijn er grote verschillen tussen noord en zuid: oes-
terparken, bossen en moeras enemn het zuidelijke deel in
beslag, het noorden is vooral beplant met wijngaarden.
Hetzelfde zien we in het westen, waar de winderige stran-
den vooral mikken op surfen en zeilen, terwijl de stranden
in het oosten rustiger zijn.
De belangrijkste haven ligt in het midden van de westkust
en heeft niets gemeen met St-Martin-de-Ré. La Cotinière
is een heel actieve vissershaven, de zesde grootste van
het land inzake hoeveelheid en kwaliteit van de productie,
ondanks dat het een kleine haven is. Vroeger werd hier
enkel met sluizen gevist, dat was in die tijd voldoende om
de gezinnen te voeden. Je vindt ze bijgevolg overal op het
eiland. Vandaag zijn er maar 14 meer over.
St-Martin-de-Ré
St-Martin-de-Ré
Helemaal in het noorden, op de lage rotsen, staat de vuur-
toren van Chassiron. Er is een museum ondergebracht dat
je meer vertelt over de sluizen en de strandrovers. Je kunt
er leren koken met algen. De les begint op het strand, waar
je algen oogst die je daarna bereidt. Vanaf half juli worden
avondlijke bezoeken georganiseerd. Een piraat neemt je bij
de arm en vertelt je op een grappige manier over de geschie-
denis van de strandrovers in de buurt…
Het eerste dorp dat je in het oosten treft, is Saint-Denis-
d’Oléron, de belangrijkste van de drie jachthavens van het
eiland. Rondom liggen veelkleurige opslagplaatsen die tegen-
woordig cafés en restaurants zijn waar je natuurlijk verse vis,
oesters, mosselen en andere schaaldieren voorgeschoteld
krijgt. Het is er heel gezellig, op het strand staan kleurrijke
strandhutjes, de laatste van het eiland.
De volgende havens zijn St-Georges en Boyardville, die ge-
bouwd werden ter gelegenheid van Fort Boyard waaraan in
1804 begonnen werd. Het fort, dat in privéhanden is maar
verhuurd wordt voor filmopnames, kan niet bezocht worden.
Er zijn wel boottochten op zee die een rondje rond het fort
maken en terugkeren naar het Île d’Aix, dat bovendien ook
vestingen heeft en geklasseerd is als uitzonderlijk eiland (dat
enkel te voet of met de fiets te bezoeken is). In Boyardville
heb je verschillende mogelijkheden om een tochtje op zee
te maken, je kunt er kajaks huren waarmee je je op de kana-
len van het moeras kunt wagen. Regelmatige pendeldiensten
verzorgen de verbinding tussen de eilanden en La Rochelle.
In het zuidoosten van het eiland ligt een citadel die uittorent
boven de tot atelier en winkel omgebouwde hutjes. Zelfs Le
Château-d’Oléron is nog steeds een oesterhaven, maar flink
op weg om een jachthaven te worden. Oorspronkelijk stond
hier een kasteel, maar de stenen ervan werden gebruikt om
in de 17de eeuw de citadel te bouwen die de monding van
de Charente en de haven van Rochefort moest beschermen.
Vanaf het kleine fort van Louvoie, in de breedte gebouwd op het
eiland, werden kanonschoten gelost. Klim naar de top van de
vestingmuren (mooi uitzicht op de haven en de kust) en bezoek
vrij de enkele gebouwen die nog overeind staan en als tentoon-
stellingsruimte gebruikt worden. In de zomer lopen er avondlijke
bezoeken onder leiding van een gekostumeerde Vauban…
Voor meer info: www.ile-oleron-marennes.com
www.reiswereldmagazine.be • 31
Traditioneel huis van het île d’Oléron
La Cotinière
Strand van GatsoDe citadel van Château-d’Oléron
Saint-Denis-d’Oléron
32 • www.reiswereldmagazine.be
Saintes
Deze Ville d’Art et d’Histoire is absoluut een halte waard op weg naar
Cognac.
