ALAIN PLATEL NICHT SCHLAFEN · Symphonie n° en ré mineur IV, Gustav Mahler: “O Mensch! Gib acht!” – Dagmar Pecková (mezzo-soprano), Deutsches Symphonie-Orchester Berlin,

ALAIN PLATELNICHT SCHLAFEN

Je/Do 17 nov., Ve/Vri 18 nov. 20:00 • Sa/Za 19 nov. 18:00

SAISON 16.17DA

NSE/D

ANS

PROG_NICHT SCHLAFEN.qxp_Mise en page 1 14/11/2016 09:59 Page1

DANS

E/DAN

S

NICHT SCHLAFENALAIN PLATEL

Durée ±1h40 sans entracte

Mise en scène/regie Alain PlatelComposition et direction musicale/compositie en muzikale leiding Steven Prengels

Dans le cadre du FESTIVAL NEXT

nicht schlafen ©Chris Van der Burght


Mise en scène/regie Alain PlatelComposition et direction musicale/compositie en muzikale leiding Steven Prengels

•••Création et interprétation/creatie en uitvoering

Bérengère BodinBoule MpanyaDario Rigaglia

David Le BorgneElie Tass

Ido BatashRomain Guion

Russell TshiebuaSamir M’Kirech

•••Dramaturgie/dramaturgie Hildegard De Vuyst

Dramaturgie musicale/Muziekdramaturgie Jan VandenhouweAssistance artistique/artistieke assistentie Quan Bui Ngoc

Scénographie/decorontwerp Berlinde De BruyckereCréation éclairage/lichtontwerp Carlo Bourguignon

Création son/geluidsontwerp Bartold UyttersprotCréation costumes/kostuumontwerp Dorine DemuynckRégisseur plateau/stage manager Wim Van de Cappelle

Photographie/fotograaf Chris Van der BurghtDirection de production/productieleiding Valérie Desmet

Responsable tournée/tourmanagement Steve De Schepper•••

Production/productie les ballets C de la B

Coproduction/coproductieRuhrtriennale, La Bâtie-Festival de Genève, la Biennale de Lyon, L’Opéra de Lille, MC93 - Maison de la

Culture de la Seine-Saint-Denis, TorinoDanza, Holland Festival, Ludwigsburger Schlossfestspiele,Kampnagel Hamburg

Distribution/spreidingFrans Brood Productions

Avec l’appui de la ville de Gand, de la Province de la Flandre-Orientale, des autorités flamandes, du Port de Gent.

Remerciements/met dank aanUniversité de Gand et Prof. Dr. Paul Simoens et Marianne Doom, Guy Cuypers & team, AlexiWilliams, Bart De Pauw, Bob et Monir, K49814, Isnelle da Silveira, Lieven Vandeweghe, GrietCallewaert, les volontaires et le personnel de l’atelier Berlinde De Bruyckere, Pierre Philippe

Hofmann, Manège de Hoefslag in De Pinte, Warner Classics

Symphonie n° 3 en ré mineur IV, Gustav Mahler: “O Mensch! Gib acht!” – Dagmar Pecková (mezzo-soprano), Deutsches Symphonie-Orchester Berlin, dirigé par Kent Nagano. cd: 2000

NICHT SCHLAFENENTREZ DANS LA DANSE !

