76
 1 Association Nationale d’Aide aux Handicapés Mentaux Fédération des Associations Similes francophones asbl & Similes vzw Centre pour l’égalité des chances et la lutte contre le racisme L L A A  P P O O L L I I T T I I Q Q U U E E  D D E E S S  O O U U B B L L I I E E T T T T E E S S  internement des personnes handicapées mentales et/ou malades mentales – 25 février 2011 ACTES DU COLLOQUE Avec le soutien de 

Actescolloque25-02-11

  • Upload
    anahm

  • View
    2.081

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 1/76

 

 1

Association Nationale d’Aide aux Handicapés Mentaux

Fédération des Associations Similes francophones asbl & Similes vzw

Centre pour l’égalité des chances et la lutte contre le racisme

LLAA PPOOLLIITTIIQ Q UUEE DDEESS OOUUBBLLIIEETTTTEESS internement des personnes handicapées mentales

et/ou malades mentales – 25 février 2011

ACTES DU COLLOQUE

Avec le soutien de 

Page 2: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 2/76

 

 2

Nationale Vereniging voor Hulp aan Verstandelijke Gehandicapten

Fédération des Associations Similes francophones asbl & Similes vzw

Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racisme bestrijding

HHEETT VVEERRGGEEEETTPPUUTTBBEELLEEIIDD 

internering van personen met een verstandelijke handicap of 

een psychische aandoening – 25 februari 2011

TEKSTEN VAN HET COLLOQUIUM

Met de steun van

Page 3: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 3/76

 

 3

1. Introduction – Inleiding, Jean-Marie Elsen, Président de l’ANAHM – Voorzitter NVHVG  4

2. Témoignage – Getuigenis, Martine De Moor, parent – ouder  9

3. Geen schuld wel straf – Condamné pas coupableLieven Nollet, photographe - fotograaf 

11

4. Geïnterneerden in Belgïe : een kwestie van schuldig verzuim - L’internementen Belgique ou la négligence coupable, Walter Van Steenbrugge, advocaat - avocat

26

5.  Conditions ordinaires de détention des internés – De Gewone voorwaardenvoor hechtenis van geïnterneerde personen, Delphine Paci, présidente de lasection belge de l’OIP Voorzitter van de Belgische afdeling van het OIP (ObservatoireInternational des Prisons)

29

6. 50 % de personnes handicapées mentales en défense sociale : commentconstruire un vrai projet thérapeutique intégré et éviter leur éternelinternement ? – 50 % geïnterneerde personen met een verstandelijkehandicap : hoe kunnen we een echt geïntegreerd therapeutisch projectopbouwen en vermijden dat ze eeuwig opgesloten blijven ?

Docteur/Dokter Benjamin Delaunoit, Directeur médical du C.R.P. Les Marronniers àTournai – medisch directeur van het C.R.P. Les Marronniers in Doornik

32

7.  Eerste stappen van een zorgcircuit binnen en buiten de strafinrichting –Premiers pas vers un circuit de soins à l’intérieur et à l’extérieur del’établissement pénitentiaire, Paul Maes, algemeen directeurdienstverleningcentrum ‘t Zwart Goor – Directeur général de l’association ‘t Zwart Goor

42

8.  Ik zeg altijd de waarheid maar niemand gelooft mij – Je dis toujours la véritémais personne ne me croit, documentaire gerealiseerd door/documentaire réalisépar Dominique Willaert, Victoria Deluxe vzw

50

9. Forensisch zorgcircuit in Antwerpen – Circuit de soins forensique à AnversChris Vermeiren, maatschappelijk werker - assistant social VAGGA, verenigingAmbulante Geestelijke Gezondheid Antwerpen

52

10.  Projet pilote : accompagnement des familles de patients malades mentaux ausein de l’annexe psychiatrique de la prison de Namur – Proefproject :begeleiding van personen met een psychische aandoening binnen degevangenis van Namen, Fabienne Collard, coordinatrice de l’asbl Similes Wallonie –coordinatrice Similes Wallonïe vzw et/en Béatrice Ory, assistante sociale annexepsychiatrique prison de Namur – maatschappelijke werkster psychiatrische afdeling vande gevangenis van Namen

53

PLEIDOOI VAN DE VERENIGINGEN – PLAIDOYER DES ASSOCIATIONS 58

11.  Grondrechten en non-discriminatie van personen met een verstandelijkehandicap of personen met een psychische aandoening in de gevangenis –Droits fondamentaux et non-discrimination des personnes handicapéesmentales ou malades mentales en milieu carcéral, Jozef Dewitte, directeurCentrum voor Gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding – Directeur du Centrepour l’Égalité des chances et la lutte contre le racisme 

58

12.  Situation des personne shandicapées mentales en Belgique : plaidoyer del’ANAHM – situatie van de geïnterneerde personen met een verstandelijkehandicap in Belgïe: pleidooi van de NVHVG, Jean-Marie Elsen, Président del’ANAHM – Voorzitter NVHVG 

65

13.  Recommandations individuelles par rapport à la situation actuelle desinternés atteints de troubles psychiques en Belgique – Individueleaanbevelingen met bettrekking tot de huidige toestand van geïnterneerdenpersonen met psychische problemen in Belgïe, Docteur-Dokter Fernand Rihoux,Fédération des Associations Similes francophones asbl 

69

PANEL DE DISCUSSION ET DÉBAT AVEC LA SALLE – PANELGESPREK EN DEBATMET DE ZAAL 

72

TABLE DES MATIÉRES - INHOUDSTAFEL

Page 4: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 4/76

 

 4

INTRODUCTION – INLEIDINGJean-Marie ELSEN,

Président de l’ANAHM – Voorzitter NVHVG

Page 5: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 5/76

 

 5

Mesdames, Messieurs,

Au nom du Centre pour l’égalité des chances et la lutte contre le racisme, deSimiles et de l’Association nationale d’aide aux handicapés mentaux, je voussouhaite la bienvenue à ce colloque consacré à la situation des personneshandicapées mentales et/ou malades mentales internées.

Dames en Heren,

In naam van het Centrum voor Gelijkheid van kansen en racismebestrijding, vanSimiles en van de Nationale Vereniging voor Hulp aan VerstandelijkeGehandicapten, heet ik uw welkom op dit colloquium over de situatie vangeïnterneerde personen met een verstandelijke handicap en/of een psychischeaandoening.

Voor we van start gaan, wil ik er graag op wijzen dat wanneer een spreker zichin het Frans uitdrukt, u naar de simultane vertaling kan luisteren op kanaal …

Allereerst wil ik iedereen geruststellen dat jullie wel degelijk in het juisteauditorium zitten, want ik wil beginnen met een onderwerp dat op het eerstezicht geen enkel verband heeft met het thema van vandaag… Ik wil het immershebben over de overstromingen die ons land einde 2010, begin 2011 zwaargetroffen hebben. We weten ondertussen allemaal dat de aarde opwarmt en datdit fenomeen belangrijke klimatologische veranderingen met zich mee brengt.Ook de toenemende verstedelijking en het verdwijnen van moeraszonesverhoogt de impact van overvloedig neerslag of van het plots smelten van desneeuw op de rivieren. Talrijke politici bestuderen hoe dergelijke overstromingenin de komende jaren kunnen worden voorkomen. Ze raadplegen ook heel watwetenschapslui om zo de beste keuzes en beslissingen te kunnen maken. En we

vinden dit correct.Maar als uw huis gedurende de laatste weken al tweemaal onder water heeftgestaan en de binnen gespoelde modder veel van uw persoonlijke voorwerpen enherinneringen heeft vernietigd… En wanneer het dagelijkse leven, het naar hetwerk gaan, het naar school gaan voor de kinderen, zelfs het klaar maken van heteten hierdoor in zeer moeilijke omstandigheden verloopt, dan volstaat eenmiddellange of lange termijn oplossing niet: u verwacht zeer korte termijn acties,u wil hulp om alles terug schoon te maken, om u terug in te richten en om eenderde ramp binnen een paar weken te vermijden. Er is absoluut geen bezwaartegen middellange of lange termijn oplossingen maar dringende tijdelijkemaatregelen moeten ook genomen worden.

Wel, vandaag is het voor geïnterneerde personen met een verstandelijkehandicap en/of een psychische aandoening alsook voor hun familieleden net alsof ze in een huis staan dat één meter onder water staat: ze rekenen op jullie en ditop zeer korte en op middellange termijn. We willen jullie vragen om dezedringende noodzakelijkheid niet te vergeten gedurende deze dag. Zodanig dat

  jullie vanaf maandagmorgen zeer concreet jullie solidariteit uiten om terug tekomen naar een aanvaardbare toestand en om dan, gezamenlijk, de korte enlange termijn oplossingen te bouwen die nodig zijn.

Volgens de Wet tot Bescherming van de maatschappij van 1 juli 1964 maakt depersoon « niet verantwoordelijk voor zijn daden » het voorwerp uit van eeninterneringsmaatregel. Dit wil zeggen dat de persoon in een Inrichting totbescherming van de maatschappij geplaatst moet worden of om therapeutische

Page 6: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 6/76

 

 6

redenen, « in een inrichting die daarvoor geschikt is uit het oogpunt vanveiligheid en verzorging ». Het doel is uiteraard dat al de personen die nietabsoluut in een Inrichting tot bescherming van de maatschappij geplaatstmoeten worden geleidelijk aan hun re-integratie in de samenleving werken.

De Antidiscriminatiewet van 10 mei 2007, die ook van toepassing is voorrechtbanken en strafinrichtingen, voorziet dat passende maatregelen getroffenworden om een persoon met een handicap, naargelang de behoefte, in staat testellen toegang te hebben tot, of deel te nemen aan en vooruit te komen in deaangelegenheden waarop deze wet van toepassing is, tenzij deze maatregeleneen onevenredige belasting vormen voor de persoon die deze maatregelen moettreffen. Er mogen dus geen veiligheidsmaatregelen genomen worden tegen eenpersoon met een verstandelijke handicap ten koste van het verlenen vanaangepaste zorgen. Het pesten van personen met een verstandelijke handicap of geesteszieke personen wordt uitdrukkelijk erkend als discriminatie en moetbestreden worden.

Tot slot, op 2 juli 2009 heeft België het Internationale Verdrag van de VerenigdeNaties inzake de rechten van personen met een handicap geratificeerd. Ditverdrag stelt dat het bestaan van een handicap in geen geval vrijheidsberovingmag rechtvaardigen. De staten die partij zijn waarborgen dat indien personenmet een handicap op grond van om het even welke procedure van hun vrijheidworden beroofd, zij in overeenstemming met de doelstellingen en beginselen vandit Verdrag worden behandeld, met inbegrip van het verlenen van redelijkeaanpassingen.

De eerste sprekers van vandaag, zullen ons eraan herinneren dat in tegenstelling

tot al deze verplichtingen, de situatie van de geïnterneerde in België allesbehalvebevredigend is. De titel van onze uitnodiging, “het vergeetputbeleid”, is duidelijk.Niet veroordeeld, blijven deze mensen geïnterneerd zolang ze niet klaar lijken tezijn om zich terug bij de samenleving aan te sluiten zonder al te groot risico datze opnieuw een strafbaar feit begaan. Maar, door gebrek aan aangepaste zorgenof omkadering kunnen ze de nodige vaardigheden niet verwerven. En zo blijvenze dus eindeloos geïnterneerd.

De overbevolking in de gevangenissen geldt ook voor de psychiatrischeafdelingen van strafinrichtingen. En dit met al de gevolgen die u zich hierbij kanvoorstellen: het op elkaar gepropt zitten, het samenbrengen van geïnterneerdenmet gevangenen, het ondergaan aan uitbuiting, pesterijen, het ondergaan vanen zelfs het plegen van geweld, …

En toch, bestaan er ook andere verzorgingswijzen voor deze personen. Heelvaak, steunen ze op een nauwe samenwerking tussen verschillende sectorenzoals Justitie, Sociale zaken of het beleid van de gehandicapten. Om onsdenkwerk te ondersteunen, nemen een paar sprekers de tijd om hun alternatieveervaringen, hun goede resultaten en hun problemen mee te delen.

We zullen de dag afsluiten door onze belangrijke eisen nog eens samen te vattenals inleiding op een debat met de Ministers van Justitie, Volksgezondheid enWelzijn, Sociale zaken en het Beleid van de gehandicapte sector aan wie we ookzullen vragen welke concrete antwoorden ze zullen geven.

Page 7: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 7/76

 

 7

En vergeet niet dat, zelfs indien het vandaag minder in de pers aanbod komt dande overstromingen, de situatie even dringende antwoorden vereist als wanneerer landgenoten onder water en in de modder stonden.Ik zal nu het woord overlaten aan Frédéric Deborsu die de taak op zich genomenheeft om deze dag verder te begeleiden.

Ik wens jullie allen een zeer vruchtbare dag.

 

Maintenant que vous voilà rassurés d’être dans la bonne salle, laissez-moi vousentretenir quelques instants d’un sujet qui vous paraîtra sans doute sans lienavec le thème de cette journée et pourtant … : je veux parler des inondationsqui ont touché notre pays fin 2010 et début 2011.

Nous sommes maintenant tous bien au courant que la terre se réchauffe et quecela entrainera d’importantes modifications climatiques. De même, l’urbanisationcroissante ou la disparition de zones marécageuses augmente les effets sur lescours d’eau de précipitations abondantes ou d’une fonte brutale de la neige. Denombreux responsables réfléchissent donc à la meilleure façon de prévenir detels débordements dans les prochaines années. Ils s’entourent de nombreuxspécialistes pour prendre les décisions les plus adéquates. Et cela ne nouschoque pas.

Mais si par deux fois en quelques semaines, votre maison a été envahie par unmètre d’eau et de boue, détruisant des objets et des souvenirs auxquels vousteniez vraiment, rendant votre vie quotidienne, le travail, l’école, la préparationdes repas très compliqués, vous ne vous satisferez pas d’une solution à moyenou à long terme : vous attendez des actions à très court terme, qui vous aident àtout nettoyer, à vous réinstaller et évitent un troisième sinistre dans quelquessemaines. D’accord pour les solutions à moyen terme mais des mesurestransitoires immédiates doivent être prises également.

Et bien, les personnes handicapées mentales ou malades mentales internéesaujourd’hui ainsi que leurs proches sont dans la même situation que vous sousun mètre d’eau boueuse : ils comptent sur vous et à court terme et à moyen oulong terme. C’est dans cet esprit « d’urgence » que nous demandons departiciper à cette journée. Afin de témoigner, dès demain matin, de votresolidarité concrète pour revenir à une situation normale et ensuite construire lessolutions à court et moyen terme qui s’imposent.

La loi de défense sociale du 1 juillet 1964 prévoit que la personne déclarée« irresponsable de ses actes » fait l’objet d’une mesure d’internement, c’est àdire qu’elle doit être placée dans un Etablissement de Défense Sociale ou, pourdes raisons thérapeutiques dans un établissement approprié quant aux mesuresde sécurité et aux soins à donner. L’objectif est bien sûr que les personnes quine doivent pas absolument être maintenues dans une institution de défensesociale puissent évoluer progressivement vers leur réintégration dans la société.La loi anti-discrimination du 10 mai 2007, qui s’applique aussi aux tribunaux ou

aux établissements pénitentiaires, prévoit que des mesures appropriées soientprises en fonction des besoins pour permettre à une personne handicapée ou

Page 8: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 8/76

 

 8

malade mentale de participer et de progresser dans tous les domaines pourlesquels cette loi est d’application, sauf si ces mesures imposent une chargedisproportionnée. Ainsi donc, les mesures sécuritaires prises à l’encontre d’unepersonne handicapée mentale ne peuvent l’être au détriment de l’apport dessoins requis par leur état. Le harcèlement lié à la situation de handicap ou à lasanté mentale est également explicitement considéré comme discriminatoire et à

combattre.Enfin, le 2 juillet 2009, la Belgique a ratifié la Convention internationale desNations Unies relative aux droits des personnes handicapées. Cette conventionstipule qu’en aucun cas l’existence d’un handicap ne justifie une privation de

liberté. Les Etats Parties veillent à ce que les personnes handicapées, si ellessont privées de liberté à l’issue d’une quelconque procédure, soient traitéesconformément aux buts et principes de la Convention, y compris en bénéficiantd’aménagements raisonnables.

Les premiers intervenants de cette journée nous rappelleront que malgré tousces engagements, la situation des personnes internées en Belgique est loin d’êtresatisfaisante. Le titre de l’invitation, la politique des oubliettes, est explicite. Noncondamnées, ces personnes restent privées de liberté aussi longtemps qu’ellesne semblent pas prêtes à se réintégrer à la société sans risque important decommettre à

nouveau un délit. Mais faute d’un programme de soins ou d’encadrement adapté,elles n’acquièrent pas les compétences qui leur font défaut. Et restent doncinternées.

La surpopulation des établissements pénitentiaires est également d’actualitédans les annexes psychiatriques des prisons. Avec des conséquences que vouspouvez imaginer : promiscuité, mélange avec des détenus ordinaires,exploitation, violence, …

Et pourtant, d’autres modes de prises en charge de ces personnes existent. Biensouvent, elles s’appuient sur une collaboration étroite entre plusieurs secteurs,tels que la justice, les affaires sociales ou la politique des personneshandicapées. Quelques intervenants ont accepté de nous partager leursexpériences, leurs succès et leurs difficultés, pour alimenter ainsi nos réflexions.

Nous terminerons la journée en résumant quelques unes de nos revendicationset en débattant avec les ministres de la Justice, de la Santé publique et du Bien-être, des Affaires sociales et de la Politique des personnes handicapées desréponses qu’ils vont apporter.

Sans oublier que la situation, même si elle est moins médiatisée, est aussiurgente que si nous étions sous un mètre d’eau.

Fructueuse journée à toutes et tous.

Page 9: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 9/76

 

 9

TÉMOIGNAGE - GETUIGENIS

Martine De Moor, parent - ouder

Page 10: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 10/76

 

 10

Martine De Moor lit le témoignage d’une maman. Son fils est devenu malade

sans raison apparente, son état s’est aggravé vers l’âge de 17 ans. Il a été admisen hôpital psychiatrique et diagnostiqué schizophrène.

Les parents ont alors commencé à se renseigner sur cette maladie tandis que lefils avait de plus en plus de mal à suivre ses cours, à se concentrer…

C’est le parcours du combattant qui commence. Les médecins lui ont prescrit desmédicaments sans vraiment le connaître. Finalement, il sera interné sur basevolontaire. Il n’y a donc pas eu de décision judiciaire.