Bezoek de drie sectoren. Begin bij het district van het Romeinse amfi-
theater en de église Saint-Eutrope in het hogere stadsdeel.
Deze plek wordt al sinds de prehistorie bewoond. De Santons uit Cen-
traal-Europa stichtten hier rond 500 v.Chr. hun eigen gebied, Sainton-
ge. Pas in de 1ste eeuw v.Chr. bouwden de Romeinen hier een stad
aan de oever van de Charente: Mediolanum. Al snel won de nederzet-
ting aan belang, werden er thermen gebouwd, kwam er een circus,
een aquaduct…
In het amfitheater is plaats voor 15 tot 20.000 mensen, het was een
van de grootste van Gallië. Toen het werd ontdekt, lag het helemaal
verborgen onder vuilnis. Aan het eind van de 20ste eeuw werd het
amfitheater dan eindelijk uitgegraven. Er blijft niet veel meer over van
de rijen banken, maar het is toch nog indrukwekkend genoeg om een
bezoekje te brengen. Het is trouwens niet het enige overblijfsel uit de
antieke periode: bezoek ook de Arc de Germanicus, de overblijfselen
van de thermen, de zuilen en de andere voorwerpen die je in het Mu-
sée archéologique kunt zien.
Vlak bij het amfitheater ligt de kerk gewijd aan de heilige Eu-
tropius die de streek kwam kerstenen - en die een gruwelijke
dood stierf. De kerk werd gebouwd door de benedictijnen
van Cluny aan de weg naar Compostela. De romaanse kerk,
waaraan in de 11de eeuw werd begonnen, werd in de 15de
en de 16de eeuw omgebouwd en vergroot. Er werd een goti-
sche klokkentoren aan toegevoegd. De kerk telt twee niveaus
(de hoge kerk en de crypte) die verbonden zijn door een trap,
die vernield werd. Na de Franse Revolutie deed de kerk dienst
als opslagruimte en raakte ze zwaar beschadigd. Later, toen
men ze wilde restaureren, werden stenen gebruikt van het
ene dele om het andere te herstellen. Vandaar dus de ‘valse’
romaanse gevel die dateert uit de 19de eeuw. De grote crypte
is dan weer een pareltje van romaanse bouwkunst. Bede-
vaartgangers verzamelden zich toen, en nu nog steeds, rond
de relieken van de heilige Eutropius. Meer dan een ommetje
waard dus, bovendien is deze plek door de Unesco geklas-
seerd tot werelderfgoed.
De Secteur Sauvegardé van Saintes ligt in het hart van de
verkeersvrije winkelstad, op de linkeroever van de Charente,
rond de cathédrale Saint-Pierre. Ook dit gebouw werd tijdens
de godsdienstoorlogen ernstig toegetakeld. De stad telt en-
kele mooie herenhuizen die voor het grootste deel in de 17de
en de 18de eeuw gebouwd werden.