NICHT SCHLAFEN • ALAIN PLATEL 17, 18, 19 NOVEMBRE

AUGURI • OLIVIER DUBOIS 6, 7 DÉCEMBRE

LE SYNDROME IAN • CHRISTIAN RIZZO 27, 28 JANVIER

RAIN • ANNE-TERESA DE KEERSMAEKERET ENSEMBLE ICTUS

8, 9, 10 FÉVRIERTROIS GRANDES FUGUES • BALLET DE LYON

MAGUY MARIN - ANNE-TERESA DE KEERSMAEKER - LUCINDA CHILDS25, 26, 27 AVRIL

DFS • C BENGOLEA-F CHAIGNAUD8, 9 JUIN

WWW.OPERA-LILLE.FR

VOS PLACES DÈS 5€,ABO 4 SPECTACLES DÈS 42€

+33 (0)362 21 21 21@OPERALILLE


« CESSE DE TREMBLER, PRÉPARE-TOI à VIVRE »Alain Platel, nicht schlafen

Sans doute marqué par son expérienced’orthopédagogue auprès d'enfantshandicapés, Alain Platel s’intéresse dans sescréations à la manifestation corporelle detroubles psychologiques et de sentimentstrop forts, développant avec ses danseursune gestuelle singulière et profonde. Dans son œuvre, il dialogue constammentavec la musique, montrant une affectionparticulière pour les compositeursbaroques, qu’il utilise souvent commecontrepoint radical à ce qui se passe surscène - Purcell pour la tristeza complice(1995), Bach pour lets op Bach (1998), ou encore Monteverdi pour vsprs (2006). Il se laisse cependant convaincre par GérardMortier, directeur d’opéras aujourd’huidécédé, de s’orienter vers d’autrescompositeurs : Mozart tout d’abordpour Wolf (2003), et Verdi - et Wagner - pour C(H)ŒURS (2012). Celui-ci l’inciteégalement à faire un projet autour del’œuvre de Gustav Mahler ; ayant peud’affinités au départ avec ce compositeur,c’est finalement la lecture du livre Dertaumelnde Kontinent. Europa 1900-1914 dePhilipp Blom, décrivant les années d’avantla Première Guerre mondiale, qui persuadeAlain Platel de se lancer dans ce projet,aboutissant à la création de nicht schlafen. Il voit en effet dans l’époque de grandeincertitude à laquelle vivait Mahler (fin19ème, début 20ème siècle) un écho saisissant à notre sombre actualité.

Alain Platel trouve, suscitée dans lamusique de Mahler, « l’idée de l’abandontotal », et, bien qu’aimant entretenir unrapport contrasté à la musique, il incite sesdanseurs à épouser au plus proche cet élande détachement et de libération. Parailleurs, l’imaginaire musical de cecompositeur témoigne de nombreusesinfluences. Platel y trouve comme uneautorisation aux mélanges ; au départ denicht schlafen, il imaginait une sorte decontrepoint entre les adagios de Mahler etles traditions polyphoniques pygmées,apportées par les chanteurs congolais BouleMpanya et Russell Tshiebua - que Platel a

rencontrés à l’occasion de la création deCoup Fatal (2014). La direction musicale estconfiée à Steven Prengels, collaborateurfidèle depuis Gardenia (2010), et d’autreséléments sont finalement ajoutés : desextraits de toutes les symphonies de Mahler(à l’exception de la Huitième) se mêlentainsi, jusqu’à l’interprétation, aux chantspygmées et aux enregistrements d’animauxdormants et de sonnailles, donnés à Platelpar l’artiste K49814. Enfin, autre élémentmusical : « Den Tod niemand zwingen kunnt »(Nul ne peut contraindre la mort), de Bach,issu de la cantate « Christ lag inTodesbanden » BWV4.Bach, à la manière d’un fétiche - tellel’apparition de Hitchcock dans chacun deses films, ressurgit dans toutes lesreprésentations d’Alain Platel. Ce morceauarrive d’ailleurs à un tournant dans lareprésentation : le moment où apparaît unenouvelle manière de ritualiser la mort. nichtschlafen présente en effet d’abord l’aspectd’un culte archaïque. Neuf interprètes sontprésents sur scène, huit hommes et unefemme. On pense au Sacre du Printempsd’Igor Stravinski, où une « élue » estsacrifiée au dieu en prévision de bonnesrécoltes. Mais la narration, dans nichtschlafen, s’arrête vite ; une longue bagarreéclate entre tous, créant un enchevêtrementdes corps. Alain Platel s’intéresse au collectifdépassant les différences individuelles : lescorps s’entremêlent dans la lutte brutalemais aussi dans le désir de retrouverl’harmonie perdue - ce qu’exprime aussi lamusique de Mahler.