Une fois interné, les prises de médicaments se multiplient. La maman subit des

pressions pour qu’elle accepte le traitement par électrochocs. Ce qu’elle fait. Etpourtant, son fils s’enfonce de plus en plus dans le mutisme. Il passe de longuesheures sans parler.

Lors d’un incident, un infirmier est blessé. Le fils sera transféré à la prison deGand. Il sera condamné pour tentative d’homicide et donc… interné, sur décisionde justice cette fois. Ce qui signifie qu’il n’y a pas de date de sortie fixée.

A la prison, son état se dégrade, il n’a que très peu de droits et très peud’activités. Il fera même une thrombose par manque d’exercice physique.

Sa maman écrit partout et ne reçoit que peu de réponses. Le milieu associatif luivient en aide.

En 2010, il est placé à Bierbeek (après 3 ans et demi de prison). Depuis, il estrevenu à la vie. Son état s’améliore constamment. Il sera bientôt transféré dansun département ouvert et l’espoir existe de le placer un jour dans unappartement adapté.

En tout, cela aura duré 14 longues années qui ont été très éprouvantes pour lesparents mais également pour les frères.

Page 11: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 11/76

 

 11

GEEN SCHULD WEL STRAFCONDAMNÉ PAS COUPABLE

Lieven Nollet, photographe - fotograaf 

Page 12: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 12/76

 

 12

Begeleidende tekst bij foto-projectie

Foto nr 1

Een stukje voorgeschiedenis:

Vanaf 2002 tot 2005 fotografeerde ik, als kunstfotograaf, interieurs in Belgischegevangenissen.Bij het eindeloos aanschouwen van strafcellen, gangen, gewone cellen,wandelingen, kamers voor ongestoord bezoek, bezoek achter glas werd ik geconfronteerd met een enorme desolaatheid.Een gevoel van totale verlatenheid maakte zich soms van mij meester.Dikwijls dacht ik aan mijn eigen wereld, aan de wereld buiten de gevangenis.Op een bijzondere manier werd ik een soort lotgenoot van de gevangene, werd ik 

 zelf een beetje gevangene. Uiteraard ben ik me er bewust van dat ik mezelf nooit in de plaats kan stellen van een gedetineerde.Met een tentoonstelling en een boek probeerde ik de mensen wakker te maken

voor de moeilijke toestand in gevangenissen. Deze tentoonstelling en boek noemde “Inside , gevangenissen in België” en ging door in het Caermersklooster te Gent.

We zien hier de foto van de muur boven het bed.Hier wou ik me even terugtrekken in een leegstaande cel. Héél even maar, om teontsnappen aan de lawaaierigheid van de gevangenis in Sint-Gillis.“Of is het een Vlaamse wolkenhemel boven een vlakke zee, met rechts desombere zijkant van een appartementsgebouw. Maar neen, we herkennen de

 plooien van een deken... De muur beschikt over het grootste stuk van de foto.Het is een witte muur, maar ze is lichtgrijs in beeld en grijzer aan de onderkant.

Ordinair grijs. En de appartementsblok rechts in beeld moet het hoofdeinde zijn. Aan die kant en vooral ter hoogte van de armen zijn er putjes in de muur. Het isalsof iemand met zijn of haar vingers drukte in de nog natte bezetsel. De putjes

 zijn rond en ondiep en ze insinueren een zachte, nogal vochtige muur. Misschienhoren er nummers bij die putjes en ontstaat er, als men ze in de juiste volgordeverbindt, een monumentale figuur, een beest misschien, of iemand om tebeminnen of beter nog om te haten.” (J.De Vos)

Foto nr 2

Deze foto stelt een isolatie-strafcel voor in de ziekenboeg van de gevangenis teSt-Gillis (anno 2002).De muren en vloer zijn bedekt met een soort rood ‘linoleum’, tegen het zichverwonden.De rolstoel, maar voornamelijk het verpauperde bed met het rolletjewc- papier verwijzen naar het rauwe existentieel overleven.

Foto nr 3

In de reeks Inside wou ik weinig prikkeldraad tonen, om niet in cliché’s tevervallen.Maar hier had ik zo een concentratie van prikkeldraad, dat ik wel een foto moest 

nemen. Het beeld stelt een constructie van oude ‘leeuwenkooien’ voor, in degevangenis van Gent. ‘Leeuwenkooien’ of officieel ‘Individuele wandelingen’ genaamd.

Page 13: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 13/76

 

 13

Foto nr 4

Dit is bijna een ‘sacraal’ beeld, uiterst sober en abstract, met een soort offerblok in ’t midden. In werkelijkheid is het een strafcel in de ‘Afdeling Hoge Veiligheid’ van het penitentiair complex te Brugge. (2004)

Het betonnen bed in ’t midden.

Foto nr 5 

Bij het eindeloos aanschouwen van strafcellen, gangen, gewone cellen (lege enbewoonde), de wandelingen, de kamers voor ongestoord bezoek, bezoek achter glas, de werkateliers, … werd ik geconfronteerd met een enorme desolaatheid.Een gevoel van totale verlatenheid maakte zich soms van mij meester.Dikwijls dacht ik aan mijn eigen wereld, aan de wereld buiten de gevangenis. Opeen bijzondere manier werd ik een soort lotgenoot van de gevangene, werd ik 

 zelf een beetje gevangene. Uiteraard ben ik me er bewust van dat ik mezelf nooit 

in de plaats kan stellen van een gedetineerde. Niettemin werd ik daar en dan, indie specifieke, architecturale omgeving, op een visuele en plastische manier geconfronteerd met het existentiële leven en overleven in de gevangenis.

De binnenkoer of ‘ de wandeling ‘ voor geïnterneerden (wat ik toen nog niet besefte)In de gevangenis van Gent.

Foto nr 6

In sommige gevangenissen kon ik gesprekken voeren met gedetineerden.Maar in 2003, in de gevangenis van Turnhout, hield ik voor de eerste keer een

‘bijzonder gevoel’ over bij spontane contacten met enkele gevangenen.De gevangenis was er klein met slechts 2 vleugels A en B.Ik kon er, per grote uitzondering, ‘vrijer’ rondlopen.‘Indien ik iets nodig had, moest ik het maar vragen’, was de afspraak.Zonder het goed te beseffen liep ik in vleugel A, de gang van de geïnterneerden.

*Foto nr 7 

Een man nodigde me uit in zijn cel: hij noemde zijn naam en vroeg of ik hemkende, vanuit het nieuws. Daarop toont hij een stuk vergeelde krant, het stukjewaarin zijn proces beschreven staat. De titel werkt beklijvend: “De wurger van

linkeroever”.Toen wist ik het weer. Zijn proces was veertig jaar geleden groot nieuws: een man die in Antwerpen een aantal vrouwen had gewurgd.“ Nu zie je eens de mens achter het monster”, zei hij. De man slijt de rest van

 zijn leven in die gevangenis, op de afdeling voor geïnterneerden.

Michel maakt nu ‘maquettes’, op juiste schaal, van cellen en celinterieurs.Dit exemplaar toont een cel dat model stond op de penitentiaire beurs in Parijs,eind 19de eeuw. Michel is fier op zijn bouwwerk. Het deurtje staat open.Binnenin zie je fragmenten uit de oude cel. Heel precies. Rondom dit celgebouwtje zie je de man zijn eigen cel: een cel in het ‘kwadraat’.Daar ik mensen in de gevangenis slechts onherkenbaar kon fotograferen hangt 

hij, op eigen initiatief, een witte handdoek over zijn hoofd.

Page 14: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 14/76

 

 14

Het portret is bijna ‘onvoorspelbaar’ ontstaan tot een symbolisch gebaar voor het lot van veel geïnterneerden: het gezicht bedekt en onherkenbaar, vergeten ineen cel. Hij maakt maquettes van cellen. Hij komt nooit meer vrij en droomt 

 zelfs niet meer van ‘buiten’ 

Foto nr 8

In de gang vraag ik aan een jonge man om hem te portretteren.Ik fotografeer met lange tijden; tijdens de opname draait hij langzaam het hoofd weg. Hij zegt te lijden aan ‘schizofrenie’. Er ontstaat een dubbel beeld.

Foto nr 9

Nog later kwam ik bij geïnterneerden in Merksplas en Païfve terecht.Deze ervaringen, deze enkele portretten fungeerden in mijn optiek bijna als eenemotionele schreeuw in de geïsoleerde gevangenis-architectuur waarin ik 

vertoefde.

Deze oude man is een geïnterneerde in de Inrichting tot Bescherming van deMaatschappij te Paifve. Zijn ‘burgerkostuum’ mag hij daar aanhouden.Wezenloos staart hij in de lens.

Foto nr 10

Ook in de gevangenis van Turnhout veblijft Tonny.Teder toont hij hoe tam zijn vogeltjes wel zijn. Ook hij is geïnterneerd.Hij was in een café-ruzie verwikkeld en heeft eigenlijk de verkeerde dood 

geslagen, beweert hij.

Een speciale gevoeligheid, een uitzonderlijke kwetsbaarheid beheerste debewoners van gang A. Maar ook in mijzelf herkende ik deze sluimerendeeigenschappen. Zo kreeg het idee voor het huidig project : “Geen schuld, wel 

 straf” vorm.

*Foto nr 11

Na het zien van ‘Inside’ ging ik in dialoog met het Museum Dr.Guislain.De situatie van geïnterneerden werd door het museum en mijzelf als prioritair 

aangeduid. Geïnterneerden zijn mensen die een strafbaar feit hebben begaan,maar niet verantwoordelijk geacht worden voor hun daden. Volgens de wet moeten zij niet gestraft maar behandeld worden, maar klopt dit in de praktijk wel? “ Geen schuld, wel straf “ was geboren.Ik bezocht nu niet alleen gevangenissen maar ook psychiatrische inrichtingenmet afdelingen voor geïnterneerden, daarenboven bezocht ik ook geïnterneerdenin Beschut Wonen en bij hen thuis.

De eerste 44 portretten in de gevangenis van Turnhout

Het was begin september 2007.

Vanuit mijn contacten met de enkele geïnterneerden in Turnhout groeiden deeerste kiemen van het huidige project.

Page 15: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 15/76

 

 15

Van cel tot cel maakte ik, in de Turnhoutse gevangenis, een portret-tocht omgeïnterneerden in beeld te brengen. Aan een klein groepje ervan gaf ik er later fotoworkshops.

 Al heel vlug ontmoet ik er diezelfde Tonny.

Terug poseert hij, ditmaal met een vogeltje op zijn hoofd, en in zijn hand.Tonny wilde graag die fotocursus bij me volgen. Maar hij mocht niet.“Geen high risk naast low risk “ werd me verteld.High risk? “ Dat zijn gevangenisratten die alles overtroeven. Verlorenen waar niets meer aan te doen valt.” Ik schrok daarvan.

Foto nr 12

Bovendien, je moet toch iets om handen hebben? Tonny was colèrig, kwaad dat hij niet mocht meedoen. Hij doet veel met zijn drievogels, die zijn zijn alles.

*Foto nr 13

Gestalte geven aan het lot, maar ook aan het lijf en de psyche vangeïnterneerden was mijn doel geworden.De voorwaarde was dat de portretten onherkenbaar waren.

De interactie tussen de geportretteerde en mijzelf had een eigen gevoeligartistieke dimensie. Ik citeer, niet letterlijk, enkele uitspraken: Dennis:...eigenlijk fotografeer je mij het best terwijl ik op mijn stoel zit, met mijn gezicht naar de muur gedraaid, al rokend en dromend niets te doen,

ik wacht, zomaar ganse dagen vol... Iemand: ik kom nooit meer uit mijn cel, hebmet niemand meer contact, enkel mijn vogeltje... Anderen blijven in bed liggenen staren in het objectief... De geïnterneerden poseerden bewust: zemaakten zichzelf tot … poserend persoon, ze metamorfoseren zichzelf van tevoren tot beeld. Toch mag die extra boodschap op geen enkele manier verandering brengen in het kostbaar eigene van het individu: datgene wat hij is,buiten iedere afbeelding om.

Hier zien we een contactprint van een reeks portretten die ik van Piero gemaakt heb: “...fotografeer mij al biddend...ik heb mij tot de Islam bekeerd...” zegt hij me. Op een ogenblik vouwt hij de handen voor zijn gezicht. Kan je dat nog eens

herhalen? vraag ik hem. Hij doet dit perfect: hij moet namelijk één second onbeweeglijk blijven; terwijl ik hem fotografeer, op lange sluitertijd, op statief enmet bestaand daglicht.

*Foto nr 14

Ik gebruik geen flits en meestal laat ik het ‘neonlicht’ uitdoen.Het tegenlicht dat door het getralied raampje naar binnen valt onderstreept zode naakte existentie en tekent het gezicht met schaduw.Dat had tot gevolg dat ik redelijk lange belichtingstijden moest gebruiken. Degeînterneerden moesten dus echt een langere tijd poseren en dat werkte

  positief. Er ontstonden beelden van mensen die iets van hun binnenste naar buiten laten komen.

Page 16: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 16/76

 

 16

Foto nr 15 

Piero lijkt gespannen. Toch acht hij de fotosessie belangrijk: hij speelt er dehoofdrol in; hij kan er zijn identiteit mee herdefiniëren.

“Het is juist op dat moment dat dit fotowerk fundamenteel identiteit vormt,aangezien de portretten van gezichten die bijna als smokkelwaar degevangenistralies passeren, zich tenslotte in de blik van de ander gaanweerspiegelen” (Jérôme Englebert).

Foto nr 16

Deze man toont zijn littekens, vertelt over zijn verleden.Ik zit op zijn bed, vlak voor hem.

Later toon ik de geportretteerde geïnterneerden alle opnamen.

Uit de contactafdrukken mogen ze 2 keuzes maken.Tijdens de confrontatie met hun eigen beelden ontstaan er vaak goedegesprekken, eerlijk, onder 4 ogen. ‘To the point’.Met hun toelating heb ik die gesprekken opgenomen. 44 x een gesproken

 portret . Daaruit zijn dan ‘citaten’ ontstaan. Een aantal daarvan zijn opgenomenin het boek.

Foto nr 17 

Zijn keuze. De negatieven zijn later ingescand en digitaal geprint.

Foto nr 18

Omèr is bejaard. Hij had geen zin om op te staan.“Fotografeer mij zo maar, al liggend in mijn bed” Op de achterwand van het bed merk je een ‘zwarte ronde’ afdruk van zijn hoofd; wanneer hij rechtop zit.Later, bij het kiezen uit zijn proefprints, zegt hij weinig.‘Alles is lang geleden en niet meer de moeite’ verklaart hij.

*Foto nr 20

Deze jonge man, bijgenaamd de reus, toont zijn dagelijks ritueel.

Hij stamt af van zigeuners. Zijn familie is belangrijk.Vooral zijn vader is hij echt genegen.

Telkens, op de middag, plaats hij zijn bord met middageten op het ‘ pied destalletje ‘. Daarbij hoort ook het ingekaderd fotootje, waarop hijzelf met zijnvader staat afgebeeld. “Daardoor eet ik nooit alleen, ben ik in gezelschap vanmijn vader” zegt hij. Zijn geliefkoosd vogeltje mag uit zijn kooi om op deschouder van ‘de reus’ plaats te nemen en een brokje mee te eten. Om eenvoorgekauwd hapje uit zijn mond te pikken.

‘De reus’ houd enorm van deze foto’s. Hij vraagt er meer dan de beloofde 2. Hij 

wil ze graag betalen. En dit om ze aan de familie door te geven, om te tonen hoegoed hij het hier heeft. Ik maak een uitzondering: hij krijgt er 7.

Page 17: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 17/76

 

 17

Een incident! De psychologe vertelt mij dat de ‘de reus’ enorme verleidingskracht bezit. Maar wel echt zwakbegaafd is!

Foto nr 21

Een jonge man refereert naar zijn moeder. Dit plakkaat moet erbij.

Foto nr 22

Maurice is autodidact, schildert heel minutieus. Al tientallen jaren zit hij inTurnhout en hij komt er nooit meer uit. Na een jeugd op straat liep hij weg,kwam in Frankrijk terecht. Eenmaal terug werd hij schoorsteenveger. Maar in dat vak werd zoveel gedronken dat hij serieus aan drank en drugs raakte. Eenkluwen van misère. Hij vertelde dat hij een “ pedofiel in actie “ heeft vermoord.Dat vindt hij goed. Hij voelt zich een slachtoffer van het systeem, omdat hij zichheeft laten overhalen tot internering. Men zei hem dat hij dan nog vrij konkomen. “ Maar ze houden me bewust binnen “, zei hij. “ In het huis van de

vermoorde pedofiel zijn compromitterende foto’s gevonden, waarop de zoon vande onderzoeksrechter te zien was. Die heeft vervolgens aangedrongen opinternering. Later besefte ik dat ik zo nooit kon getuigen, omdat er geen proceskwam over deze zaak.” Of zijn verhaal waar is weet ik niet. Tegenover mij toonde hij zich een warm mens. Maar ik zag ook dat hij zich moeilijk aananderen kon aanpassen. Hij was een van de velen die verder geen enkel contact meer had met buiten.

Foto nr 23

François speelt gitaar. Vroeger speelde hij in een groep. Hij geeft mij een CD_R

mee.

*Foto nr 24

Eric, Mike, Werner, Dennis, enkele geïnterneerden doorkruisten de gevangenis. Voorzien van een olympus MU maakten ze foto’s van het gebouw,maar ook van zichzelf, van een geliefkoosd object, van een makker. Ook in

 zwart-wit, op zoek naar de ‘binnenkant van de buitenkant’ der dingen. Er hoort een bijzondere samenwerking te zijn tussen het zichtbare, dat door vorm enmaterie bepaald wordt, en het onzichtbare dat gestaltloos is en als eengeestelijke werkelijkheid wordt ervaren. Een geïnterneerde sprak : “ik voelde

me vrij, niet opgesloten. Alsof ik in een andere wereld was, niet in de gevangenis”.

Hier zien we een foto van een foto. Het is Dennis die het fotootje van zijngrootmoeder vasthoud. Hij toont het portretje aan zichzelf, aan de toeschouwer.Zijn grootmoeder was zijn laatste houvast, het enige contact dat hij nog had.Tijdens haar wekelijks bezoek gaf ze hem een bescheiden sommetje geld:voor zijn sigaretten, zijn huurgeld TV, zijn extraatjes voor bij het eten...

Nu was de grootmoeder gestorven. Het flitslicht van zijn camera reflecteert ophet fotootje, haar uitdrukking is daardoor uitgewist. Onherkenbaar is ze

geworden.

Page 18: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 18/76

 

 18

Foto nr 25 

Zelfportret van Mike. Zo slaapt hij veel. In deze houding, weggemoffeld onder een grauw deken. Ook over dag.