Ook de rechteroever gaat prat op enkele belangrijke mo-
numenten: de Arc de Germanicus (1ste eeuw), het echte
symbool van de stad, naast het Musée archéologique aan
de Charente, en de Abbaye-aux-Dames. Deze abdij werd in
de 11de eeuw gewijd en vormde een rijke en onafhankelijke
kloostergemeenschap, die enkel verantwoording verschuldigd
was aan de paus, de kloosterzusters behoorden allemaal tot
beroemde families. De Honderdjarige Oorlog, de protestanten
en twee branden maakten de abdij grotendeels met de grond
gelijk. Ze werd in de 17de eeuw gedeeltelijk opnieuw opge-
bouwd. Er zijn gelukkig nog enkele delen die vandaag te be-
zichtigen zijn, zoals de prachtige gevel van de kerk die terug-
gaat tot de 12de eeuw. Tijdens de Franse Revolutie trok het
leger hier in en werd de kerk gebruikt als stal en slaapruimte
voor de soldaten. Het was wachten tot de jaren 1940 voor de
kerk opnieuw de parochiekerk werd. In de kloostergebouwen
worden culturele evenementen gehouden en is een muziek-
conservatorium ondergebracht, waar je ook kunt verblijven…
Voor meer info: www.ot-saintes.fr
www.reiswereldmagazine.be • 33
De ‘Secteur Sauvegardé’
De kerk van de heilige Eutropius
De crypte van de kerk gewijd aan de heilige Eutropius
De oude stad
‘Abbaye-aux-Dames’
La CharenteCognac: de stad en de brandewijn
Je kunt deze twee moeilijk los van elkaar
zien. De geschiedenis, de architectuur en
de ‘musea’ van de stad zijn zo beïnvloed
door het product dat je zou vergeten dat
het de stad is die de brandewijn zijn naam
heeft gegeven en niet omgekeerd. Wan-
neer je Cognac bezoekt, moet je natuurlijk
(minstens) de grote distilleerderijen bezoe-
ken, waar je de verschillende productie-
stappen kunt volgen, de rijpingsvaten kunt
zien en het ‘Paradis’ bezoekt waar de
oudste brandewijn ligt. Veel leren doe je
echter niet tijdens het bezoek, dit zijn na-
melijk geen wijnboeren. De hele omgeving
wordt ingenomen door wijngaarden. Wil je
meer weten, breng dan een bezoekje aan
het Musée des Arts du Cognac (te betalen)
waar andere aspecten en beroepen belicht
worden die rechtstreeks of onrechtstreeks
met het product te maken hebben. Zo zie
je er de evolutie van de fles en de originele
ontwerpen. In de wijnbouwerszaal worden
de verschillende regio’s bekeken, er is ook
een ruimte gewijd aan verpakking wat vaak
heel verrassend is, vooral als de brandewijn
uitgevoerd wordt naar buitenlandse mark-
ten zoals China, waar toch een heel ande-
re cultuur heerst. Nog meer leuke weetjes:
de verschillende manieren om cognac te
drinken over de hele wereld, als digestief,
als aperitief, gemengd met schweppes,
zoals je het drankje opgediend krijgt in
de restaurants en bars uit de streek, ge-
mengd met water en aan tafel gedronken
zoals in Azië…
34 • www.reiswereldmagazine.be
‘Rue Saunier’
Het ‘Musée des Arts du Cognac’
Het middeleeuwse district ‘Maison de la Lieutenance’
Het ‘Musée des Arts du Cognac’
Het ‘Musée des Arts du Cognac’
Daar net naast ligt de Espace de Découverte du Pays
de Cognac (gratis toegang) die helemaal gericht is op
de geschiedenis en het erfgoed van de streek. Er wordt
vooral de nadruk gelegd op de rol van de rivier. De pra-
men zijn vervangen door plezierboten, met uitzondering
van de toeristenbootjes. De aanpak is zowel leerrijk als
speels, de inrichting en de maquette zijn voorzien van
een klank-en-lichtspel en er zijn projecties te zien. Bo-
ven kun je in de ‘documentatieruimte’ je ontdekkings-
tocht in de omgeving voorbereiden.
Cognac heeft niet altijd brandewijn gestookt. Tussen
de 11de en de 16de-17de eeuw was de hoofdactivi-
teit zout dat aan de kust werd gewonnen en per boot
werd vervoerd. Pas in de 17de eeuw kwam het stoken
van brandewijn steeds meer op. Vanaf die eeuw werden
ook mooie herenhuizen gebouwd met kunstig bewerkte
gevels, zoals je ze in de Rue Saunier ziet, een straat
die vanaf de rivier naar omhoog loopt. De handelshui-
zen werden opgetrokken in de buurt van het water, in
de steile straatjes konden de tonnen gemakkelijk naar
de aanlegsteigers gerold worden. Maar het brandgevaar
zorgde ervoor dat de stad de productie in de stadskern
verbood. De handelaars trokken weg uit de stad of naar
de andere oever, de gebouwen werden verkocht aan
particulieren. De meeste zijn gerestaureerd, je ziet de
mooie kleur van de stenen uit de streek. Andere huizen
met een sombere gevel verraden hun vroegere bestem-
ming: het zwart is toe te schrijven aan schimmel door
de verdamping van de alcohol tijdens het rijpingsproces
van de cognac. Naast deze gegoede burgerwijk ligt het
middeleeuwse hart van de stad, dat omringd is door
19de-eeuwse walmuren. Tot de stad de drang voelde uit
te breiden en mooie lanen aan te leggen.