1 « HöR AUF ZU BEBEN, BEREITE DICH ZU LEBEN »“Houd op met beven, bereid je voor om te leven. “ Alain Platel, nicht schlafen

Dat Alain Platel in zijn creaties op zoek gaatnaar lichamelijke uitingen vanpsychologische ontreddering engevoelsmatige overweldiging, kan wellichtniet los gezien worden van zijn ervaring alsorthopedagoog in de omgang met kinderenmet een beperking. Zo brengt hij samenmet zijn dansers een bijzonder endiepgaand geheel aan bewegingen engebaren op scène. In zijn werk gaat AlainPlatel in dialoog met de muziek. Daarbijtoont hij een uitgesproken voorkeur voorbarokke componisten, die hij vaak alsradicaal tegengewicht gebruikt voor watzich op het toneel afspeelt – Purcell voor LaTristeza Complice (1995), Bach voor Lets opBach (1998) en Montverdi voor vsprs (2006).Toch laat hij zich door de ondertussenoverleden operadirecteur Gerard Mortieroverhalen om zich ook met anderecomponisten in te laten: eerst en vooralMozart voor Wolf (2003), maar ook Verdi –en Wagner – voor C(H)OEURS (2012). Het isdiezelfde Gerard Mortier die hem overtuigtom een project op te zetten rond het werkvan Gustav Mahler, een componist voor wiehij aanvankelijk weinig affiniteit heeft.Uiteindelijk trekt het boek Der taumelndeKontinent. Europa 1900-1914 van PhilippBlom over de jaren voorafgaand aan deEerste Wereldoorlog hem over de streep.Het resultaat is Nicht Schlafen. Alain Platelziet in de tijd van grote onzekerheid waarinMahler leefde (einde 19de, begin 20ste eeuw)namelijk een opmerkelijke weerspiegelingvan onze eigen sombere realiteit.

Alain Platel ontwaart in de muziek vanMahler “de idee van totale overgave” enhoewel hij meestal uit is op eencontrasterende relatie met de muziek,beweegt hij zijn dansers nu en dan tot eenzo getrouw mogelijke navolging van datelan van losmaking en bevrijding. Demuzikale verbeelding van Mahler staatbovendien bol van de invloeden van

buitenaf. Voor Alain Platel staat daarmeehet licht op groen om verder te combineren.Aanvankelijk beeldt Platel zich NichtSchlafen in als een contrapuntischecompositie tussen de adagio’s van Mahleren de polyfonische pygmeeëntraditiesgebracht door de Congolese zangers BouleMpanya en Russell Tshiebua, die hij hadontmoet toen hij aan Coup Fatal (2014)werkte. Met de muzikale leiding in handenvan Steven Prengels, trouw medewerkersinds Gardenia (2010), worden nog eenaantal andere elementen toegevoegd: zowordt uit alle symfonieën van Mahler geput(met uitzondering van de Achtste). Zeworden op een eigen manier vertolkt engecontrasteerd met pygmeeëngezangen enopnames van slapende dieren en koebellen,hem toegespeeld door kunstenaar K49814.Tenslotte een laatste muzikaal element: DenTod niemand zwingen kunnt (Niemand konde dood bedwingen) van Bach, uit de cantateChrist lag in Todesbanden.Bach treedt als een fetisj op in allevoorstellingen van Alain Platel, een beetjezoals ook Hitchcock in al zijn filmsvoorkomt. Dit stuk komt trouwens op eenkeerpunt in de vertoning: op het momentdat een nieuwe manier wordt getoond omde dood te ritualiseren. Nicht Schlafen wilnamelijk in de eerste plaats het beeld vaneen archaïsche cultus tonen. Op het toneelstaan negen uitvoerders: acht mannen eneen vrouw. Die doen denken aan Le Sacre duPrintemps van Igor Stravinsky, waarbij een“uitverkorene” aan god wordt geofferd omeen goede oogst te bekomen. Maar hetverhaal in Nicht Schlafen stopt al snel en deresulterende bonje van jewelste levert eenverstrengeling van lichamen op. Alain Platelis op zoek naar het collectieve datindividuele verschillen overstijgt: lichamendie zich verwikkelen in een brutale strijd,maar ook in het verlangen om de verlorengegane harmonie terug te vinden – wat ooktot uiting komt in de muziek van Mahler.