Foto nr 26

In één van de fotoworkshops hebben we een mini-studio gemaakt, met een papieren achtergrond en heuse studioflitsen. Dennis poseert voor een makker.

Foto nr 27 

Een geïnterneerde fotografeert door zijn raam, vanuit zijn cel.De autofocus stelt scherp op het glas zodat het zicht met de watertoren vanturnhout onscherp is.

Foto nr 28

Eric draait zijn gezicht tijdens de opname. Zo ontstaat een dubbel beeld met eenvertekend perspectief. Een van mijn pogingen om de expressie te behouden,terwijl de persoon moeilijker te herkennen is.

Foto nr 29

Deze jongeman zit eveneens in de gevangenis van Turnhout (anno 2007).Eerder verbleef hij in de gevangenis van Merksplas, waar ze met meer op één cel verblijven. Hij is daar herhaaldelijk verkracht door mede-geïnterneerden.Daarom werd hij overgeplaatst naar Turnhout, waar hij tenminste een cel voor 

  zichzelf heeft. Die heeft hij ingericht als bureau. Daar schrijft hij brieven, ook voor andere gevangenen die moeilijk kunnen schrijven. Hij is een mooie jongen,een beetje vrouwelijk en zacht. Door met de camera dicht op het gezicht te gaan

 zie je de jonge huid, die ook wat mat is, ziekig. Zijn mond is sensueel. En dan  zijn ogen die zo verschillend zijn. Daar zie ik de afmatting in, het lijden, het gekwetste.“...in de donkerte van de cel is een lange belichtingstijd nodig. In lichtarmeomstandigheden worden de pupillen groter. Er is dan meer duisternis in de ogen,minder regenboogvlies, meer opening. Het maakt een foto indringend...” (J.DeVos)

Foto nr 30

 Jonge man met hand voor gezicht onderstreept de onherkenbaarheid.Op zijn hand zijn symbolische tekens, ‘tatoes’ aangebracht.

Foto nr 31

Zicht op vleugel B anno 2008.

Foto nr 32

Zicht op de gerenoveerde vleugel C (vroeger verblijf voor vrouwelijkegedetineerden) De vleugel is huishoudelijk ingericht met zithoek, eethoek enbordschema.

Page 19: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 19/76

 

 19

Hier worden uitverkoren geïnterneerden opgeleid, klaargemaakt als kandidaat voor opname in een forensische afdeling van een psychiatrische instelling.Ze eten samen, hebben doelgerichte activiteiten.

Foto nr 33

Voornamelijk geïnterneerden die lijden aan psychosen worden hier geplaatst.Het initiatief is succesvol.

Met deze portretten, foto’s uit workshops en gesprekken is een eerstetentoonstelling opgebouwd  in de Warande en in de Gevangenis vanTurnhout zelf.Om de portretten en het project te diversifiëren en vollediger te maken heb ik,naast de Gevangenis van Turnhout, met de uitdrukkelijke toelating van deMinister van Justitie, Stefaan De Clerck, ook de Gevangenis vanAntwerpen en Gent, het Penitentiair Complex van Brugge en de Inrichting 

tot Bescherming van de Maatschappij te Paifve aangesproken. Daarnaastheb ik ook portretten gemaakt in forensische afdelingen van diversepsychiatrische instellingen zoals het U.P.C.St.-Kamillus te Bierbeek enhet Psychiatrisch centrum Sint-Jan-Baptist te Zelzate. 

Foto nr 34

Geînterneerde die in de forensische afdeling verblijft van het U.P.C.St-Kamillus te Bierbeek. Niettegenstaande het gesloten karakter van dit gebouw leven degeïnterneerden hier veel vrijer en beweeglijker. Ze hebben een gevuld dagschema vol activiteiten. De geïnterneerden zijn hier niet langer ‘gevangenen’ 

maar worden beschouwd als volwaardige patiënten.

Foto nr 35 

Deze jonge man kiest voor de foto met kap op hoofd.Zo beschermt hij zich tegen indringers: ‘de stemmen’.Een lichte beweging tijdens de opname veroorzaakt onscherpte en verhoogt daardoor de ‘blik-intensiteit’ of ‘vertroubelde blik’ 

Foto nr 36

U.P.C. St-Kamillus: ‘paardentherapîe’: één van de schitterende therapieënBelangrijk hierbij zijn de houding, beheersing, affectie met het paard.

Foto nr 37 

Vera verbleef tijdens deze fotosessie. in de forensische afdeling van het Psychiatrisch centrum Sint-Jan-Baptist te Zelzate. Ze beschermde haar kind enorm, overbezorgd. Ooit kwam ze terug van de apotheek, zonder kind. Weg. Zewist niet wat er was gebeurd. Na een zoektocht werd het gevonden, dood in eengracht. Het stond onomstotelijk vast dat zij het kind had omgebracht, alleen wist 

 ze daar niets meer van. Die feiten zijn zo zwaar, daar lijdt ze enorm onder.

Vooraf was er ook geen enkel signaal dat haar iets mankeerde. In Zelzate krijgt  ze hondentherapie.

Page 20: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 20/76

 

 20

Foto nr 38

Ze moet een verwaarloosde hond (Dalmatiër) weer op weg helpen, hemtederheid geven, maar ook discipline toebrengen. Zelf is ze heel enthousiast over deze therapie. Ze wil graag getuigen over haar ervaringen, voor anderen die iets

soortgelijks meemaken. Je ziet dat terug op de foto: ze geeft zich bloot, zesteekt zich niet weg. Maar ze heeft ook iets van een gekwetst dier.

Foto nr 39

Geïnterneerde man geeft een uitvoerig ‘discours’ aan mede-geïnterneerden. diein de struiken verscholen zitten. In de gevangenis van Gent kan ik mee op de‘wandeling’. Niettegenstaande een federaal en gecentraliseerd- uniform-Directoraat generaal Straffen en Maatregelen, die de gevangenissen bestuurt, iser een grote verscheidenheid in houding t.o.v. geïnterneerden.Iedere gevangenis heeft een eigen perceptie over praktische omgang met 

geïnterneerden. In Gent ontbijten de geïnterneerden samen. Iedere morgen. Inde ‘crea’-zaal. En er is Obra dat zorgt voor zwakbegaafden onder degeïnterneerden.

Foto nr 40

Zorgteams doen schitterend werk in gevangenissen.Enkel: zelf beweren ze dat ze slechts een druppel op een hete plaat zijn.Ze zijn met weinig, voor veel geïnterneerden!

Tijdens buikoefeningen: symbolisch beeld met beweging.

Foto nr 41

 Jonge geïnterneerde is bijzonder trots op zijn tekenboek.  In de gevangenis van Antwerpen zitten sommigen met 4 of 5 op cel: 2dubbele stapelbedden met matras in’t midden.Deze jongen zit alleen en vertelt me over zijn verleden en drugs.Zijn boek met wondere tekeningen getuigen van een bijzondere creativiteit,alsook van zijn ziekteproces. Het boek als zijn houvast.Ook maakt hij grote tekeningen op de muur van zijn cel.

Foto nr 42

 Jonge geïnterneerde in de gevangenis van Gent.Ze slapen en leven er met 2.

Foto nr 43

Gevangenis Antwerpen.Een Japanner, die ik amper heb kunnen spreken. Hij poseerde enorm, dat is mij bijgebleven. Die trots op zijn lichaam....waarmee hij uitdrukte: het lichaam is het enige dat ik heb, dat is mijn huis. Hij liet zich van alle kanten zien, werkelijk een

fotosessie. “Nu moet je dit fotograferen. Nu moet je dat.” Ik heb er het meest sobere beeld uitgekozen; alsof hij nog enkel lichaam is.

Page 21: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 21/76

 

 21

Foto nr 44

Gevangenis Gent.Zicht op cel met 1 geïnterneerde.

Foto nr 45 

 Afdeling vrouwelijke geïnterneerden, Penitentiair Complex Brugge.Deze jonge vrouwelijke geïnterneerde wacht in haar cel.Wachten op Godot! Els is heel open. Ik heb er een goed en lang gesprek mee.

Els twijfelt aan haar gesprek dat ze gehad heeft met personeel van de psychiatrie: St-Jan-Baptist. Een soort rekruteringsgesprek was het. Deze mensenhadden zich bijzonder nors gedragen tegenover haar. Ja, onvriendelijk zelfs.Had ze dan de verkeerde antwoorden gegeven op hun nogal vreemde vragen? Ik raad haar aan zich daar niet te veel van aan te trekken.“Misschien gedragen die ‘keurders’ zich wel altijd zo”, zeg ik.

“De vraag is nu eenmaal groter als het aanbod”, vertelt ze me.“Ik zou zo graag naar de psychiatrie van Zelzate verhuizen” vertrouwt ze me toe.Verder: “ Ik ben het hier kotsbeu: wachten, wachten en wachten....maar opwat?” 

“ Eenmaal, om de twee maand, mag ik hier op penitentiair verlof.En dit telkens voor 1 dag. ’s Morgens vertrek ik dan met bus en trein, vanuit deze gevangenis. Mijn moeder wacht mij op. Samen gaan we dan naar mijnvroeger appartementje, dat mijn moeder kunnen houden heeft.Ik heb schrik van de buurman, die daar stellig op uitkijk zal staan!” “Trek u dat niet aan”, antwoord ik dan. “Op dat moment is het helemaal niet 

belangrijk.” Eenmaal dat Els dan, samen met haar moeder, thuis is gearriveerd,komt haar kindje vanuit de instelling. De namiddag gaat rap vooruit. Wat gaat er om, in deze gevoelige zielen? In de vooravond vertrekt Els alweer, richtingPenitentiair complex Brugge.

Verder in het gesprek uit Els haar bezorgdheid om haar ‘lijn’ dat veel te dik uitloopt. Ze heeft hier zo goed als geen bewegingsruimte.Op de dagelijkse wandeling durft Els reeds lange tijd niet meer komen.Ze heeft een helse schrik uitgelachen te worden door de ‘gewone’ gedetineerden.De wandelingen zijn er niet gescheiden. (wat in andere gevangenissen wel het geval is).

Foto nr 46

Haar uitdrukkelijke vraag om haar iets slanker af te beelden probeer ik tebeantwoorden. We moeten er wel wat om lachen, gelukkig maar.

Foto nr 47 

Penitentiair Complex Brugge.Marleentje poseert, ietwat verleidelijk.

Foto nr 48

Penitentiair Complex Brugge

Page 22: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 22/76

 

 22

Foto nr 49

Weggestoken achter het bed zit een meisje. Ze was heel lief, deed me aan mijndochter denken. Een borderliner, vertelde ze me. Als kind gegeten uit de vuilbak,aan de drugs geraakt, en overvallen gepleegd op auto’s (carjacking). Niet echt een reden voor levenslange opsluiting. Nu zit ze vast in de gevangenis in Brugge,

geen behandeling, geen uitzicht op vrijheid. Toen ik terugkwam om haar foto’s telaten zien mocht ik niet meer bij haar komen. Ze lag vastgebonden in de strafcel in de kelder: een kamer in een kamer, beide deuren gesloten. Dat is pas echt geïsoleerd. Die ruimte wordt dag in dag gebruikt.

Foto nr50

Het is bevreemdend dat deze vrouw in de gevangenis van Brugge zat. Je ziet aanalles dat ze in de psychiatrie thuishoort. “ Als uw camera klikt weet ik wanneer ik gevoel toon en wanneer niet “, zei ze. Dat klopte precies.Ze zei: “ ik denk eigenlijk altijd aan de dood. Maak maar een foto van de muur,

daar is mijn bloed op gespat toen ik een mes in mijn keel stak.” Dankzij anderegevangenen, aan de overkant, die zagen wat er gebeurde, overleefde ze.

Foto nr51

Deze vrouw verkoos om te poseren op bed. Ze ging op haar rug liggen, de ogenopen, kijkend naar boven en ze liet mij mijn werk doen. Het was haar manier om

 zich te tonen. Ik was wat verbouwereerd maar respecteerde haar keuze. En zij, zij wacht af tot ik klaar was, zonder oogcontact, gelaten.Ik fotografeer haar lichaam in profiel. Dat is niet zo eenvoudig, want de cel isniet breed en het is moeilijk om haar van hoofd tot voeten in beeld te krijgen.....

Het lukt net. Niet haar gezicht, maar het ronde buikje krijgt zo een belangrijkerol in beeld. Het buikje wordt geaccentueerd door de aansluitende broek. Het isontroerend om te zien. Intiem eigenlijk. De latten van het bovenste bed makenschaduwstrepen op de muur. Het is een heldere, propere muur, met een dubbeleschakelaar. De matras is ingedrukt onder het gewicht van de vrouw. Hij volgt delijnen van haar lichaam. Er is ook nog een ring en gekleurde sokken en eenkromme neus.

De geometrische structuren van het bed en de nauwe vierkante rand van de fotoaccentueren de ronde vormen. Ze houdt een speelgoedbeertje in haar rechterhand, mijn kant. Het beertje is klein, het zit voor meer dan de helft 

verstopt in haar hand. Het ding is zacht van aard en kinderlijk. Het staat rechtopen kijkt in de richting van de deur. (uit J.De Vos)

Foto nr 52

Laurent, Laurent was mijn eerste model, een bijzonder man en ook geïnterneerde in de Inrichting ter Bescherming van de Maatschappij tePaifve. (nabij Luik). Deze inrichting is momenteel uniek in België, daar debevolking enkel uit geïnterneerden bestaat. In theorie is dit niet echt een

gevangenis, maar toch heeft het er alle uiterlijke kenmerken van. Ze huisvest 

uitsluitend Franstalige geïnterneerden. Bijzonder enthousiast heeft de directie,het zorgteam, de penitentiaire beambten en in het bijzonder de geïnterneerden zelf meegewerkt, positief deelgenomen aan dit project. ‘Poseren schept afstand.

Page 23: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 23/76

 

 23

De geportretteerde is dan ver van de fotograaf. Hij heeft het moeilijk om zichzelf een houding te geven. ‘Normaal’ bestaat niet.’ 

Foto nr 53

‘Laurent koos voor een neutrale, werkloze houding, waarbij hij rechtop staat,

met de handen naast zijn lichaam, kijkend naar de fotograaf, ernstig, een beetjevan opzij. Alleen, zijn lichaam is weerbarstig.’ ‘De foto is het resultaat van eenconfrontatie. ... Het verhaal van dat de foto, publiek domein zal worden in eenboek en een tentoonstelling is imponerend. Het is voor hem niet eenvoudig zichdaarin een plaats te geven. Want er is niets anders dan de foto, niet het complexe levensverhaal, niet het vonnis, niet het verslag over deontoerekenbaarheid. Er is alleen het aanschijn van de man in zijn volle lengte,onnatuurlijk hoog in deze kleine ruimte. De achtergrond is het venster. Het isrechthoekig licht. Het licht overstraalt de contouren van zijn gezicht. Het wordt er donzig bij. Midden in dat gezicht is er het rechteroog dat neerkijkt op defotograaf. Het is een scheve, spannend blik. Een vraagteken. Daaronder is er het 

hemd met de zeven blinkende knopen. De armen en handen staan als gespannenveren los van zijn lichaam. Het bed is laag, de lakens, in het midden ervan, zijngerimpeld. Er zijn ook de snelbouwstenen en de vloer met kleine tegeltjes. Defoto vertolkt pijn. Ik koos hier voor een uiterst laag standpunt. Het maakt deman hoger in beeld, tot boven het venster. Het flagrante tegenlicht maakt eenaureool. De man wordt zo minder grijpbaar, minder afgelijnd, mysterieuzer,onbegrijpelijk.’ (J. De Vos)

Foto 54

Het ‘klikt’. Laurent begint me te vertrouwen en geniet van verder te poseren.

Op het einde merkt hij op: “ Dit is heerlijk, ik zou dat wel de ganse dag willendoen”. Ondertussen heeft hij mij een bekertje grenadine aangeboden, ter verbroedering!

Foto nr 55 

Deze man volgde mij op mijn tocht door de inrichting.In een karretje want hij miste een been. “Uw Frans trekt op niks”, zei hij, “Bent ueen Hollander?” Hij lachte me vol uit, viel op door zijn humor, een van deweinigen. De meesten zijn tragisch, zwaar. Hij niet.

Foto nr 56

Zijn blik toont trots, geen enkele onderdanigheid. Toch zie je ook bij hem detragiek. Achteraan zijn hoofd is er het raam naar buiten, het is reeds donker. Hij is mijn laatste model voor deze dag.

Foto nr 57 

Ik kwam tijd te kort om alle geïnteresseerde geïnterneerden te Paifve te vererenmet een cel bezoek. Daarom heb ik een aantal van hen samen gefotografeerd,buiten, tegen de muur. Deze mannen poseren spontaan. Ondanks de aandacht 

blijven ze zichzelf, alsof ze ganse dagen niets anders deden. Men vertelde me dat   ze eigenlijk een koppeltje vormden, voor de warmte, zomaar, bij gebrek aanbeters. ( een vrouw?) ‘Schering en inslag’ is dat daar, in Paifve.

Page 24: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 24/76

 

 24

Foto nr 58

Centrale gang in Paifve.Enkele geïnterneerden schuiven aan, voor het winkeltje.Ze kunnen er wat bijkomende etenswaren en tabak kopen.

Foto nr 59

Deze geïnterneerde te Paifve wil niet herkend worden.Ondertussen kreeg ik de toelating van het Ministerie van Justitie om in deverschillende gevangenissen en Instellingen voor Sociaal Verweer, samen met degoedkeuring van de individuele geïnterneerden, de mensen ook herkenbaar af tebeelden. De acute uitnodiging tot dialoog werd er alleen maar meer duidelijk door. Maar deze man, hier afgebeeld, had een ziekte aan zijn ogen en woudaardoor niet herkenbaar zijn.

Foto nr 60

Hij rookte zich een wolk voor het gezicht, alsof de wolk van buiten kwam.Ook wist hij veel af van analoge fotografie. Hij heeft dan ook van mij een portret gemaakt. Voor het raam, met mijn camera.

Foto nr 61

Geïnterneerde op zijn kamer in ‘Beschut wonen MIN’ te Antwerpen.Hij keek TV, Het regent in de straat.Ik had er weinig gesprek mee, mentaal was hij reeds ‘buiten’ ‘op proef’.

Foto nr 62

 Jonge geïnterneerde op zijn studio in ‘Hotel Min’ te AntwerpenNog een stap verder op weg naar de ‘vrijheid’.