Wandel onder de Tours St-Jacques door, de oude toe-
gangspoort tot de stad, tegenover de rivier. Je betreedt
het middeleeuwse district waar het kasteel staat waar
Frans I werd geboren en dat vandaag een cognachuis
is. In de Rue Grande staan houten huizen die niet uit de
middeleeuwen dateren, maar van latere datum zijn. He-
36 • www.reiswereldmagazine.be
Het ‘Domaine Breuil de Segonzac’
De pramen zijn vervangen door plezierboten, met uitzondering van de toeristenbootjes
het kasteel van de Yeuse
Aan de oever van de Charente, in Chateaubernard, enkele kilometers van Cognac, ligt het kasteel van de Yeuse (viersterrengastronomie). Het kasteel werd in de 19de eeuw gebouwd voor een cogna-chandelaar. Je vindt er een uitzonderlijke ‘cogna-theek’ in een knus salon. In de plaats van boeken bewonder je een fabelachtige verzameling van de bekendste cognacmerken. In de kelderverdieping bevinden zich een massageruimte, een sauna en een hamam, er is een buitenzwembad en een groot terras met uitzicht op de ‘Jardin respectueux’, een tuin met een verwilderde aanblik die uitloopt op een moestuin. De kamers zijn ruim, elegant en knus en hebben een prachtig uitzicht op de val-lei en de rivier beneden. De elegantie wordt ook op je bord verdergezet met een verfijnde keuken, aangevuld met streekwijnen. Chef Pascal Nebout gebruikt wilde seizoensproducten en aromatische kruiden uit de moestuin en de tuin en voegt er een originele toets aan toe. Alles is huisgemaakt. Een uitstekend adres, waar vaak beroemdheden over de vloer komen!
Voor meer info: www.yeuse.fr
Een goed adres
lemaal bovenaan, in een hoekje, zie je een van de mooiste
huisjes met een bewerkte gevel. Het huisje zelf is geklas-
seed als Historisch Monument (Maison de la Lieutenance,
16de eeuw). Iets verderop kom je uit op de ‘nieuwe stad’,
een levendige handelswijk die ontstond in de 18de en de
19de eeuw rond de église Saint-Léger. Deze kerk werd in de
12de eeuw gebouwd maar verschillende keren aangepast.
Op wandelafstand liggen de 19de-eeuwse hallen waar da-
gelijks een markt met verse producten wordt gehouden…
Een leuke wandeling die je naar buiten de stad voert, de
80.000 ha wijngaarden in, goed voor alles samen 500 pro-
ducenten. Slechts 350 van hen distilleren zelf hun cognac.
De anderen verkopen hun opbrengst aan de handelshuizen.
Op het Domaine Breuil de Segonzac wordt alles biologisch
gekweekt. Een interessant bezoek, gecombineerd met een
bezoek aan een cognachuis. Zo krijg je een overzicht van
de verschillende productiefasen, maar ook van alles wat
daaraan voorafgaat, van de wijngaard over de persen en de
rijpingsvaten tot het glas.