1


Pour la scénographie, Platel fait appel pourla première fois à Berlinde De Bruyckere.Au milieu du décor se trouve une sculpturede trois cadavres de chevaux, tordus etenchevêtrés, entassés sur un socle. Ayantdécouvert lors de recherches sur la PremièreGuerre mondiale des photos saisissantes dechevaux surpris par la mort dans descrispations inattendues, cette artiste acommencé il y a plus de quinze ans àemployer les chevaux comme matériau : cescadavres, plus violents et plus absurdes queceux des humains, en devenaientmétaphore de la condition humaine. Dansnicht schlafen, les danseurs se sontfamiliarisés avec des chevaux vivants, afind’imprégner leur manière de se mouvoir engroupe et de danser. Si, par l’intermédiairede Mahler, nicht schlafen fait référence àl’époque précédant la Première Guerremondiale, c’est aussi avec le fragile espoir dene pas finir une fois de plus dans ladestruction massive. À la fin de lareprésentation, les danseurs improvisentlonguement sur la Deuxième symphonie,chacun selon son propre parcours, créantpeu à peu l’harmonie. Avec Coup Fatal en2014, Platel avait découvert l’incroyableinstinct de vie qu’ont les gens condamnés àvivre dans des situations invivables : nichtschlafen est marqué par cette quête devitalité et de joie de vivre.

« Et même le souffle du sommeil respire une ferme volonté de vivre. »

1 - Chant tiré des chœurs de la Deuxièmesymphonie de Mahler, revenant comme unleitmotiv dans nicht schlafen

Par Sarah Nouveau, historienne de la danse.

Alain Platel est né en 1956 à Gand (Belgique).Orthopédagogue de formation, metteur enscène autodidacte, il forme en 1984, avecamis et membres de sa famille une troupefonctionnant en collectif, les ballets C de laB, puis se distingue plus clairement en tantque metteur en scène. Bonjour Madame(1993), la tristeza complice (1995) et lets opBach (1998), propulsent la compagnie ausommet international. Après AllemaalIndiaan (Tous des Indiens) en 1999, il annonce qu'il ne produira plus denouveaux spectacles. Mais Gérard Mortierle convainc de créer Wolf (2003), une piècesur la musique de Mozart pour la Ruhr-Triennale. Le projet choral Coup de Chœursmarque le début d'une collaboration étroiteavec le compositeur Fabrizio Cassol. Avecvsprs (2006), l’exubérance des spectaclesprécédents cède la place à plusd’introspection et de nervosité, révélant ununivers de pulsions, d’aspirations, et ausside violence. Dans Out Of Context – for Pina(2010), Alain Platel poursuit sa recherched’une traduction des sentiments trop forts,recensant l’arsenal de mouvementsentourant spasmes et tics. Gardenia est crééla même année en collaboration avec FrankVan Laecke, plongeant au cœur des vies d’ungroupe de vieux artistes après la fermetured’un cabaret pour travestis. À la demande deGérard Mortier, il crée C(H)ŒURS (2012), sur la musique d’opéras de Verdi et Wagner,avec ses danseurs et le chœur du Teatro deMadrid, explorant à quel point la beautéd’un groupe peut être dangereuse. La connotation politique de spectaclescomme tauberbach et Coup Fatal (2014)réside dans la joie de vivre et l'énergie qui sedégagent de la scène, manifestant desmoyens de (sur)vivre dans descirconstances indignes. Il a aussi réalisé desfilms de danse, avec Sofie Fiennes (Because ISing en 2001, Ramallah!Ramallah!Ramallah!en 2005 et VSPRS Show and Tell en 2007) ouen solo avec les ballets de ci de là (2006).En 2015, Alain Platel et Frank Van Laeckerenouvèlent leur collaboration avec lacréation de En avant, marche !, un spectaclequi s'inspire de la tradition des orchestresde fanfare et des harmonies.

« Cette danse s'inscrit dans le monde, et lemonde appartient à tous. »

Voor het decor doet Platel voor het eerst eenberoep op Berlinde De Bruyckere. Centraalstaat een beeld van drie verwrongen en inelkaar hakende dode paardenlichamen opeen sokkel. Toen deze kunstenares tijdenshaar onderzoek naar de Eerste Wereldoorlogbeklijvende foto’s vond van paarden die inonverwachte poses werden verrast door dedood, besloot ze – ruim vijftien jaar geleden– als materiaal voor haar werk paarden tenemen. Meer bepaald ging ze aan de slagmet krengen van paarden, die vaak heftigeren onzinniger zijn dan menselijke lijken, eneen metafoor werden van het mens-zijn.Voor Nicht Schlafen verdiepten de danserszich in de bewegingen van levende paarden,om zo greep te krijgen op de gedragingenvan de dieren in groep en in functie daarvante dansen.Mede dankzij Mahler verwijst Nicht Schlafennaar de tijd net voor de Eerste Wereldoorlog,waarbij meteen de wankele hoop wordtgeuit om niet nogmaals in een dergelijkemassale vernietigingsgolf terecht te komen.Op het einde van de vertoningimproviseren de dansers lange tijd op deTweede symfonie, elke volgens zijn of haareigen koers, en evoluerend naar een zekereharmonie. Met Coup Fatal in 2014 had AlainPlatel het ongelofelijke levensinstinctontdekt van mensen die inmensonwaardige omstandigheden moetenzien te (over)leven. In Nicht Schlafen vindenwe die queeste naar levenskracht enlevensvreugde terug.