Foto nr 63

Geïnterneerde op zijn gelijkvloers appartement te Antwerpen, ‘Zelfstandigwonen’. Eindelijk vrij!  Links, bovenaan de muur, hangt een kadertje met foto.Het fotootje stelt een portret voor van zijn vroegere celmakker. Zijn laatste

contact.

Vanaf zijn jeugd, tot volwassen man, tot vijftiger en zelfs tot 50 plusser, 60 plusser, heeft hij in de cel gezeten. Nu, reeds de leeftijd van 70 jaar voorbij, ishij vrij gekomen en woont hij zelfstandig. Het vogeltje blijft hem trouw.

Foto nr 64

Gevangenis Turnhout (anno 2007).Ik legde uit dat hij eigenlijk zijn eigen portret kon maken, dat hij als hoofdspeler het beeld zou bepalen, terwijl ik voor de compositie zou zorgen. “Dan ga ik liggen zoals ik altijd lig, hele dagen.” En hij legde zich perfect neer, die hand....dat kussen zo dubbelgevouwen. Hij was niet krampachtig. Als het in vertrouwengebeurt, kan het poseren iets tonen, iets naar buiten brengen.

Page 25: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 25/76

 

 25

Daar was ik telkens op uit. Deze man heeft zich bijna op voorhand gemetamorfoseerd tot een stenen beeld. Zoals de liggende engel die je wel eensop graven ziet. Het licht van buiten geeft op de muur een eigenaardig spel, eenreflectie van de buitenwereld. Dit is een heel symbolisch beeld voor mij.

 Algemeen

Echt poseren. Veel van de portretten zijn gemaakt in de cellen waar degeesteszieke geïnterneerden langdurig verblijven: soms komen ze er alleen uit om te douchen. Dat zijn de mensen die geen werk verrichten in de gevangenis,

 zoals schoonmaken. Veel geïnterneerden leven in totale verlatenheid: ze krijgennooit meer bezoek, ze komen nog amper hun cel uit.

Zonder therapie

Er is dus een groot verschil tussen internering in de gevangenis of in een

forensische kliniek. Het aantal plaatsen in de forensische psychiatrie is beperkt,reden dat ruim duizend geïnterneerden zeer langdurig in een gevangenisverblijven. Soms op een aparte afdeling, maar vaak ook gewoon tussen degedetineerden. Zonder kundige zorg, zonder therapie. Alleen de psychiatrie biedt een uitweg op vrijlating. Daarvan is in de gevangenis geen sprake. Veel mannenweten dat ze er nooit meer uit komen. Die speciale gevoeligheid van mensen diedaar in de vertraging zitten, met zo’n zwaar verleden, heb ik geprobeerd vast teleggen.

En tenslotte dit:

“Maar wat we erin zien (in deze portretten) heeft ook met onszelf te maken.Mensen zijn superspecialisten in het bekijke van gezichten. Ze doen het op basisvan de honderdduizenden gezichten en gezichtsuitdrukkingen die ze al inhunhoofd hebben opgeslagen en beoordeeld. Dat is bij iedereen anders. Latenwe dit niet vergeten: de foto is ook een spiegel.” (J. De Vos, uit “geen schuld,wel straf”).

Lieven Nollet 

www.lievennollet.be 

Page 26: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 26/76

 

 26

GEÏNTERNEERDEN IN BELGÏE : EEN KWESTIEVAN SCHULDIG VERZUIM

L’INTERNEMENT EN BELGIQUE OU LANÉGLIGENCE COUPABLE

Walter Van Steenbrugge, advocaat,gespecialiseerd in interneringsmaterie – avocat,

spécialisé en matière d’internement

Page 27: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 27/76

 

 27

2011 marque le 50ème anniversaire d’une loi importante du 06/01/19611. Cellequi oblige l’assistance à personne en danger. Cette loi contraint les témoins d’unfait grave à porter secours à une personne qui serait en danger. Si les témoinsne réagissent pas en ce sens, ils se rendent coupable d’une infraction.

Dans les cas des personnes internées, les droits de la défense n’ont souvent pasété respectés. Que ce soit par l’absence pure et simple d’un avocat ou alors,parfois, s’il y avait un avocat, il était pro deo et peu efficace. L’article 5 de laConvention des Droits de l’Homme n’est donc pas respecté2. 

Dans les institutions pénitentiaires, le service psychiatrique est souvent peuefficient. Les personnes internées ne progressent donc pas et n’ont que très peud’espoir de sortir un jour.

La Cour européenne des Droits de l’Homme a déclaré que la situation desinternés en Belgique était contraire à la Convention des Droits de l’Homme.

Les internés ont droit à un traitement digne.

Pour obtenir une libération conditionnelle, il faut passer devant une Commissionde défense sociale. L’interné dépend donc du bon vouloir et des opinons(favorables ou défavorables) des membres de cette commission.

Parmi les internés, il y a beaucoup de suicides et d’automutilations. La notion dedanger est donc bien présente.

La deuxième condition pour qu’il y ait non-assistance à personne en danger est

qu’il doit y avoir négligence. Elle est clairement établie vu que la situation estconnue des autorités compétentes (le ministère de la Justice entre autres), letexte de la Convention existe, la jurisprudence également, les rapports desobservatoires des prisons…

La conclusion qui s’impose est que la situation est intolérable et contraire audroit européen. Les responsables devraient être traduits en justice.

Me Van Steenbrugge termine son exposé par une citation de Socrate : « Si vousvoulez changer le monde, commencez par vous- même ! »

Notes

1 La loi du 6 janvier 1961 érigeait en délit certaines abstentions coupables.Cette loi insérait l’article 422 bis du Code pénal.[Art. 422bisSera puni d'un emprisonnement de huit jours à un an et d'une amende de 50 à500 euros ou d'une de ces peines seulement, celui qui s'abstient de venir en aideou de procurer une aide à une personne exposée à un péril grave, soit qu'il aitconstaté par lui-même la situation de cette personne, soit que cette situation luisoit décrite par ceux qui sollicitent son intervention.Le délit requiert que l'abstenant pouvait intervenir sans danger sérieux pour lui-même ou pour autrui. Lorsqu'il n'a pas constaté personnellement le péril auquelse trouvait exposée la personne à assister, l'abstenant ne pourra être puni

Page 28: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 28/76

 

 28

lorsque les circonstances dans lesquelles il a été invité à intervenir pouvaient luifaire croire au manque de sérieux de l'appel ou à l'existence de risques.[La peine prévue à l'alinéa 1er est portée à deux ans lorsque la personneexposée à un péril grave est mineure d'âge.]

2 Article 5 de la Convention européenne des Droits de l’Homme1. Toute personne a droit à la liberté et à la sûreté. Nul ne peut être privé de saliberté, sauf dans les cas suivants et selon les voies légales :

•  a. s'il est détenu régulièrement après condamnation par un tribunalcompétent;

•  b. s'il a fait l'objet d'une arrestation ou d'une détention régulière pourinsoumission à une ordonnance rendue, conformément à la loi, par untribunal ou en vue de garantir l'exécution d'une obligation prescrite par laloi;

•  c. s'il a été arrêté et détenu en vue d'être conduit devant l'autorité

 judiciaire compétente, lorsqu'il y a des raisons plausibles de soupçonnerqu'il a commis une infraction ou qu'il y a des motifs raisonnables de croireà la nécessité de l'empêcher de commettre une infraction ou de s'enfuiraprès l'accomplissement de celle-ci;

•  d. s'il s'agit de la détention régulière d'un mineur, décidée pour sonéducation surveillée ou de sa détention régulière. afin de le traduiredevant l'autorité compétente;

•  e. s'il s'agit de la détention régulière d'une personne susceptible depropager une maladie contagieuse, d'un aliéné, d'un alcoolique, d'untoxicomane ou d'un vagabond;

•  f. s'il s'agit de l'arrestation ou de la détention régulière d'une personne

pour l'empêcher de pénétrer irrégulièrement dans le territoire, ou contrelaquelle une procédure d'expulsion ou d'extradition est en cours.

2. Toute personne arrêtée doit être informée, dans le plus court délai et dansune langue qu'elle comprend, des raisons de son arrestation et de touteaccusation portée contre elle.3. Toute personne arrêtée ou détenue, dans les conditions prévues auparagraphe 1.c du présent article, doit être aussitôt traduite devant un juge ouun autre magistrat habilité par la loi à exercer des fonctions judiciaires et a ledroit d'être jugée dans un délai raisonnable, ou libérée pendant la procédure. Lamise en liberté peut être subordonnée à une garantie assurant la comparution del'intéressé à l'audience.4. Toute personne privée de sa liberté par arrestation ou détention a le droitd'introduire un recours devant un tribunal, afin qu'il statue à bref délai sur lalégalité de sa détention et ordonne sa libération si la détention est illégale.5. Toute personne victime d'une arrestation ou d'une détention dans desconditions contraires aux dispositions de cet article a droit à réparation.

Page 29: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 29/76

 

 29

CONDITIONS ORDINAIRES DE DÉTENTION DES

INTERNÉS - DE GEWONE VOORWAARDEN VOORHECHTENIS VAN GEÏNTERNEERDEN PERSONEN

Delphine Paci, présidente de la section belge del’Observatoire International des Prisons –

voorzitter van de Belgische afdeling van hetObservatoire International des Prisons (OIP)

Page 30: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 30/76

 

 30

L’OIP dénonce les manquements en milieu carcéral. La situation dans les prisonsest déplorable. Depuis 10 ans, la population d’internés a fortement augmenté. En

2010, il y avait 1460 internés en Belgique (en prison et en Établissement dedéfense sociale). Les lieux sont indignes.

Bien souvent, les internés l’ont été trop rapidement et trop facilement. Lespsychiatres prêts à participer à ce genre d’expertise sont peu nombreux et malpayés. Comme dit le dicton: « If you pay peanuts, you get monkeys ! ». Il y ades projets de contre-expertise mais qui ne sont pas appliqués.

La notion de dangerosité est très fluctuante. Delphine Paci cite l’exemple d’unepersonne qui a été internée pendant 20 ans pour un vol de vélo. Il est nécessairede sensibiliser les experts à la mise en observation adéquate du patient avant de

déclarer l’internement.A la prison de Forest, il y a plus de 110 détenus pour 47 places. Il y a unesurpopulation excessive, un mélange des pathologies, un manque de place dansla cellule, ils ne peuvent circuler. De plus, la qualité des soins est insuffisante.

En 2007, des équipes pluridisciplinaires ont été instaurées. C’est un mieux maisles conditions restent indignes.

Des internés se retrouvent dans le cellulaire « normal » par manque de place.

Le CPT (le Conseil européen pour la Prévention de la Torture) a visité les prisonsde Jamioulx et Lantin.

Par le passé, Lantin a été fermée par le CPT. Actuellement, il y aurait uneamélioration bien que les internés passent 22 heures par jour en cellule. De plus,il n’y a qu’un psychiatre à mi-temps pour toute l’annexe psychiatrique et lesneuroleptiques sont utilisés en masse. Lorsqu’il y a un souci avec un interné, ilest mis au cachot et non à l’hôpital.

La situation à l’annexe psychiatrique de Jamioulx est encore plus désespérante.Les hôpitaux refusent d’accueillir des internés venant de Jamioulx à cause de leurmauvaise réputation. De plus en plus d’internés se retrouvent dans le quartier« haute sécurité ».

La conclusion de Delphine Paci est que c’est une honte de laisser les internésdans ces dépotoirs. Elle recommande encore que cette matière soit transférée auministère des soins de santé et non laissée au ministère de la justice.

Page 31: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 31/76

 

 31

Questions – Réponses

Question : Interne-t-on trop facilement ?⇒  Delphine Paci : Il n’est peut-être pas nécessaire de toujours pénaliser. Il

faut apprécier justement les faits qui ne sont peut-être pas toujours aussigraves. L’internement, on sait quand on y entre, on ne sait pas quand onen sort. Si on en sort un jour…

Question : Les demandes de mise en observation sont souvent négligées par leparquet, les internés se retrouvent donc facilement incarcérés.⇒  Walter Van Steenbrugge : Les parquets devraient être plus créatifs et

tenter d’éviter l’engrenage carcéral. Mais ils sont souvent frileux à l’idée de

prendre des risques. Pourtant des possibilités existent comme maintenir lapersonne dans le milieu familial…⇒  Une personne du public 1er substitut à Bruxelles réagit : Il y a d’autres

possibilités d’aménager le travail des magistrats. Il ne faut pas tomberdans la caricature.

Page 32: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 32/76

 

 32

50 % DE PERSONNES HANDICAPÉES MENTALES EN DÉFENSESOCIALE : COMMENT CONSTRUIRE UN VRAI PROJET

THÉRAPEUTIQUE INTÉGRÉ ET ÉVITER LEUR ÉTERNELINTERNEMENT ?

50 % GEÏNTERNEERDE PERSONEN MET EEN VERSTANDELIJKEHANDICAP : HOE KUNNEN WE EEN ECHT GEÏNTEGREERD

THERAPEUTISCHE PROJECT OPBOUWEN EN VERMIJDEN DATZE EEUWIG OPGESLOTEN BLIJVEN?

Docteur/Dokter Benjamin Delaunoit, Directeur médical duC.R.P. Les Marronniers à Tournai - medisch directeur van het

C.R.P. Les Marronniers in Doornik

Page 33: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 33/76

 

 33

Texte issu de la présentation Powerpoint

1.  Loi de Défense sociale du 09.04.1930 et du 01.07.1964

•  Elle s’adresse à des personnes ayant commis des faits qualifiés de

crime ou délit et considérées comme non responsables de leurs actesdu fait d’un état de démence, de déséquilibre mental ou d’une débilitémentale.

•  Elle parle de crime ou délit, on parle donc bien de faits d’une certainegravité. Il convient quand même de préciser que dans la pratique, lagrande majorité des infractions entrent en ligne de compte et que sicertains faits sont gravissimes, de nombreux patients ont commis desinfractions de moindre importance dans un contexte particulier.

2.  Circuit de soins internés

•  Catégorisation par le Risk•  Le concept de Risk est défini par le niveau de sécurité des lieux de

placement plus que par le profil de la patientèle qui y est soignée•  High Risk : - Annexes psychiatrique Prisons

- EDS

•  Medium Risk : Projets pilotes financés par le SPF Santé publique

- Unités intensives

- Programmes intensifs- Equipes out-reaching

•  Low Risk :

- Services hospitaliers : sans financement- MSP : financement- Homes : spécifique

3.  Défense sociale du Centre Régional de soins Psychiatriques « LesMarronniers » à Tournai

•  350 lits

•  Lits hospitaliers psychiatriquessoit - 100 lits A

- 250 lits T

•  11 Unités de soins

•  Equipe de sécurité : 34 personnes

•  Contexte de haute sécurité

Page 34: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 34/76

 

 34

•  Patients considérés théoriquement comme « High Risk »

•  Collaboration – coordination permanente avec la Justice

•  Double mission :- sécurité

- soins

•  Toutes les décisions relatives à la liberté - sorties - congés –libérations – sont prises par la Commission de Défense Sociale (CDS)

•  2 conditions pour être libéré :- amélioration de l’état mental- bénéficier d’un projet de réinsertion

4.  Organisation des soins en Défense sociale

  11 Unités de soins

  Programmes thérapeutiques transversaux

  Réhabilitation psychosociale pour patients psychotiques

  Réhabilitation psychosociale pour patients handicapésmentaux

  Programme intensif pour délinquants sexuels

  Programme thérapeutique pour assuétudes

  Equipe out-reaching « Prisons »

  Equipe out-reaching « Post-cure »

  Liens multiples avec le réseau

  …

Liste d’attente pour le Centre Régional de soins Psychiatriques « Les

Marronniers » à Tournai  105 patients sur la liste d’attente

  En théorie ordonnance de placement exécutoireimmédiatement

  Placés par ordre chronologique

  Attente de 2 ans en prison avant le placement à Tournai

  Ordonnance en référé

  Astreinte de 500 euros par jour de retard dûment constaté

Page 35: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 35/76

 

 35

Ordonnance de référé

5.  Profil de la patientèle internée 

  Cellule de Recherche en Défense sociale

  Etude menée en 2009 sur une cohorte de 247 patients internés enDéfense sociale

Les résultats de cette étude peuvent être obtenus sur le site du Centre deRecherche en Défense Sociale (CRDS): www.crds.be (à vérifier) 

6.  En Défense sociale aux Marronniers 

En janvier 2011

350 internés

dont 143 patients considérés comme « essentiellement » handicapésmentaux

  105 patients Handicapés mentaux sans co-morbidité psychiatriquesignificative

  2 patients autistes  36 patients Handicapés mentaux avec co-morbidité psychiatrique

Page 36: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 36/76

 

 36

7.  Réinsertion

Bilan des libérés à l’essai Handicapés mentaux

En 2005 : 6

En 2006 : 6En 2007 : 11

En 2008 : 4

En 2009 : 17

En 2010 : 15

 

2005

2006

2007

2008

2009

2010

Page 37: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 37/76

 

 37

Patients libérés à l’essai (LE)

8.  Pourquoi le réseau handicap est-il réticent à l’idée d’accueillir lapatientèle internée ? 

  Liberté de choix des admissions

  Les structures agréées et/ou contrôlées par l’AWIPH ont le choix deleurs admissions.

  La demande est nettement supérieure à l’offre et les structuresagréées ont toutes une liste d’attente au sein de laquelle ellessélectionnent leurs futurs résidents.

L’admission de patients internés est donc loin d’être un premier choix,notamment pour les raisons suivantes :

  Stigmatisation du patient interné et peur qui découle de l’image qu’ont lesinstitutions du patient interné.

  Méconnaissance du profil psycho- pathologique et criminologique de l’internéhandicapé mental.

  Méconnaissance du contexte de l’internement (liens avec la justice…).

  Crainte pour l’image de l’institution.

  Crainte par rapport à la pression des parents ou des patients de l’institution.

  Incertitudes et craintes par rapport à la gestion de la crise ou par rapport à lareprise en cas d’échec.

2005

2006

2007

2 008

2009

2010

Page 38: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 38/76

 

 38

  Crainte par rapport à la gestion du suivi sexuel (fréquemment notion de délitsexuel…).

  Délai d’attente avant que le patient ne récupère ses allocations de handicap.

  Propositions 

1)  Création d’un groupe de travail handicap mental- internement 

En collaboration avec les plateformes de santé mentale et en lien avec le SPFJustice (annexes psychiatriques des Prisons et Paifve), il s’agit de regrouper les« institutions handicap mental » intéressées par la problématique et le réseaumédico-légal.

Il est indispensable que ces réunions dépassent le cadre purement informel etabordent concrètement les situations à travers les cas cliniques et les solutions àapporter, région par région.