Voor meer info: www.tourism-cognac.com
www.domaine-breuil-segonzac.fr
38 • www.reiswereldmagazine.be www.reiswereldmagazine.be • 39
Het kasteel van Cognac
Angoulême, internationale hoofdstad van het stripverhaal en het beeld
De aanblik van Angoulême doet denken aan Poitiers,
ook die stad is op een rotspunt gelegen. De stad, die
al sinds de Romeinen versterkt is, torent uit boven
de Charente, de rivier die de papierfabrieken lange
tijd van water voorzag. Deze fabrieken zorgden tot de
crisis van de jaren 1970 voor de faam van Angoulê-
me. Sindsdien echter is de stad internationaal bekend
voor het Stripfestival dat sinds 1974 jaarlijks gehou-
den wordt rond eind januari. In die periode verdub-
belt het inwonersaantal zowaar! Uitgevers, tekenaars
en stripfanaten troepen samen in de internationale
hoofdstad van het stripverhaal en het beeld. Hier vind
je het museum van het stripverhaal, twee bibliotheken
(en archieven), een artiestenverblijf, een boekwinkel,
twee zalen voor kunstfilms en essays, een panora-
misch restaurant en nog zoveel meer. Alles ligt ver-
spreid over drie mooie, in eer herstelde gebouwen
aan de Charente. Het nieuwe ‘musée de la BD’ is sinds
juni 2009 ondergebracht in de 19de-eeuwse, prach-
tig gerenoveerde industriële gebouwen aan de andere
kant van de rivier, waarover een lange houten loopbrug
is gespannen. 1300 m2 tentoonstellingsruimte verhaalt
de 9de kunst. Originele schetsen, oude uitgaven, alle-
maal opgesteld volgens drie assen: geschiedenis, ont-
werptechnieken en esthetische benadering. Verder zijn
er enkele gezellige ruimten ingericht waar je strips kunt
lezen. Audiovisuele documenten maken de verzamelin-
gen compleet. Je krijgt interviews te zien, stukjes anima-
tiefilm gebaseerd op strips, ontwerpers aan het werk,
enzovoort. Het hele jaar door lopen tentoonstellingen,
de grote boekwinkel heeft een ruime keuze aan albums,
gespecialiseerde boeken, verwante voorwerpen, dvd’s,
tekenmateriaal… Een waardige aansluiter bij het mu-
seum. De stadsbibliotheek bezit een unieke collectie in
Europa en een nagenoeg complete verzameling van de
Franse stripkunst sinds 1984. Daarnaast heeft het mu-
seum ok en vrij volledige verzameling van internationale
tekenaars, met 47.500 albums en 117 krantenafleve-
ringen! Het documentatiecentrum stelt de deuren open
voor onderzoekers en studenten, de leeszaal is ook toe-
gankelijk voor het publiek, je kunt er albums inkijken en
uitlenen. Keuze uit 25.000 exemplaren.
Het museum is geopend van dinsdag tot vrijdag van
10.00 tot 18.00 u en op zaterdag, zon- en feestdagen
van 14.00 tot 18.00 u (tot 19.00 u in de zomer).
Voor meer info: www.citebd.org
In de nasleep van het succes van het festival werden
enkele hogescholen opgericht waar tekenaars opgeleid
worden, maar je ook andere beroepen die allemaal er-
gens met beeldvorming te maken hebbben, kunt stude-
ren: audiovisueel, animatiefilms, multimediatechnieken,
enzovoort. Dit samen maakt dat Angoulême een jonge
en dynamische stad is.
Nog een bezienswaardigheid rond hetzelfde thema: een
stripparcours (plattegrond te krijgen bij de Dienst voor
Toerisme) brengt je van de ene muurschildering naar de
andere (een twintigtal in totaal).