“Und selbst im Atem des Schlafes drückt sich dieserirrsinnige Wille zum Leben aus.“

“En zelfs in de adem van de slaap weerklinkt deonbedwingbare drang om te leven.”

1 Lied van het koorwerk uit de Tweede symfonievan Mahler, dat als leitmotiv terugkeert in NichtSchlafen.

Alain Platelwerd in 1956 in Gent (België) geboren. Hij isorthopedagoog van opleiding en is alsregisseur autodidact. Met een aantalvrienden en familieleden richt hij in 1984een gezelschap op, dat als collectief naarbuiten treedt: Les Ballets C de la B. Laterprofileert hij zich meer als regisseur. MetBonjour Madame (1993), La TristezaComplice (1995) en Lets op Bach (1998)bereikt de groep al snel de internationaletop. Na Allemaal Indiaan in 1999 kondigtPlatel een productiestop aan. Maar GerardMortier overtuigt hem om Wolf (2003) temaken, een stuk op muziek van Mozart,voor de Ruhrtriennale. Het koorprojectCoup de Choeurs is de start van een intensesamenwerking met componist FabrizioCassol. Met vsprs (2006) maakt deuitbundigheid van de vorige stukken plaatsvoor meer zelfbeschouwing en nervositeit.Daarbij legt Platel een wereld bloot van drift,verlangen en geweld. In Out Of Context – forPina (2010) zet Alain Platel met een volledigbewegingsarsenaal van spasmen en tics zijnzoektocht voort naar dé manier om testerke gevoelens uit te drukken. Gardeniavolgt datzelfde jaar, in samenwerking metFrank Van Laecke. Met deze productieduiken we in het leven van een groep oudeartiesten na de sluiting van eentravestiecabaret. Op vraag van GerardMortier wordt C(H)OEURS (2012) gemaaktop operamuziek van Verdi en Wagner. Metzijn dansers en de koren van het Teatro deMadrid gaat Platel na hoe “gevaarlijkschoon” een groep kan zijn. De politiekeconnotatie in voorstellingen zoalstauberbach en Coup Fatal (2014) zit danweer in de levensvreugde en energie dieworden getoond als illustratie van hoe menkan (over)leven in mensonwaardigeomstandigheden. Ook heeft Platel enkeledansfilms gemaakt, met Sofie Fiennes(Because I Sing in 2001,Ramallah!Ramallah!Ramallah! in 2005 enVSPRS: Show and Tell in 2007) of solo metDe balletten en ci en là (2006).

“ Deze dans is van de wereld en de wereld is van iedereen.”



les ballets C de la BPlateforme artistiqueles ballets C de la B(Gand/Belgique), troupecréée par Alain Platel en1984, est à présent unecompagnie se faisantrégulièrement acclamer enBelgique et ailleurs. Au fil dutemps elle a adopté unestructure de plateforme detravail réunissant plusieurschorégraphes et danseurs.Depuis toujours, les ballets Cde la B tiennent à associerdes artistes, actifs dansdifférentes disciplines etvenus d'horizons différents,à leur processus de créationdynamique. Le mélangeunique de visions artistiquesdiverses, rend impossibletoute définition exacte desballets. Pourtant, une espècede « style maison » sedessine. Il est populaire,anarchique, éclectique etengagé, sous la devise « cette danse s'inscrit dans lemonde, et le mondeappartient à tous ».

les ballets C de la BArtistiek Platformles ballets C de la B(Gent/België) werd in 1984opgericht door Alain Platel.Intussen is les ballets C de laB uitgegroeid tot eensuccesvolle groep in binnen-en buitenland. Doorheen dejaren heeft het gezelschapzich ontwikkeld tot eenartistiek platform voorverschillende choreografen.Nog steeds houdt les balletsC de la B eraan om artiestenvanuit verschillendedisciplines enachtergronden deel te latennemen aan dit dynamischcreatief proces. Door de‘unieke mix van artistiekevisies’, valt les ballets nietzomaar onder één noemerte brengen. Toch ontstaatzoiets als een huisstijl(populair, anarchistisch,eclectisch, geëngageerd)onder het motto: ‘deze dansis van de wereld en dewereld is van iedereen’.