2)  Formation continue et échanges scientifiques 

A travers ce groupe mais aussi de manière plus large pour l’ensemble desinstitutions, le réseau Santé mentale et le réseau Justice doivent diffuserformation, information et échanges.

Il s’agira de permettre au Réseau Handicap d’appréhender la Santé mentale etsurtout le contexte médico- légal et au réseau Santé mentale de mieuxcomprendre le handicap

Ceci devrait contribuer à dé- stigmatiser à la fois la Défense sociale et l’annexede Prison mais aussi le patient interné handicapé mental et de donner auxinstitutions les outils pour gérer ces admissions.

3)  Mieux se connaître pour mieux collaborer 

Il s’agit de permettre aux structures AWIPH de mieux connaître le monde del’internement, notamment à travers des visites ou stages dans le milieu médico-légal.

Parallèlement, il conviendrait d’organiser des stages, visites ou échanges pour lepersonnel soignant des EDS ou des annexes de Prison.

4) Création d’équipes mobiles mixtes

Le milieu de vie de l’interné handicapé mental est souvent carencé, peu fiable ;la libération dans un milieu de vie familial voire seul est donc plutôt l’exception.Il faudrait pourtant promouvoir ce modèle de réinsertion.

Pour que la Commission de Défense sociale prenne ce type de décision, il fautdonc apporter un certain nombre d’ « assurances ».

Page 39: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 39/76

 

 39

La création d’équipes mobiles, non pas purement out-reaching donc irradiant àpartir de l’EDS, mais bien au contraire inscrites dans le réseau, est une solutiond’encadrement et de suivi dans le milieu de vie.

Ces équipes doivent donc être mixtes : AWIPH - EDS.Elles seront donc utilisées pour le suivi à domicile et pour le soutien des

« structures handicap mental » qui accueillent des internés.

5)  Projets communs- Partenariats 

Les EDS et les hôpitaux psychiatriques accueillant des internés disposentd’infrastructures, d’un réseau recelant certaines ressources.

L’idée serait de mettre en commun ces ressources pour l’organisation d’activitéscommunes de partenariats. Et réciproquement, le réseau handicap « handicapmental » pourrait inviter le partenaire médico- légal.

L’idée est de mieux se connaître et d’avancer concrètement vers l’autre à traversdes initiatives concrètes.

6)  La crise

La structure « handicap mental » qui accueille un interné handicapé mental doitpouvoir disposer de solutions en cas de crise.

Le résident sera alors « extrait » de l’institution pour une durée déterminée (14 jours maximum), le temps de faire baisser la pression et de mettreéventuellement une médication en route.

Le transfert d’un interné handicapé mental vers une structure doit prévoir cettesituation et une convention doit définir les modalités prévues dans ce cadre.

Par ailleurs, l’équipe mobile mixte jouera un rôle actif dans le traitement de ceproblème.

7)  L’échec

L’échec doit lui- aussi être prévu.Dans ce cadre, l’échec est le non respect des conditions définies par laCommission de Défense sociale par rapport au placement du patient dans lastructure.

Deux situations peuvent se présenter : le placement en Article 14 et la libérationà l’essai :

  Placement en Art. 14 de la Loi de Défense sociale : le patient est alors placépar la Commission de Défense sociale dans un lieu de soins approprié, il resteinterné. En cas d’échec, il retourne en Défense sociale.

  Libération à l’essai : En cas d’échec, le patient retourne en Prison.

Page 40: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 40/76

 

 40

8)  Le financement 

Le délai nécessaire avant la récupération des allocations de handicap lors d’unelibération à l’essai est un véritable problème car celles- ci contribuentsignificativement au financement du séjour.

Il conviendrait que le SPF Santé publique apporte une solution à ce niveau.Sinon, la solution du placement en Article 14 est une solution qui offre unfinancement sûr et immédiat, les frais de séjour étant à charge de la Justice.

La Justice y trouve aussi son compte, le placement en structure « handicap »étant en général moins onéreux que l’EDS et celui- ci faisant office d’essai avantla libération…

9) Le suivi sexuel

50% des internés handicapés mentaux ont commis une infraction sexuelle, il nes’agit pas toujours de l’infraction ayant déclenché la procédure d’internement etce délit est souvent contextuel.

L’internement en Défense sociale aura permis de déterminer le contexte danslequel les faits se sont produits, d’étudier et de tester les conditions les plusfavorables à une réorientation réussie.

Il faut finalement généralement peu de choses pour que le contexte soit le plusfavorable possible mais en absence de ce peu de choses, le contexte devientalors propice à une éventuelle récidive, nous parlons ici du cadre dans lequel lepatient évolue, l'attitude et les compétences du personnel, les situations qu'ilfaut éviter...

Un suivi de la problématique sexuelle doit ensuite être assuré. Cela est d'ailleursprévu par la loi. Il importe tout d’abord de garantir que le suivi de cetteproblématique est assuré et que la décision de la Commission est conforme auxcapacités du patient. Ensuite, de manière claire et convenue, le suivi doit êtredéterminé et donc retranscris dans une convention.

Le suivi sera ensuite coordonné, la structure ayant autour d’elle l’apport del’équipe mobile, des ressources de l’EDS, des centres d’appui agréés (UPPL(2),notamment) et les dispositifs sus- décrits notamment en termes de formation.

Il ne s'agira pas d'envoyer le patient en consultation extérieure mais bien aucontraire de favoriser l'organisation de réunions multidisciplinaires au sein de lastructure en présence de ces équipes spécialisées.

Page 41: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 41/76

 

 41

10)  Structure AWIPH pour patients internés handicapésmentaux

En marge des patients pouvant être réinsérés grâce aux dispositifs décrits ci-dessus, il existe une cohorte de patients ayant un profil spécifique :

  Handicap mental.  Capacités réduites.

  Trouble psychiatrique absent ou stabilisé.

  Famille et réseau social absents ou très carencés.

  Délit généralement sexuel, souvent contextuel.

Ces patients sont enfermés à l’EDS depuis de nombreuses années et leurréinsertion est pour l’instant impossible.

Ces patients présentent un risque très faible dans un cadre donné maisrelativement élevé hors de ce contexte.

Le périmètre sécurisé est défini par la présence de limites claires autour de lastructure.

Le séjour du patient est d’une durée normale de 3 ans dans la structure.

Il s’agit de démontrer qu’il est possible de gérer un groupe de 30 patients dansune structure handicap traditionnelle sans risque pour la société et de favoriserainsi leur orientation vers d’autres structures.

En conclusion

  48,5% de la patientèle internée a un QI < 70

  La durée d’enfermement moyen est de 10,5 ans pour lesinternés handicapés mentaux (8,5 EDS + 2 ans prison)

  Des solutions existent et doivent être mises en œuvre.

Page 42: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 42/76

 

 42

EERSTE STAPPEN VAN EEN ZORGCIRCUIT

BINNEN EN BUITEN DE STRAFINRICHTING –PREMIERS PAS VERS UN CIRCUIT DE SOINSÀ L’INTÉRIEUR ET À L’EXTÉRIEUR DEL’ÉTABLISSEMENT PÉNITENTIAIRE

Paul Maes, algemeen directeurdienstverleningcentrum ‘t Zwart Goor – Directeur

général de l’association ‘t Zwart Goor

Page 43: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 43/76

 

 43

Het dienstverleningscentrum ’ t Zwart Goor biedt ondersteuning en zorg aan een300-tal mensen met een verstandelijke beperking of eenautismespectrumstoornis op verschillende plaatsen in de provincie Antwerpenmet een 350-tal medewerkers in de zorgvormen tehuis, dagcentrum, dienst beschermd wonen en persoonsgebonden financieringen. Het 

dienstverleningscentrum heeft bijzondere aandacht voor mensen met ernstigebijkomende psychische en gedragsproblemen, waaronder het aanbod voor geïnterneerden: ambulante begeleiding in de gevangenis voor een 70-tal 

  personen, 10 voorbehouden plaatsen in het tehuis en 5 opnames viaconvenantformule met persoonsgebonden financieringen (knelpuntdossiers). 

In de sector van de gehandicaptenzorg, die af te rekenen heeft met een tekortaan plaatsen en een aanzienlijk aantal mensen, wachtend op een geschikteplaats, verkeren de mensen die geïnterneerd werden en noodgedwongen in eenstrafinrichting moeten blijven in een zeer moeilijke situatie. Tot voor kort was hetzeer moeilijk, zelfs eerder onmogelijk, om voor hen een geschikte opvangplaats

te vinden in de reguliere zorg. Het gevolg was dat zij, zonder enig perspectief, inde strafinrichtingen moesten blijven. Een plaats waar geen gepaste opvang,begeleiding of ondersteuning kon geboden worden. De detentieschade nam toemet het aantal jaren in de strafinrichting en uiteraard verkleinde daarmee dekans om de overgang te kunnen maken naar aangepaste opvang in degehandicaptensector.

De overgang is echter niet vanzelfsprekend. De kloof tussen wat er nodig is voordeze toch wel complexe doelgroep en het aanbod aan ondersteuning en zorg inde gehandicaptenzorg was erg groot. De eerste contacten tussen degehandicaptenzorg en Justitie kwamen tot stand op de werkvloer in de jaren

negentig van de vorige eeuw. Met beperkte middelen werd een begin vanhulpverlening opgezet. Deze kon echter pas echt vorm en inhoud krijgen vanaf 2002 toen middelen ter beschikking werden gesteld vanuit het VlaamsAgentschap voor Personen met een Handicap (V.A.P.H.). Ondertussen werdengrote stappen gezet, die een start betekenen van een mogelijk zorgcircuit voordeze mensen.

We weten nu uit onderzoek dat ongeveer 1 op 5 geïnterneerden eenverstandelijke beperking heeft. In Vlaanderen verblijven nog steeds een 120-talmensen met een verstandelijke beperking als geïnterneerde in destrafinrichtingen. De meerderheid van hen heeft naast de verstandelijkebeperking een ernstige bijkomende psychische en/of gedragsstoornis. Decomplexe problematiek en beperkte behandelbaarheid vraagt een langdurig,dikwijls levenslang, gespecialiseerd aanbod. Uit het verleden leerden we dat eenovergang naar de reguliere gehandicaptenzorg, zonder voorbereiding, meestalmislukte.

Met deze elementen moest rekening gehouden worden bij het opzetten vanhulpverleningstrajecten. In eerste instantie, in 2002 en 2003, werd vooralingezet in de eerste stap van een zorgcircuit vanuit het V.A.P.H. door dehulpverlening binnen de muren van de strafinrichting te brengen. In Vlaanderenstartten twee erkende projecten: Ontgrendeld van Centrum Obra in destrafinrichting van Gent en A.b.a.g.g. van het dienstverleningscentrum ’t ZwartGoor in de strafinrichting van Merksplas.

Page 44: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 44/76

 

 44

In de strafinrichting van Merksplas werden de geïnterneerden met eenverstandelijke beperking samengebracht in paviljoen F en een echt zorgprojectkon opgestart worden. Sinds 2009 is het project ondergebracht in het nieuwegebouw ‘de Haven’, ruimtelijk duidelijk apart van de andere gebouwen van destrafinrichting. In ‘de Haven’ verblijven 60 geïnterneerden met een verstandelijke

beperking en een ernstige bijkomende gedrags- en emotionele problemen. Zesbegeleiders vanuit ’t Zwart Goor werken mee in de dagelijkse zorg enondersteuning van deze mensen, in nauwe samenwerking met de medewerkersvan Justitie. De deskundigheid en expertise vanuit de gehandicaptenzorg wordtzo op de werkvloer binnengebracht binnen de muren van de strafinrichting.

Het hoeft geen uitgebreide toelichting dat onze eerste opdracht erin bestond omde schrijnende levensomstandigheden en het leefklimaat te verbeteren. Hetomvormen van een gevangenisomgeving naar een plek waar samen ‘geleefd’ wordt, was toch wel revolutionair in de strafinrichting: gordijnen werdenaangevoerd, planten, een goudvis en schildpadjes, zithoeken werden

geïnstalleerd, een keuken met ‘gevaarlijke’ materialen, …, kortom alles watnormaal aanwezig is in een gewone voorziening gehandicaptenzorg . Dezeelementen werden meegenomen in de nieuwbouw van ‘de Haven’, waardoor ernu kan gewerkt worden in een omgeving die ondersteuning en zorg kansengeeft.

Een tweede belangrijke opdracht is de diagnostische beeldvorming, die essentieelis voor een geslaagde doorstroming naar een aangepaste voorziening buiten destrafinrichting. Onze medewerkers voeren een eerste screening uit bijvermoedens van verstandelijke beperking of een autismespectrumstoornis. In debeeldvorming worden alle aspecten van het functioneren in beeld gebracht.

Naast de verstandelijke beperking moet er immers een goede beeldvorminggebeuren op het vlak van de sociale redzaamheid, het niveau van socio-emotioneel functioneren, de bijkomende psychische en gedragsproblemen, …zodat een totaalbeeld kan gemaakt worden van de vraagstelling van de persoon.

Aansluitend hierop worden individuele handelingsplannen opgemaakt met hetoog op de huidige ondersteuning, maar ook met het oog op mogelijkedoorstroming naar een voorziening buiten de strafinrichting. Dehandelingsplannen geven externe zorgvoorzieningen die een opname overwegenof uitvoeren een goed beeld van de noden van de persoon en de nood aandagelijkse ondersteuning die moet voorzien worden.

In het verleden moesten voorzieningen dit zelf maar uitzoeken na de opnamevan een geïnterneerde, met als gevolg dat het dikwijls zeer snel fout liep.De beeldvorming wordt aangevuld met dagelijkse begeleiding en ondersteuning.De begeleiding is zowel individueel als groepsgericht. Elke persoon krijgt één vande medewerkers toegewezen als mentor. In deze individuele begeleidingsrelatiewordt vooral gefocust op de individuele noden. In een aantal gevallen wordt ditaangevuld met trainingen in onder andere specifieke zelfredzaamheidaspecten,begeleiding bij bijkomende psychische en gedragsproblemen, training in socialevaardigheden, …

Gezien we kunnen werken in een aangepaste en afgescheiden nieuwbouw,waarbij rekening gehouden werd met onze wensen, is de groepsbegeleiding eenzeer belangrijke werkvorm. Binnen de Haven organiseren we een

Page 45: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 45/76

 

 45

leefgroepwerking, waarbij onze begeleiding elke dag van 7 tot 20 uur aanwezigis. Hieronder valt ondersteuning bij alle aspecten van het alledaagse leven:ondersteuning bij de dagelijkse hygiëne, eetsituaties, vrijetijdsactiviteiten, hetleren leven in groep en met anderen, omgaan met conflictsituaties, … . Kortom,een proeftuin als voorbereiding op een toekomstige opvang buiten de

strafinrichting.Het leven van elke dag wordt uiteraard gestructureerd met een uitgebreidactiviteitenaanbod, waarmee de mogelijke lethargie doorbroken wordt en eennormaal leefritme geïntroduceerd wordt. Het aanbod omvat een breed gammavan aangepaste arbeids- en bezigheidsgerichte activiteiten en eenvrijetijdsaanbod waaronder: koken, netbal, aangepaste vorming, bibliotheek,semi-industrieel werk, krantenatelier, sport, verjaardagsfeesten,communicatiegroep, kaartenatelier, hippotherapie, … .

Ter voorbereiding op de toekomst bieden we tevens begeleiding bij

uitgangspermissies. In dit kader kunnen bezoeken gebracht worden aan familie,wordt er gewinkeld, zijn er gerichte uitstappen, … . Deze activiteiten geven dekans om opnieuw kennis te maken met de huidige maatschappij ondergestructureerde begeleiding en kunnen sociale vaardigheden aangeleerd eningeoefend worden.

Naast deze begeleiding in de strafinrichting van Merksplas, is een lid van hetteam deeltijds actief in de strafinrichting van Turnhout. In deze strafinrichting iser een beperkt aantal geïnterneerden met een verstandelijke beperking. Hetzorgteam van Justitie neemt daar de dagelijkse begeleiding op, waarbij onzemedewerker ondersteunt vanuit de handicapspecifieke deskundigheid.

Ondanks deze inspanningen bleef de realiteit echter dat de doorstromingskansenbeperkt waren. Vanaf 2005 werd de volgende stap in het zorgcircuit gezet: hetopstarten van een specifiek residentieel aanbod in de gehandicaptensector.Vanuit het V.A.P.H. werden, gespreid over 3 jaar, 30 plaatsen tehuis niet-werkenden voorzien in het uitbreidingsbeleid, specifiek bestemd voor deondersteuning en zorg voor geïnterneerden met een verstandelijke beperking diedan konden doorstromen vanuit de strafinrichtingen. Gespreid over Vlaanderennamen 3 voorzieningen deze taak op met telkens 10 plaatsen: Itinera (O.C. Sint-Idesbald), Limes (O.C. Sint Ferdinand), Amanis (dvc ‘t Zwart Goor).

Om hetgeen volgt goed te kunnen situeren, vermelden we dat in het kader vaneen zorgcircuit deze drie residentiële voorzieningen afspraken gemaakt hebbenmet betrekking tot de doelgroep en de opdracht die ging opgenomen worden.Itinera ging zich vooral richten op de personen, die van in het begin duidelijkperspectieven gaven op doorstroming naar de reguliere gehandicaptenzorg.Vanuit het Zwart Goor hebben we gekozen voor die geïnterneerden, waarbijvooraf de kansen op verdere doorstroming als laag tot bijna onbestaandeingeschat worden omwille van de complexe problematiek. ’t Zwart Goor wil ookvoor deze mensen een aangepaste woon- en leefsituatie aanbieden.

In het dienstverleningscentrum ’t Zwart Goor werden de 10 nieuwe opnames vangeïnterneerde mensen geïntegreerd in het initiatief Amanis. Amanis is eenafdeling met 30 specifieke plaatsen voor de ondersteuning en zorg voor mensenmet een verstandelijke beperking en ernstige bijkomende psychische engedragsproblemen.

Page 46: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 46/76

 

 46

In eerste instantie is de werking in Amanis niet zo verschillend van de werking inreguliere tehuizen in de gehandicaptenzorg. Dertig mensen, waarvan 13geïnterneerden, leven er samen in 4 aparte leefgroepen. In eengezinsvervangende of – aanvullende sfeer wordt ondersteuning geboden bij hetvormgeven van het eigen leven via een aangepaste woon- en leefsituatie, net

zoals dit het geval is in een doorsnee tehuis in de gehandicaptenzorg.Er zijn echter toch belangrijke verschilpunten op het vlak van accommodatie,medewerkers en begeleidingshouding.De verschillen op het vlak van accommodatie zijn het meest direct zichtbaar. Denoodzaak aan beveiliging en toezicht is hoger dan in een doorsnee voorziening.De buitendeuren zijn gesloten. Bewoners kunnen het gebouw niet verlatenzonder toestemming of toezicht, tenzij ze zeer gericht willen ontvluchten. Het isgeen gevangenis, met bij wijze van spreken tralies en uitgebreide inspecties ensassen bij het binnenkomen en buitengaan. Met het oog op de veiligheid wordendaarenboven specifieke maatregelen uitgewerkt.