Maar naast de Cité internationale de la bande dessinée
et de l’image bezit Angoulême ook nog een prachtig erf-
goed in de oude, hogergelegen stad. Tussen de cathé-
drale Saint-Pierre met haar schitterende romaanse por-
‘Cité internationale de la bande dessinée et de l’image’: het Castro gebouw
Het ‘Musée de la BD’
Het ‘Musée de la BD’
De grote boekwinkel van het ‘Musée de la BD’
Muurschildering van het stripparcours
www.reiswereldmagazine.be • 41
tiek en de hallen en het stadhuis ontdek je leuke pleintjes
en straatjes omzoomd met herenhuizen of houten hui-
zen. Net achter de kathedraal is in een van deze hotels
het Musée d’Angoulême ondergebracht, dat je gratis
kunt bezoeken. Op het programma: archeologie, kunst
uit Oceanië en Afrika, schone kunsten (schilderkunst,
vaatwerk en aardewerk uit de Charente…). Iets verderop
ligt de uiterst charmante Place Louvel met terrasjes van
cafés en restaurants en het neoklassieke gerechtsge-
bouw. Een straatje brengt je naar de middeleeuwse wijk
rond de église Saint-André (12de eeuw) met verkeersvrije
straatjes. Het is een heel levendige wijk met eethuisjes,
hippe winkels en wijnkelders. Wat verder kom je bij de
Place des Halles met de overdekte markt. De mooie me-
taal- en glasstructuur dateert uit het einde van de 19de
eeuw. Vanaf de esplanade heb je een mooi uitzicht op
het lagere stadsdeel en een van de muurschilderingen,
die in het verlengde lijkt te liggen van de walmuren… Aan
de hallen loopt een weg naar het stadhuis, waarvan je de
torens al van ver kunt zien. Dit zijn de laatste overblijfse-
len van het oude gravenkasteel dat met de grond gelijk
werd gemaakt om er in 1869 dit nepgotische bouwwerk
neer te poten…
Meer informatie over de mogelijke bezoeken, de belang-
rijke evenementen op de kalender en de leuke adresjes:
www.angouleme-tourisme.com
De middeleeuwse wijkIn de oude stad...
Het ‘Musée d’Angoulême’‘Hôtel du Palais’, pl. Louvel
www.reiswereldmagazine.be • 4342 • www.reiswereldmagazine.be
Muurschildering van het stripparcours
Je reis voorbereiden
Comité Régional du Tourisme: www.poitou-charentes-vacances.com
D725
D93
8
D950
D950
D737
D749
D741D
948
D731
D674
D731
D939
D115
D939
D93
8
D93
8
D743
D648D611
D611
D347
D910
D910
D951D951
D65
0
D733
D733
D730
D730
D13
7
D730
D13
7
N149
N149
N149
N149
N149
N147
N147
N10
N10
N141
N141
N141
N10
N141
N10
N10
N11
N13
7
N137
N15
0
N137
N150
N141
Creuse
Vien
ne
Charente
Vien
ne
Charente
Charente
Charente
Argenton
Sèvre Nantaise
Thouaret
Dive
Boivre
Clai
n Gartempe
Clain
Né
Sèvre Niortaise
Boutonne
SeugneSeudre
Seugne
Autize
Vonne
Thouet
Thou
et
Plan d’eau du Cébron
Lac de Chardes
Lac de Cadeuil
Lacs de Haute Charente
Mas-ChabanLavaud
MARAIS POITEVIN
Plan d‘eau de St-Cyr
LÉGENDE
Chemins de St-Jacques
Aéroports
Patrimoine Mondial de l’UNESCO
Plus beaux villages de France
10 Km
Autoroutes / n° de sortie
Routes à chaussées séparées, axe principal
Routes secondaires
Principales voies ferrées
37
D E U X - S E V R E S
V I E N N E
C H A R E N T EC H A R E N T E -M A R I T I M E
NIORT
POITIERS
ANGOULÊME
LA ROCHELLE
ÎLE DE RÉ
ÎLE D’AIX
ÎLE D’OLÉRON
ÎLE MADAME
PARTHENAY
BRESSUIRE
MONTMORILLON
CHÂTELLERAULT
CONFOLENS
COGNAC
JONZAC
ROCHEFORTST-JEAN-D’ANGÉLY
SAINTES
ROYAN
Ars-en-RéLa Flotte
Talmont
Mornac-s.-Seudre
Aubeterre-s.-Dronne
Angles-s.-l’Anglin
Vignobles du Haut-Poitou
Vignobles du Thouarsais
Vignobles du Cognac
Vignobles du Cognac
26
27
28
29
30
31
11
10
33
34343332
31
35
36
37
Boutonne
32
A10A83
A10
A837
A10 E05
E602
E05
E05E03
A10 E05
TOURS/PARIS
NANTES
BORDEAUX
LIMOGES