REPÈRES BIOGRAPHIQUES

www.lesballetscdela.be


LES ENTREPRISES

L’Opéra de Lille remercie ses partenaires pour leur soutien

GRAND MÉCÈNE DE L’OPÉRA

En finançant une représentation supplémentaire d’un grand titre d’opéra (Le Vaisseau fantôme de Wagnerpour cette saison 2016-2017) la FONDATION Crédit MutuelNord Europe favorise l’accès du plus grand nombre aurépertoire lyrique. La Fondation apporte également sonsoutien à la réalisation du site « Première Loge ».

MÉCÈNE PRINCIPAL DE LA SAISON

Depuis 2014, le CIC Nord Ouest apporte un soutienspécifique aux productions lyriques, (Le Vaisseau fantômede Wagner pour la saison 2016-2017) et aux actions « Place(s) aux jeunes ! », permettant aux moins de 28 ansde bénéficier de tarifs exceptionnels.

LES PARRAINS D’ÉVÉNEMENTS

LES MÉCÈNES ASSOCIÉS

LES PARTENAIRES ASSOCIÉS

Illustration Loren Capelli pour BelleVillePhotographies : ©Chris Van der Burght

L’OPÉRA DE LILLE

L’Opéra de Lille, Établissement public de coopérationculturelle, est financé par

LA VILLE DE LILLE,LA MÉTROPOLE EUROPÉENNE DE LILLE,LA RÉGION HAUTS-DE-FRANCE,LE MINISTÈRE DE LA CULTURE(DRAC NORD PAS DE CALAIS-PICARDIE).

Dans le cadre de la dotation de la Ville de Lille, l’Opéra bénéficie du soutien du CASINO BARRIÈRE de Lille.

PARTENAIRES MÉDIAS

PARTENAIRES ET RÉSEAUX

Contact : [email protected]

Fondation+33(0)362 21 21 21www.opera-lille.fr

œUVRES DE FELDMAN, RILEy, HERVÉ…

ICTUSLE JARDIN

DES SECRETS3 FÉV, 20H

De 20 heures à minuit, Ictus et l’Opéra de Lille vous convient à unnouveau concert en forme de parcours initiatique dans un Opératransfiguré en jardin de nuit. Dans la fraîcheur nocturne, dans la paixdu demi-jour, les sens connaissent un nouvel éveil. La chorégraphieenvoûtante de Fumyio Ikeda, le minimalisme hippie de Terry Riley,des installations sonores et végétales, les rumeurs de la villeharmonisées par l’ordinateur, et même un hypnotisant chœur desouffles : à l’abri des fracas du jour, tout frémit et tout fait signe. Retour à l’essentiel. Une soirée contemplative sans un seul son de trop!

Concert le 3 février - Tarifs (catégorie unique) : 14 €/ 9€ (abonnés, Pass Liberté, groupes, étudiants) /

5€ (-18 ans, scolaires, bénéficiaires RSA/ASPA)Concert gratuit le 4 février à 18h

avec les étudiants de l’ESMD et du Conservatoire de Lille

UNE PETITE FAIM ?Régalez-vous avant et à l’issuedu spectacle avec les encas et

boissons proposés par Méert ou Marie & Lulu !


www.OPERA-LILLE.FR

Opéra de Lille2, rue des Bons-Enfants b.p. 133

F-59001 Lille cedex +33 (0)362 21 21 21

@OPERALILLE


Documents

ALAIN PLATEL NICHT SCHLAFEN · Symphonie n° en ré mineur IV, Gustav Mahler: “O Mensch! Gib acht!” – Dagmar Pecková (mezzo-soprano), Deutsches Symphonie-Orchester Berlin,