Aangepast meubilair, een time-outruimte per leefgroep, een omheinde tuin, …moeten het voor de medewerkers mogelijk maken veilig te kunnen werken en debewoners voldoende veiligheid te kunnen waarborgen. Het samenleven is nietzoals in een klassieke voorziening. Leven is groepsverband is mogelijk, maarindividuele aanleunstudio’s zijn voorzien voor wie het groepsleven niet of slechtsgedeeltelijk aankan. De begeleiders beschikken over een alarmoproepsysteem tegebruiken bij ernstige agressie of incidenten. Er is bovendien steeds eenminimale aanwezigheid van 4 medewerkers. Deze zijn getraind in persoons- enteamgerichte veiligheidstechnieken.

Voor de ondersteuning en opvang van medewerkers die een ernstig, mogelijktraumatiserend, incident meemaken, is een procedure traumaopvang uitgewerkt.

Minder zichtbaar, maar minstens even belangrijk, is de aanwezigheid dicht bij dewerkvloer van een interdisciplinair team met orthopedagoog/psycholoog,psychiater, arts, psychiatrisch verpleegkundige. Alle medewerkers hebben eenspecifieke deskundigheid of worden opgeleid in het omgaan met mensen met eendubbele diagnose: verstandelijke beperking en ernstige gedrags- en emotionelestoornissen.

Deze specifieke deskundigheid wordt in de praktijk omgezet in een aangepastebegeleidingshouding die op de werkvloer moet ingevuld worden. Dezebegeleidingshouding vertrekt vanuit een agogisch achtergrondkader, aangevuldmet therapeutische principes, waardoor er een aangepast leefklimaat ontstaat.Deze geïntegreerde agogisch-therapeutisch benadering vertrekt vanuit eenaantal achtergronden dat in de dagelijkse begeleiding verweven worden. Onzeondersteuning vertrekt vanuit de vaststelling dat we werken met gekwetste enkwetsbare mensen, die in een situatie gekomen zijn waarin er nog weinig positief perspectief is. De hulpverleningsgeschiedenis van onze bewoners is lang en deproblematiek is complex. Het geheel van de bewoner met zijn mogelijkheden enbeperkingen is belangrijker dan de geïsoleerde behandeling van hetprobleemgedrag. Wat iemand ‘aankan’ is belangrijker dan wat hij kan. Wewerken vanuit zeer eenvoudige haalbare perspectieven en trachten te hogeverwachtingen te vermijden. De ondersteuning vertrekt in grote lijnen vanuit driegrote basisprincipes die per individu verschillend ingekleurd worden.

Page 47: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 47/76

 

 47

Een veilige leefomgeving is voor ons de eerste stap in een mogelijk verdereevolutie. Het gevoel van basisveiligheid is bij de meeste bewoners verstoord. Delange hulpverleningsgeschiedenis, het verblijf in de strafinrichting, dehechtingsproblemen en de opeenvolging van mislukkingen hebben het basaalveiligheidsgevoel aangetast. Omwille van de complexe problematiek werden zij

 ‘losgelaten’ door anderen en onze maatschappij.

Onze begeleidingshouding vertrekt dan ook vanuit een onvoorwaardelijkeacceptatie van de persoon van elke bewoner. Dit betekent uiteraard niet dat wealle gedragingen accepteren. In eerste instantie werken we aan het geven vanhet basisgevoel dat we met hen samen op weg gaan en dat we hen niet los gaanlaten, zeker niet als het moeilijk wordt. Ernstig probleemgedrag is dan ook geenreden om de ondersteuningsrelatie los te laten, integendeel zelfs. We stellen vastdat onze bewoners, dikwijls ondanks een relatief hoog verstandelijkfunctioneringsniveau, zeer laag zitten in de socio-emotionele ontwikkeling. Ditsocio-emotionele niveau is het vertrekpunt voor onze ondersteuning. Dat eenbewoner bepaalde activiteiten kan, wil nog niet zeggen dat hij het aankan.

Dit betekent ook dat we onze verwachtingen aanpassen. De bewoner mag totrust komen. We nemen de tijd om een basale veiligheidsrelatie tot stand tebrengen in een leven waarin al zo veel fout gelopen en mislukt is.Enkel onvoorwaardelijk accepteren is uiteraard niet voldoende. Onze bewonershebben een grote nood aan houvast. We willen hen het gevoel geven dat wesamen verantwoordelijk zijn en dat wij zullen ondersteunen waar het voor henniet lukt. Deze ondersteuning is uiteraard zeer individueel bepaald.

Grenzen stellen is uiteraard nodig, maar is afhankelijk van het individu. We gaaner tevens vanuit dat een aantal problemen (bv. pedofilie) met de huidige kennis

niet kunnen opgelost worden. Het is dan onze taak om een omgevingsortheseaan te bieden, waarin deze problemen gevat worden en niet opnieuw leiden tothet vastlopen van de situatie.

Accepteren en houvast zijn niet voldoende. Een leven wordt pas zinvol als menvanuit een basaal veiligheidsgevoel perspectief heeft, hoe gering ook. Ruimtevoor ontwikkeling en groei moet steeds aanwezig zijn. Er moet gestreefd wordennaar mogelijkheden tot doorgroei, maar volgend en niet sturend, op een eigenaangepast tempo en met voldoende tijd. Doorstroming naar andere regulierevoorzieningen is een mogelijkheid, maar geen verplichting. Het uitbouwen vaneen goed kwalitatief leven is gaat voor op de eis naar een zo normaal mogelijkleven.

Na 5 jaar begeleiding van deze bewoners die uit de strafinrichting doorgestroomdzijn naar ons tehuis, zien we dat we met onze benadering perspectief kunnenbrengen.

Enkele cijfers ter illustratie:in deze periode hebben 17 geïnterneerde mensen met een verstandelijkebeperking de overstap gemaakt vanuit de strafinrichting naar ons tehuis. Tweevan stroomden door naar het initiatief Limes in Limburg om dichter bij hunsociaal netwerk te kunnen wonen. Eén bewoonster zette ondertussen deoverstap naar een reguliere leefgroep binnen de werking van hetdienstverleningscentrum ’t Zwart Goor. Ze leeft nu in een kleine leefgroep metvijf medebewoners met een open begeleidingsregime en in een meer inclusievesituatie. Zij probeert op deze manier of zij nog verdere stappen kan zetten.

Page 48: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 48/76

 

 48

Een andere bewoner is na een 4-tal jaren zodanig geëvolueerd dat de interneringopgeheven is. Hij woont nu, tot ieders tevredenheid, in een kleinschaligereguliere groepswoning waar hij zijn ‘thuis’ gevonden heeft. De anderen,degenen met een meer persistente en ernstige gedragsproblematiek, verblijvennog steeds in de meer afgesloten leefgroepen, waarbij dit voor een aantal van

hen misschien ook zal blijven. Dit is echter minder belangrijk.Ze leven nu in een huis, waarin een positief leefklimaat aanwezig is, en waarin zijhun leven kunnen uitbouwen. Al is dit dan met grenzen, maar het is vooral metondersteuning om er iets goed van te maken. Misschien blijkt het positieve noghet meest uit het feit dat deze 13 mensen al deze jaren bij ons gebleven zijn eneindelijk een plaats gevonden hebben waar ze kunnen blijven. Om het met dewoorden van één van hen te illustreren: ‘Eindelijk heb ik een thuis gevonden’.

Ter afsluiting misschien toch nog een aantal van onze dromen voor dezekwetsbare doelgroep:

- verdere uitbouw van specifieke initiatieven om geïnterneerde mensen meteen verstandelijke beperking die in strafinrichtingen verblijven aangepastezorg en ondersteuning te bieden,

- preventie door de verdere uitbouw van voorzieningen voor mensen met eenverstandelijke beperking en ernstige gedrags- en emotionele stoornissen,

- preventie door een naadloze overgang van de ondersteuning en zorg voordeze mensen van minderjarigheid naar volwassenheid,

- verder uitbouwen van een goede geestelijke gezondheidszorg voor mensenmet een verstandelijke beperking door afstemming op en samenwerking metverschillende sectoren, zoals de geestelijke gezondheidszorg (o.a. forensischpsychiatrische initiatieven),

- groei van intersectorale samenwerkingsinitiatieven op het raakpunt vangehandicaptenzorg, geestelijke gezondheidszorg, Justitie en andere betrokkensectoren

We merken dat de overheid onze inspanningen van nabij volgt en mee gestaltewil geven aan ons eindperspectief: voorkomen dat mensen met eenverstandelijke beperking in strafinrichtingen moeten verblijven en indien het tochgebeurt hen zo snel mogelijk inleiden in een aangepast zorgcircuit waarin ze hunleven weer perspectief kunnen geven.

Page 49: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 49/76

 

 49

IK ZEG ALTIJD DE WAARHEID MAAR NIEMAND GELOOFT MIJ – JE DIS TOUJOURSLA VÉRITÉ MAIS PERSONNE NE ME CROIT

Projectie van de documentaire gerealiseerd door/Projection du documentaire réalisé par Dominique

Willaert, Victoria Deluxe vzw

Page 50: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 50/76

 

 50

Victoria Deluxe is een sociaal-artistiek werkplatform in Gent.

 “Als sociaal-artistieke werking zet Victoria Deluxe jaarlijks verschillende creaties

op in de stad Gent. Telkens geven we via een artistiek werkproces diversemensen en groepen uit de stad een 'stem' en laten we ze tot 'verhaal' komen.De artistieke manier van werken is nauw verbonden met de sociale dynamiek inonze maatschappij.

Vertrekpunt is het werken met mensen en groepen die het binnen onzesamenleving moeilijk hebben of lijden onder vormen van uitsluiting. De rodedraad doorheen de werking is dat we vertrekken vanuit de kwaliteitenen sterktes van de mensen waarmee we samen werken. De participantenworden telkens nauw betrokken bij het opzet, de ontwikkeling en afronding vanieder traject. In tegenstelling tot een aantal maatschappelijke tendensen

geloven we in de maakbaarheid van onze samenleving. Onder het motto 'Deverbeelding aan de macht' stimuleren we werk- en denkprocessenwaarbij we onze actuele democratie proberen te verstevigen.http://www.victoriadeluxe.be/organisatie 

De documentaire: “Ik zeg altijd de waarheid maar niemand gelooft mij”.

Victoria Deluxe heeft sinds jaar en dag heel wat deelnemers die lijden aan eenpsychiatrische aandoening. “(…) In de zomer van 2009 werd het idee om een

documentaire te maken aan de participanten voorgesteld. Een tientalparticipanten was en is bereid om mee te werken aan een documentaire die deimpact van een psychiatrischeaandoening op hun leven op eenintegere manier in beeld wil brengen.We kiezen duidelijk voor eenbetrokken standpunt: met dezedocumentaire willen we meer inzichten betrokkenheid genereren opmensen met een psychiatrischeaandoening. Uit de vele verhalen van

de participanten merken we immershet grote taboe dat nog steedsaanwezig is en de vele verhalen van

  ‘marginalisering’: mensen diepsychisch ziek zijn worden op diversevlakken gediscrimineerd engemarginaliseerd.

Een oproep tot meer aandacht en begrip dus! »

Page 51: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 51/76

 

 51

Source: www.vagga.be 

V.Z.W. VAGGA (Vereniging Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg Antwerpen)is een Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg erkend en gesubsidieerddoor de Vlaamse overheid.

VAGGA biedt gespecialiseerde, ambulante behandeling aan kinderen,volwassenen en ouderen met ernstige psychische problemen of stoornissen enaan hun omgeving.

 ‘Ambulant’ betekent dat men er enkel, na afspraak, op consultatie kan komen,maar er niet kan verblijven.

VAGGA heeft tevens een gespecialiseerde werking voor verslavingszorgen verslavingspreventie, en voor personen die door justitie verwezen werdenvoor behandeling (forensische zorg).

Plegers van strafbare feiten die via therapie aan een oplossing willenwerken voor hun problemen, kunnen bij ons gespecialiseerd forensisch teamterecht.

VAGGA is door de overheid erkend als gespecialiseerd centrum voor dadersvan seksueel geweld. Daarnaast kunnen ook geïnterneerden of daders vanandere delicten een aanvraag doen voor een ambulante behandeling.

 

FORENSISCH ZORGCIRCUIT IN ANTWERPEN

CIRCUIT DE SOINS FORENSIQUE À ANVERS

Chris Vermeiren, maatschappelijke assistent en

psychotherapeut – assistant social etpsychothérapeute, VAGGA Vereniging Ambulante

Geestelijke Gezondheidsdienst Antwerpen

Page 52: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 52/76

 

 52

PROJET PILOTE : ACCOMPAGNEMENT DES FAMILLESDE PATIENTS MALADES MENTAUX AU SEIN DE

L’ANNEXE PSYCHIATRIQUE DE LA PRISON DENAMUR - PROEFPROJECT : BEGELEIDING VAN

PERSONEN MET EEN PSYCHISCHE AANDOENINGBINNEN DE GEVANGENIS VAN NAMEN

Fabienne Collard, coordinatrice de l’asbl Similes Wallonie –coördinator Similes Wallonie vzw et/en Béatrice Ory,

assistante sociale de l’équipe de soins de l’annexepsychiatrique de la prison de Namur – maatschappelijkewerkster zorgteam psychiatrische afdeling van de

gevangenis van Namen

Page 53: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 53/76

 

 53

Texte issu de la présentation Powerpoint

1. Création des équipes de soins

  Existe depuis plus de quatre ans

  Composition de l’équipe

La mise en place de ses équipes se fonde avant tout sur les principesgénéraux suivants :

•  L’interné a droit à des soins de santé équivalents à ceux dispensésdans la société libre et adaptés à ses besoins spécifiques ;

•  L’interné a droit aux services de dispensateurs de soins possédant lesqualifications requises en fonction de ses besoins spécifiques;

•  La fonction de dispensateur de soins est incompatible avec une missiond’expert en prison ;

•  Les règles relatives à l’éthique médicale et à la déontologie sontd’application.

La mission principale des équipes de soins :

 Assistées par les autres services de soins de santé de la prison, les équipessoignantes assurent les soins de santé en vue de définir, de restaurer oumaintenir aussi optimales que possible les possibilités physiques, psychiques et sociales du patient interné, en vue notamment de lui permettre de passer à une

 phase de traitement ultérieure dans le circuit de soins en psychiatrie légale. Acet effet, elles travaillent en étroite collaboration avec la direction, le personnel de la prison et les partenaires externes. 

2. Mise en place de projets thérapeutiques au sein des sectionspsychiatriques

  Mise en place de projets basés sur la réhabilitation psychosociale pour des patients psychotiques

  Projets 

•  la psychoéducation au traitement neuroleptique et à la gestion des

symptômes,

Page 54: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 54/76

 

 54

•  l’entraînement aux habiletés sociales via le jeu des compétencesdéveloppé par Jérôme FAVROD,

•  projet d’accompagnement des familles/proches de patientspsychotiques au sein des sections psychiatriques et de l’EDS.

Projet d’accompagnement des familles/proches de patientspsychotiques au sein des sections psychiatriques et de l’EDS

PHILOSOPHIE DU PROJET:

Les différents projets s’inspirent d’une part de l’individualité même du patient etde sa pathologie et d’autre part des autres dimensions de sa vie sociale;

Une des dimensions est celle du système familial au sens large

•  Parents, enfants, frères, sœurs… lien affectif significatif pour le patient

•  Pour les familles et les patients => maintenir le lien est une expérienceparfois difficile. La maladie et le passage à l’acte parfois violent du patient,l’incarcération induisent parfois une incompréhension de la part desproches, de la colère, de la souffrance …

OBJECTIFS DU PROJET:

•  intégrer les familles/proches dans le processus thérapeutique et intégrerdans le plan de soins du patient la dimension familiale puisque la famillereste un lieu de vie potentiel après l’incarcération, un lieu d’accueil ou derejet, un lieu d’émergence des symptômes ;

•  permettre au patient de se sentir mieux soutenu par son entourage, mieuxcompris dans les difficultés qu’il vit ;

•  diminuer le stress intrafamilial ;

•  restaurer une communication au sein de la famille ;

•  permettre un dialogue patient/proche/soignant adéquat afin d’optimaliser laprise en charge thérapeutique.

MISE EN PLACE DU PROJET:

•  Recherche d’outils pour le travail avec les familles : une prise de contactavec l’ASBL SIMILES et recherche de pistes de collaboration.

Page 55: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 55/76

 

 55

•  Constat : Prématuré d’envoyer de manière directe les familles aux activitésde Similes. Plus adéquat de créer d’abord des liens avec lesintervenants de l’équipe de soins et avec ceux de SIMILES. 

1)  Organisation des rencontres avec les familles et ce, avec l’accord du

patient2)  Organisation au sein de la Prison d’un groupe de parole animé par

l’ASBL Similes3)  Encourager les familles à participer aux activités de l’ASBL Similes.

PRÉSENTATION

Familles et amis de personnes atteintes de troubles psychiques

Il est indispensable de reconnaître la souffrance de la famille et demultiplier les moyens et les lieux de soutien.

OOttttiiggnniieess  LLiièèggee 

VVeerrvviieerrss 

EEuuppeenn//SStt--VViitthh 

BBeerrttrriixx 

AArrlloonn NNaammuurr DDiinnaanntt 

CChhaarrlleerrooii 

MMoonnss 

TToouurrnnaaii 

NNiivveelllleess 

Page 56: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 56/76

 

 56

Axe 1: Soutien et information

Soutenir les familles ne suffit pas. Il faut aussi leur proposer des outils pour faireface et alléger le « poids » que représente la maladie de leur proche.

Axe 2 : Formations 

Plus les familles sont armées, plus elles pourront assurer un rôle constructif etspécifique comme partenaire de soins.

Cette spécificité leur donne une place capitale dans les réflexions surl’organisation des soins.

Axe 3 : Participation 

Méthodologie

•  Groupe fermé qui se réunit 4 fois (au sein de la prison mais dans unesalle destinée aux visites familiales)

•  Travail en binôme•  Présence de deux membres de l’équipe de soins•  La parole est donnée prioritairement au patient après le témoignage de

son proche

•  Les autres participants ont ensuite la parole•  Si nécessaire, intervention des membres de l’équipe de soins présents

pour répondre à d’éventuelles questions•  Complément éventuel apporté par l’animateur•  Réalisation d’un compte rendu distribué aux participants à la séance

suivante

3. Objectifs à long terme

  Étendre la collaboration aux autres sections psychiatriques et à l’EDS,

  permettre aux patients de se sentir mieux soutenus durantl’incarcération/internement et lors de leur retour dans leurenvironnement,

  par ce travail de fond, minimiser les risques de rechute à l’origine d’uneéventuelle réintégration.

Page 57: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 57/76

 

 57

GRONDRECHTEN EN NON-DISCRIMINATIE VAN PERSONENMET EEN VERSTANDELIJKE HANDICAP OF PERSONEN MET

EEN PSYCHISCHE AANDOENING IN DE GEVANGENIS -DROITS FONDAMENTAUX ET NON DISCRIMINATION DESPERSONNES HANDICAPÉES MENTALES OU MALADES

MENTALES EN MILIEU CARCÉRAL

Jozef Dewitte, directeur Centrum voor Gelijkheid vankansen en voor racismebestrijding – Directeur du Centrepour l’Égalité des chances et la lutte contre le racisme 

PLEIDOOI VAN DE VERENIGINGEN

PLAIDOYER DES ASSOCIATIONS

Page 58: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 58/76

 

 58

Grondrechten en non-discriminatie van personen met een verstandelijkehandicap of personen met een psychische aandoening in de gevangenis

Krachtens de wet van 15 februari 1993 is het Centrum belast met debehandeling van de discriminaties op grond van onder andere de handicap en de

gezondheidstoestand1

.

De discriminatie wordt gedefinieerd als een onderscheid dat op een van dezecriteria gebaseerd is en dat niet objectief en redelijkerwijze gerechtvaardigd kanworden.

Het toepassingsgebied van de antidiscriminatiewet van 10 mei 2007 omvat ookde sector van de goederen en diensten, ongeacht of die openbaar of privaat zijn.De wet is dus van toepassing op de openbare diensten zoals de rechtbanken ende strafinrichtingen die onder Justitie vallen.

Het begrip « redelijke aanpassingen » voor de personen met een handicap isvan essentieel belang in de antidiscriminatiewetgeving.De redelijke aanpassingen worden er gedefineerd als «  passende maatregelendie in een concrete situatie en naargelang de behoefte worden getroffen om een

 persoon met een handicap in staat te stellen toegang te hebben tot, deel te nemen aan en vooruit te komen in de aangelegenheden waarop deze wet vantoepassing is, tenzij deze maatregelen een onevenredige belasting vormen voor de persoon die deze maatregelen moet treffen. » (art.4-12°)

De weigering om redelijke aanpassingen uit te voeren ten gunste van eenpersoon met een handicap vormt een discriminatie in de zin van de wet.

Een persoon met een verstandelijke beperking heeft nood aan duidelijkerichtlijnen en eenvoudige en concrete woorden.In Engeland is er bijvoorbeeld een proces met een persoon met eenverstandelijke handicap georganiseerd in een kleine zaal die minder intimiderendoverkwam dan de gebruikelijke zaal, de taal werd aangepast aan de persoon ende persoon heeft uitleg gekregen voor de start van het proces.

In België heeft een persoon met een fysieke handicap dankzij het Centrum eenergonomische stoel gekregen in zijn cel.

De personen met een handicap hebben dus recht op redelijke aanpassingen dietegemoetkomen aan hun specifieke behoeften, ongeacht of zij zich in eengevangenis, een psychiatrische afdeling of een instelling van sociaal verweerbevinden.

De maatregelen ten aanzien van personen met een handicap die in degevangenis geplaatst worden of die geïnterneerd worden, moeten evenredig zijn:men moet een juiste verhouding nastreven bij deze veiligheidsmaatregelen zodatde behoeften als gevolg van de handicap van deze personen gerespecteerd

1 Het begrip handicap wordt niet gedefinieerd in de Belgische wet (10 mei 2007). Het is wel zo dat deBelgische wetgever gekozen heeft voor een ruime invulling van het begrip handicap met inbegrip van elke

fysieke, sensoriële, verstandelijke of psychische stoornis of beperking die een belemmering kan vormen voor een

evenwaardige participatie aan de in de wet vermelde toepassingsdomeinen.

Page 59: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 59/76

 

 59

worden. « De doelstelling van de bescherming van de maatschappij mag niet tenkoste gaan van het verlenen van aangepaste zorgen », werpen de NVHVG enSimiles op.

Andere situaties kunnen als discriminerend beschouwd worden in de zin van dewet van 10 mei 2007. Het zijn de gevallen van pesterijen van personen met

een verstandelijke handicap of geesteszieke personen in de gevangenis. Menmag dit gedrag, dat het gevolg is van vooroordelen en stigmatisering van dezegroepen, niet uit het oog verliezen.

Pesterijen worden als discriminerend beschouwd als ze verband houden met eenvan de beschermde criteria in de antidiscriminatiewetgeving, in dit geval dehandicap of de gezondheidstoestand.Ter herinnering: de pesterijen worden gedefinieerd als « ongewenst gedrag dat tot doel of gevolg heeft dat de waardigheid van de persoon wordt aangetast eneen bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgevingwordt gecreëerd ». Deze gevallen moeten individueel onderzocht worden in het

kader van de antidiscriminatiewetgeving.Een nieuwe wettekst die onlangs door België geratificeerd 2 is, versterkt enonderstreept de grondrechten van de personen met een handicap : hetInternationale Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten vanpersonen met een handicap.

Dit verdrag herinnert eraan dat de personen met een handicap alleburgerrechten, politieke, economische, sociale en culturele rechten moetenkunnen genieten zoals reeds beschreven in de mensenrechtenverdragen van deVerenigde Naties.

De non-discriminatie is een van de algemene beginselen (art.3) van het Verdrag.Het bevat ook het begrip van redelijke aanpassingen voor de personen met eenhandicap en geldt in alle domeinen bedoeld in het Verdrag : « onder « redelijkeaanpassingen » worden verstaan de noodzakelijke en passende wijzigingen,enaanpassingen die geen disproportionele of onevenredige, of onnodige last opleggen, indien zij in een specifiek geval nodig zijn om te waarborgen dat 

 personen met een handicap alle mensenrechten enfundamentele vrijheden op voet van gelijkheid met anderen kunnengenieten of uitoefenen » (art.2).

De situaties van sommige personen met een handicap in de gevangenis zoudenwel eens in strijd kunnen zijn met verschillende artikelen van het Verdrag, metname : 

 Artikel 14 Vrijheid en veiligheid van de persoon

1. De Staten die Partij zijn waarborgen dat personen met een handicap op voet van gelijkheid met anderen:a) het recht op vrijheid en veiligheid van hun persoon genieten;b) niet onrechtmatig of willekeurig van hun vrijheid worden beroofd,en dat iederevorm van vrijheidsberoving geschiedt in overeenstemming met de wet, en dat het bestaan van een handicap in geen geval vrijheidsberoving rechtvaardigt.

2Door België op 2 juli 2009 geratificeerd en op 1 augustus 2009 in werking getreden.

Page 60: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 60/76

 

 60

2. De Staten die Partij zijn waarborgen dat indien personen met een handicap opgrond van om het even welke procedure van hun vrijheid worden beroofd, zij opvoet van gelijkheid met anderen recht hebben op de waarborgen inovereenstemming met internationale mensenrechtenverdragen en inovereenstemming met de doelstellingen en beginselen van dit Verdrag wordenbehandeld, met inbegrip van de

verschaffing van redelijke aanpassingen.Artikel 15 zou tot slot van toepassing kunnen zijn op verschillende situatieswaarvan de personen met een verstandelijke handicap het slachtoffer worden inde gevangenis : pesterijen, gebrek aan aangepaste zorgen, nalatigheden,bijzonder langdurige internering in een onaangepaste omgeving (psychiatrischeafdeling, gevangeniscel).

Vrijwaring van foltering en andere wrede, onmenselijke of vernederendebehandeling of bestraffing

1. Niemand zal worden onderworpen aan folteringen of aan wrede, onmenselijkeof vernederende behandelingen of bestraffingen. In het bijzonder zal niemand   zonder zijn of haar vrij gegeven toestemming worden onderworpen aanmedische of wetenschappelijke experimenten.2. De Staten die Partij zijn nemen alle doeltreffende wetgevende,administratieve, juridische of andere maatregelen om, op gelijke wijze als voor anderen, te voorkomen dat personen met een handicap worden onderworpenaan folteringen of aan  wrede, onmenselijke of vernederende behandelingen of bestraffingen.

 

Vanuit een bezorgdheid over de situatie van de personen met een handicap die

geïnterneerd (of in de gevangenis geplaatst) worden, steunt het Centrum dus hetinitiatief en de aanbevelingen van de NVHVG en Similes.Op grond van de wetteksten ter bestrijding van de discriminaties en terbevordering van de grondrechten, vraagt het Centrum dat bijzondere aandachtbesteed zou worden aan de specifieke behoeften van deze personen bij huninternering.

Het Centrum vraagt de stopzetting van de internering van personen met eenverstandelijke handicap en van geesteszieke personen in de gevangenis. Zijmoeten toegang krijgen tot specifieke zorgen, programma's, een omgeving eneen begeleiding aangepast aan hun toestand.

Page 61: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 61/76

 

 61

Droits fondamentaux et non-discrimination des personnes handicapéesmentales ou malades mentales en milieu carcéral

En vertu de la loi du 15 février 1993, le Centre est chargé de traiter des

discriminations basées, notamment, sur le handicap et l’état de santé3

.

La discrimination est définie comme une distinction basée sur l’un de ces critèreset qui ne peut être justifiée de manière objective et raisonnable.

Le champ d’application de la loi anti-discrimination du 10 mai 2007 s’étend ausecteur des biens et services, qu’ils soient publics ou privés. La loi s’appliquedonc aux services publics tels les tribunaux et les établissements pénitentiairesrelevant de la Justice.

La notion d’« aménagements raisonnables » pour les personnes handicapées

est essentielle dans la législation anti-discrimination.Les aménagements raisonnables y sont définis comme des « mesuresappropriées, prises en fonction des besoins dans une situation concrète, pour 

 permettre à une personne handicapée d’accéder, de participer et progresser dansles domaines pour lesquels cette loi est d’application, sauf si ces mesuresimposent à l’égard de la personne qui doit les adopter une chargedisproportionnée. » (art.4-12°)

Le refus de mettre en place des aménagements raisonnables en faveur d’unepersonne handicapée constitue une discrimination au sens de la loi.

Par exemple, une personne avec une déficience intellectuelle aura besoin deconsignes claires, qu’on lui parle avec des mots simples et concrets.A titre d’illustration, un procès avec une personne handicapée mentale a étéorganisé en Angleterre dans une petite salle, moins impressionnante que cellehabituellement occupée, le langage a été adapté à la personne, des explicationslui ont été données avant le déroulement du procès.

En Belgique, suite à l’intervention du Centre, une personne souffrant d’unhandicap physique, a obtenu une chaise ergonomique dans sa cellule.

Ainsi les personnes handicapées, qu’elles soient en prison, en annexe

psychiatrique ou en établissement de défense sociale, ont droit à desaménagements raisonnables répondant à leurs besoins spécifiques.

Les mesures prises à l’encontre des personnes handicapées incarcérées ouinternées doivent être proportionnelles : les exigences sécuritaires de cesmesures doivent trouver un juste équilibre afin de respecter les besoins liés auhandicap de ces personnes.

3 La notion de handicap n’est pas définie dans la loi belge (10 mai 2007). On peut toutefois affirmer que lelégislateur belge a opté pour une approche large de la notion de handicap incluant tout trouble ou toute

déficience physique, sensorielle, intellectuelle ou psychique qui peut entraver la participation équivalente aux

domaines d’application de la loi.

Page 62: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 62/76

 

 62

« L’objectif de protection de la société ne doit pas se faire au détriment del’apport des soins adaptés » dénoncent l’ANAHM et Similes.

D’autres situations peuvent être désignées comme discriminatoires au sens de laloi du 10 mai 2007. Ce sont les cas de harcèlement à l’encontre de personneshandicapées mentales ou malades mentales en prison. On ne peut ignorer ce

type de comportement, lié aux préjugés et à la stigmatisation de ces groupes.Un harcèlement est considéré comme discriminatoire s’il est lié à l’un des critèresprotégés par la loi anti-discrimination, ici le handicap ou l’état de santé.Pour rappel, le harcèlement est défini par un « comportement indésirable et qui a

 pour objet ou pour effet de porter atteinte à la dignité de la personne et de créer un environnement intimidant, hostile, dégradant, humiliant ou offensant ».Ces cas doivent être analysés individuellement dans le cadre de la législationanti-discrimination.

Enfin, un nouveau texte législatif, récemment ratifié par la Belgique4, renforce et

rappelle les droits fondamentaux des personnes handicapées : il s’agit de laConvention internationale des Nations Unies relative aux droits despersonnes handicapées.

Cette convention rappelle que les personnes handicapées doivent pouvoir jouirde tous les droits civiques et politiques, économiques, sociaux et culturels, telsque déjà énoncés dans les Pactes et conventions relatifs aux droits humainssignés au niveau des Nations Unies.

La non-discrimination est un de ses principes généraux (art.3).Elle reprend également le concept d’aménagements raisonnables pour les

personnes handicapées et ce, dans tous les domaines visés par la Convention :« on entend par « aménagement raisonnable » les modifications et ajustementsnécessaires et appropriés n’imposant pas de charge disproportionnée ou indueapportés, en fonction des besoins dans une situation donnée, pour assurer aux 

 personnes handicapées la jouissance ou l’exercice, sur base de l’égalité avec lesautres, de tous les droits de l’homme et de toutes les libertés fondamentales »(art.2).

Les situations que connaissent certaines personnes handicapées en prisonpourraient contrevenir à plusieurs articles de la Convention, notamment :

L’article 14 Liberté et sécurité de la personne1. Les États Parties veillent à ce que les personnes handicapées, sur la base del’égalité avec les autres :a. Jouissent du droit à la liberté et à la sûreté de leur personne;b. Ne soient pas privées de leur liberté de façon illégale ou arbitraire; ils veillent en outre à ce que toute privation de liberté soit conforme à la loi et à ce qu’enaucun cas l’existence d’un handicap ne justifie une privation de liberté.

 

2.Les États Parties veillent à ce que les personnes handicapées, si elles sont 

 

 privées de leur liberté à l’issue d’une quelconque procédure, aient droit, sur la

 

base de l’égalité avec les autres, aux garanties prévues par le droit international 

4Ratifiée par la Belgique le 2 juillet 2009, elle est entrée en vigueur le 1

eraoût 2009.

Page 63: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 63/76

 

 63

des droits de l’homme et soient traitées conformément aux buts et principes de

 

la présente Convention, y compris en bénéficiant d’aménagements raisonnables.Enfin l’article 15 pourrait s’appliquer à différentes situations dont sont victimesles personnes handicapées mentales et malades mentales en prison :harcèlement, manque de soins appropriés, négligences, durées particulièrementlongues d’internement dans un lieu inapproprié (annexe psychiatrique, cellule de

prison).Droit de ne pas être soumis à la torture ni à des peines ou traitements cruels,inhumains ou dégradants

 

1.  Nul ne sera soumis à la torture, ni à des peines ou traitements cruels,inhumains ou dégradants. En particulier, il est interdit de soumettre une

  personne sans son libre consentement à une expérience médicale ouscientifique.

2.  Les États Parties prennent toutes mesures législatives, administratives,  judiciaires et autres mesures efficaces pour empêcher, sur la base del’égalité avec les autres, que des personnes handicapées ne soient 

soumises à la torture ou à des peines ou traitements cruels, inhumains oudégradants

Ainsi, le Centre, préoccupé par la situation des personnes handicapées internées(ou incarcérées), soutient la démarche et les recommandations de l’ANAHM et deSimiles.

En vertu des textes législatifs luttant contre les discriminations et promouvant lesdroits fondamentaux, le Centre demande qu’une attention particulière soitgarantie aux besoins spécifiques de ces personnes lors de leur internement.Enfin, le Centre demande la cessation des internements des personnes

handicapées mentales et malades mentales en prison. Elles ont besoin d’unaccès à des soins spécifiques, à des programmes, à un environnement et unencadrement adaptés à leur état.

Page 64: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 64/76

 

 64

SITUATION DES PERSONNES HANDICAPÉESMENTALES INTERNÉES EN BELGIQUE : PLAIDOYERDE L’ANAHM – SITUATIE VAN DE GEÏNTERNEERDE

PERSONEN MET EEN VERSTANDELIJKE HANDICAP INBELGÏE: PLEIDOOI VAN DE NVHVG

Jean-Marie Elsen, président de l’Association nationaled’aide aux handicapés mentaux (ANAHM), voorzitter van

de nationale Vereniging voor Hulp aan VerstandelijkeGehandicapten (NVHVG)

PLEIDOOI VAN DE VERENIGINGEN

PLAIDOYER DES ASSOCIATIONS

Page 65: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 65/76

 

 65

Nous savons tous que nous vivons dans un pays avec des niveaux de pouvoirmultiples et des responsabilités éclatées. Mais les personnes handicapéesmentales ne sont pas comparables à un salami dont chaque responsable hérited’une tranche. Leur handicap requiert, encore plus que pour nous, une approcheintégrée, cohérente, multidisciplinaire. Centrer nos revendications sur les besoinsde la personne handicapée nous amène inévitablement à dépasser les frontièresentre ministères, communautés ou régions. Quelle que soit la répartition futuredes compétences, cet effort de collaboration restera essentiel pour répondrecorrectement à nos engagements et pour traiter de façon adéquate lespersonnes handicapées mentales. Les ministères de la Justice, des Affairessociales et de la Santé comme ceux de l’Enseignement et de la Formation sontconcernés au premier chef.

L’ensemble de nos revendications sont décrites en détail dans le livre blanc quenous avons édité avec nos partenaires. Laissez-moi souligner 4 axes importants.

Notre première piste pour améliorer le sort des personnes handicapées mentalesen prison, c’est d’éviter qu’elles n’y arrivent suite à des comportementsinacceptables.

Bien souvent, les délits commis par des personnes handicapées mentales sontliés à leur difficultés à comprendre et à intégrer les règles de vie en société ou àexprimer leur ressenti, leurs besoins. Du fait de leur handicap, les apprentissagessont beaucoup plus lents et la transposition d’une règle apprise dans unenvironnement vers un autre lieu, d’autres circonstances n’est pas automatique.

Nous demandons donc d’accroître les moyens et les efforts pour aider toutes lespersonnes avec un handicap mental à acquérir les compétences nécessaires à lavie dans la société, à intégrer et généraliser les règles de base et à trouver lesmoyens pour exprimer leurs émotions et leurs besoins dans le respect d’autrui.

Il s’agit donc d’intensifier l’éducation et l’accompagnement à la citoyenneté, à lavie relationnelle, affective et sexuelle. Outre un soutien étendu des organisationsqui se sont spécialisées dans cette approche, il nous paraît judicieux desensibiliser et de former davantage les enseignants de l’enseignement spécialisé,les professionnels dans les lieux d’accueil de jour ou d’hébergement. De cette

façon, l’apprentissage sera continu et cohérent entre les différents lieux de vie.Pour pouvoir mieux faire face à des situations de crise, spécialement lorsque desproblèmes de comportement s’ajoutent au handicap, l’approche des CellulesMobiles d’Intervention mérite certainement d’être renforcée en Wallonie etintroduite à Bruxelles et en Flandre.

Le deuxième axe se focalise sur une approche adaptée et coordonnée lorsque ledélit à été commis.

Les personnes handicapées mentales internées doivent disposer d’un

encadrement socio-pédagogique approprié. Cela n’est possible que siintervenants travaillant dans les annexes psychiatriques ou les Établissements deDéfense Sociale disposent de la formation adéquate.

Page 66: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 66/76

 

 66

Comprendre les difficultés liées au handicap mental, apprendre comment fournirune aide éducative efficace, comment être en relation avec la personnehandicapée mentale est nécessaire non seulement pour le personnel de soinsmais également pour le personnel d’encadrement tel que gardiens ouéducateurs. Ce besoin de formation est encore plus criant lorsque, faute deplace, les personnes handicapées mentales se retrouvent en contact avec lesdétenus.

Nous demandons également la création de ponts entre les secteurs de la Défensesociale et du Handicap mental. Tout d’abord pour que l’expérience et lescompétences des professionnels du secteur du handicap mental puissent servirau personnel des annexes psychiatriques et des établissements de défensesociale. Ensuite pour permettre le développement de projets spécifiques assurantune transition entre le secteur de la défense sociale et les services ordinairespour personnes handicapées mentales. L’objectif de l’internement n’est pasd’isoler définitivement la personne mais de protéger la société le tempsnécessaire à la personne pour acquérir les compétences sociales et le support luipermettant un retour vers la vie normale. Et pour la personne handicapéementale, cela signifie souvent le retour vers les structures et services spécifiquespour personnes handicapées mentales n’ayant commis aucun délit. Travailler àcette transition dès l’internement ne peut qu’augmenter les chances de succès.

La mise en place de davantage de coopération entre les deux secteurs neréussira pas sans une campagne de sensibilisation auprès des servicesordinaires, voire d’incitants financiers pour ceux qui relèvent le challenge. Laconcertation entre secteurs et niveaux de pouvoir devra être formalisée et géréede manière professionnelle. Les associations de personnes handicapées mentaleset de leurs familles désirent également participer à cette concertation régulière.

Sur le terrain, des équipes mobiles mixtes, regroupant des professionnels de ladéfense sociale et des services publics aux personnes handicapées, devrontfaciliter cette approche pluridisciplinaire et apporter un soutien concretpermettant aux équipes de construire leur expérience.

Notre troisième message, c’est qu’il faut se donner les moyens de rendre laréintégration possible.

Et pour cela, il faut construire le projet de réintégration « sur mesure » autour dela personne et de son entourage. Et de le revoir régulièrement en fonction del’évolution, des possibilités et des limites de la personne.

En Flandre, des programmes spécifiques pour les personnes handicapéesmentales sont subsidiés par la Vlaamse Agentschap voor Personen met eenHandicap. Ces services sont organisés tant en ambulatoire qu’au sein d’unitésrésidentielles et sauf exception ne visent pas à offrir une solution à vie maisplutôt à accompagner la réintégration en constituant une étape intermédiaire.

Page 67: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 67/76

 

 67

Nous demandons la mise en place, la reconnaissance et la subsidiation de projetssimilaires en Communauté française. Ceci implique l’engagement de l’AgenceWallonne pour l’Intégration de la Personne Handicapée et de PHARE à Bruxelles.

La quatrième priorité concerne les personnes présentant à la fois un handicapmental et des troubles de comportement.

Pour ce public particulier, ni le secteur de la Santé Mentale ni celui du Handicapmental ne peuvent fournir seuls de réponse appropriée. Une coopération étroiteentre des professionnels des deux mondes doit être mise en place afin d’éviterque faute de prise en charge adéquate ces personnes ne restent indéfinimentbloquées dans une annexe psychiatrique ou un Établissement de DéfenseSociale. Les Cellules Mobiles d’Intervention peuvent participer efficacement àcette approche.

Enfin, pour les personnes auxquelles même une telle organisation ne permet pas

d’envisager une réintégration, des unités résidentielles spécifiques doivent êtrecréées.

Ainsi que je l’ai souligné dans mon introduction, il est donc évident à nos yeuxqu’une approche uniquement basée sur les ressources et les compétences

  judiciaires ne peut répondre à la problématique des personnes handicapéesmentales. L’échange de compétences, le support partagé des coûts et lacoordination des interventions permettront de meilleurs résultats pour un coûtglobal moindre et dans le respect de la dignité des personnes aujourd’huiinternées.

Ce matin, je vous ai expliqué qu’il y avait urgence à agir, une urgence aussi forteque pour venir en aide aux victimes d’inondations. L’association Nationale d’Aideaux Handicapés Mentaux insiste, depuis déjà plusieurs années, pour que desinitiatives soient prises tant dans le très court terme qu’à plus long terme. Nousespérons donc que les propositions contenues dans le livre blanc déboucherontsur des décisions rapides et exécutées sans délai, pour améliorer la situation,indigne, qui est celle de plus d’un millier de personnes handicapées ou maladesmentales incarcérées.

Page 68: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 68/76

 

 68

RECOMMANDATIONS INDIVIDUELLES PAR RAPPORT ÀLA SITUATION ACTUELLE DES INTERNÉS ATTEINTS DE

TROUBLES PSYCHIQUES EN BELGIQUE

INDIVIDUELE AANBEVELINGEN MET BETREKKING TOTDE HUIDIGE TOESTAND VAN GEÏNTERNEERDEN

PERSONEN MET PSYCHISCHE PROBLEMEN IN BELGIË Docteur-Dokter Fernand Rihoux, Fédération des Associations

Similes Francophones asbl

PLEIDOOI VAN DE VERENIGINGEN

PLAIDOYER DES ASSOCIATIONS

Page 69: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 69/76

 

 69

Le traitement qu’une culture réserve aux plus vulnérables d’entre ses membresrévèle son degré de civilisation, sa consistance démocratique et sonpositionnement dans la question de la norme.

Les plus vulnérables dont il est question aujourd’hui, ce sont les handicapés

mentaux et les malades mentaux mis aux oubliettes et c’est un scandale.Qu’on ne vienne pas me dire à titre d’argument justificatif que les maladesmentaux sont dangereux et sont des criminels potentiels.

Il ne peut y avoir de confusion de genre entre la délinquance sociale et lesmaladies/   handicaps mentaux  présentant des risques de passage à l’acte. Lepolitique aurait parfois quelque tendance à faire du malade mental, un criminelen puissance ou au moins un individu à risque, une espèce d’« exemplaire » oude « cas d’école » du risque sociétal.

Et nous savons que notre société se veut « à risque zéro » avec un « principe deprécaution » porté au rang de « valeur ».

Nulle mention de notion de dangerosité dans la loi de défense sociale de 1964 sice n’est à l’article 20 al. 2 à propos de la révocation de la libération à l’essai. Onne peut en dire autant de la loi du 21 avril 2007 relative à l’internement despersonnes atteintes d’un trouble mental :d’emblée on y précise en son article 1er que l’internement est une mesure desûreté et dans son article 5, il est dit que l’expertise psychiatrique doit établir sila personne risque de commettre de nouvelles infractions.

Eh oui, c’est l’esprit du temps ; les philanthropes du début du 20

ème

siècle (1

ère

loien 1930) ont fait place à des gens dits raisonnables qui veulent en finir avecl’imprévisible, le hasard, le tragique de l’existence ; tout doit être prévu,managé, contrôlé, surveillé.

Vous pensez peut-être que tout cela est littérature; il n’en est rien car si lenombre d’internés augmente, c’est que ces malheureux stagnent dans nosprisons dont nous avons tous peur de les faire sortir et où nous les faisons entrertrop facilement et trop largement avec une extension de la notion de troublemental vis-à-vis duquel il conviendra de se montrer vigilant.

Bien sûr en prenant le contrepied de cette société sécuritaire et en plaidant pourune culture de la dignité, de l’amour de l’autre, de l’hospitalité pour le rêve et lafolie dans le droit fil de la pensée et de la politique de Similes, je ne veux pasnon plus passer pour un idéaliste qui verrait la solution dans la suppressioninsensée de toute forme d’enfermement ; d’ailleurs Similes et les parents seplaignent de ne pas être écoutés dans leur appel à l’aide quand ils perçoivent« que ça ne va pas » ; ne sont-ils pas les mieux placés ? Mais il est d’abordimpératif d’apporter des soins valables dans des lieux et des temps adéquats :deuxième plaidoyer.

Il y a une augmentation nette et scandaleuse du nombre et du temps de séjourdes internés dans les annexes psychiatriques des prisons: les établissements deDéfense Sociale ne les acceptent qu’au compte goutte et dans une logiqueimplacable et inflexible du nombre de places (Tournai et Paifve).

Page 70: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 70/76

 

 70

Ces annexes psychiatriques ne peuvent absolument pas être considérées commedes lieux de soins et le dispositif mis place par la circulaire 1800 du 07.06.2007(arrivée d’un personnel qualifié mais sans modifications structurellesd’architecture et d’espace) se révèle insuffisant voire contre productif ; j’ose àpeine évoquer le drame survenu à la prison de Namur le 3 février dernier.

De surcroit, la mise en place de ce dispositif s’est accompagnée d’une séparationtranchée, issue de bons principes mais non justifiable, entre le soin etl’expertise; cette coupure a mis à mal tous les accompagnants de ces internésdoublement infortunés dont on voudrait oublier la globalité de leur espace mentalet tout l’aspect évolutif relationnel et humain.

Par ailleurs nouveaux pestiférés, les internés ne sont quasi jamais admis dansd’autres institutions de soins que les Etablissements de Défense Sociale ; il fautcependant tenir compte de ce qui a été mis en place en Flandre (MSP, HP,accueil pour les délinquants sexuels et pour les handicapés mentaux…)

Il importe donc de créer des véritables centres de soins adaptés tenant comptedu type et de la gravité de la pathologie, dans des conditions de sécuritésuffisamment bonnes.

La solution n’est pas dans une loi, décret ou circulaire mais dans le dégagementde moyens financiers suffisants qui seraient un investissement rentable caréloignant les internés des prisons et les remettant plus rapidement dans lescircuits de soins via « l’article 107 » avec les équipes mobiles d‘intervention.

Dans un pays qui peut se glorifier de grands noms qui ne se sont pas contenté

d’illustrer la criminologie internationale depuis Ducpétiaux en passant par Prins,Vervaeck, Degreeff mais qui sont aussi à l’origine d’initiatives tout à faitnovatrices comme la Loi de Défense Sociale, ne soyons pas en reste, mettons enœuvre à partir de cette loi ou de la loi modifiée (qui devrait toutefois inclure unpsy), les moyens nous permettant d’être dignes de nos prédécesseurs etd’arrêter de « mal traiter » les handicapés et malades mentaux.

Similes, c’est être pareils; reprenons la phrase en exergue du manifeste des 39en France : «Sans la reconnaissance de la valeur humaine de la folie, c’estl’homme même qui disparait ».

Page 71: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 71/76

 

 71

Stefaan DECLERCK, ministre de la Justice

Éliane TILLIEUX, ministre wallonne de la Santé, de l’Égalité deschances et de l’Action sociale

Évelyne HUYTEBROECK, ministre bruxelloise de la Politique de l’aideaux personnes handicapées

Nancy BLEYS, raadgeefster Cabinet van Vlaams Jo Vandeurzen minister

van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin

Greet VAN GOOL, Directrice de Cabinet adjointe, Cabinet de Jean-MarcDELIZÉE, secrétaire d’État à la politique des personnes handicapées

Isabel MOENS, représentante de Laurette ONKELINX, ministre desAffaires sociales et de la Santé publique.

Philippe HENRY de GENERET, cellule COCOM Santé et Fonctionpublique, conseiller de Benoît CEREXHE, ministre bruxellois de laFonction publique, de la Politique de la santé, de la Formationprofessionnelle et des Classes moyennes

Git CEULEMANS, adjunct- Kabinetschef VlaamseGemeenschapscommissie, Kabinet Brigitte GROUWELS, Brusselsminister van Welzijn, Gezondheid, Gezin, Media en Patrimonium

PANELGESPREK

PANEL DE DISCUSSION

Page 72: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 72/76

 

 72

Verslag van het panelgesprek – rapport du panel de discussion

Moderator: Frédéric Deborsu, journalist RTBF

Op 25 februari kwam er een federale wet tegen discriminatie. Onder invloed vande Europese richtlijn werd die vervangen door de wet van 10 mei 2007.Het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding constateert dathandicap de tweede reden voor discriminatie is.

Wanneer in een gevangenis geïnterneerden met een verstandelijke handicapgepest worden door de andere gevangenen, is dit een vorm van discriminatie.Handicap mag nooit een aanleiding zijn voor vrijheidsberoving en vernederendebestraffing, dit staat letterlijk te lezen in het Verdrag der Verenigde Naties inzakede rechten van personen met een handicap.Psychiatrische afdelingen binnen de gevangenis zijn een ramp.

Stefaan De Clerck, Minister van justitie

In maart 2010 werd in de Kamer een nota rond internering besproken. Dit wordtnu echter vertraagd door de politieke crisis.Van de 11.000 gevangenen hoort 10 % niet thuis in een gevangenis. Daarkomen er per jaar 100 bij.

Bijkomende infrastructuur staat op stapel, in totaal gaat het om 8 nieuweprojecten. Zo komen er forensische psychiatrische centra in Gent en Antwerpen,telkens voor 500 personen. De aanbestedingen zijn rond, de werken starten in2011.

Deze centra moeten beantwoorden aan zowel de waarden van een ziekenhuis alsaan die van een gevangenis.

Er wordt nochtans al jaren gewerkt aan een analyse van de problematiek(POCO). In 1999 was er zelfs wetgeving rond, maar die werd nooit uitgevoerd.Men kan beter stoppen met wetten maken als je toch niet zeker bent dat zegerealiseerd worden. De wet van 2007 moet op tafel komen. Men moet nietwachten op de nieuwe regering, maar men moet rechtstreeks teksten bezorgenaan het Parlement. Er moeten afspraken worden gemaakt met Volksgezondheid,de financiering moet worden uitgebreid.Er moeten ook 500 extra opvangplaatsen komen in het externe circuit (breedscala, Beschut Wonen o.a.)

Eliane Tillieux, ministre wallonne de la Santé, de l’Égalité des chances etde l’Action sociale

In Wallonië is de situatie op vlak van educatie en therapie beter dan inVlaanderen: inrichtingen tot bescherming van de maatschappij Les Marronniers te Doornik en Paifve). Zo werken AWIPH en Doornik heel goed samen.

Page 73: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 73/76

 

 73

Evelyne Uytebroeck, ministre bruxelloise de la Politique de l’aide auxpersonnes handicapées

De gevangenissen van Sint-Gillis en Vorst hebben geen lokalen voor vorming.De Brusselse situatie is natuurlijk niet eenvoudig. Er bestaan veel versnipperde

bevoegdheden. Er is samenwerking nodig tussen Vlaamse, Waalse en Brusselsediensten. Creativiteit is hier de oplossing.Ook de interministeriële conferentie kan een oplossing bieden.

Preventie heeft pas slaagkansen wanneer er al vroeg mee begonnen wordt. Hetonderwijs speelt hier een belangrijke rol. Exclusie moet bestreden worden. Ermoet gewerkt worden aan re-integratie.

Nancy Bleys, raadgeefster Cabinet van Vlaams Jo Vandeurzen ministervan Welzijn, Volksgezondheid en Gezin 

Er beweegt al veel in Vlaanderen. De Centra voor Geestelijke Gezondheidszorghebben al specifieke projecten voor seksuele delinquenten lopen. Er zijn ook deprojecten in Zwart Goor5.

De verschillende terreinen moeten samenwerken in plaats van de hete aardappelnaar mekaar door te schuiven.Psychiatrie, gehandicaptenzorg en justitie moeten manieren zoeken om samen tewerken.

Kenniscentra moeten opgericht worden, net als meer inreach en outreach

projecten. Een strategisch plan rond hulp aan geïnterneerden moet uitgebreidworden voor personen met een handicap.

Isabelle Moens, représentante de Laurette ONKELINX, ministre des Affairessociales et de la Santé publique.

Expertise van de gerechtspsychiaters moet kwalitatiever naar personen met eenhandicap toe. Er moet een betere betaling worden voorzien.Er moet ook financiering komen om mobiel te gaan werken, bijvoorbeeld doorbezoeken aan gevangenis. Geen financiering volgens het aantal bedden.Bierbeek en Doornik beschikken over speciale units.Hoe dan ook, alle geïnterneerde personen moeten therapie krijgen of ze nu een

 juridische stempel dragen of niet.

Bij personen met een verstandelijke handicap en een psychiatrische aandoeningligt teveel de nadruk op hun paria-gehalte. Veel deuren blijven voor hengesloten.Er moeten zorgcircuits opgebouwd worden rond deze personen. Alle betrokkenactoren moeten hiervoor samen overleggen, op alle niveaus, ook politiek,bijvoorbeeld in ministeriële conferenties.

5Ambulante Begeleiding Aan Geïnternerden met een verstandelijke beperking in de Gevangenis (A.B.A.G.G.)

en  Amanis, residentiële unit voor geïnterneerden met een verstandelijke beperking.

Page 74: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 74/76

 

 74

Greet Van Gool, Directrice de Cabinet adjointe, Cabinet de Jean-MarcDELIZÉE, secrétaire d’État à la politique des personnes handicapées

Het middenveld, de maatschappij erbij betrekken.

Preventie seksuele delinquentie heeft te lijden onder de taboesfeer die nogsteeds rond seks hangt. Re-integratie: sneller opstarten van sociale uitkeringenvoor gehandicapten na vrijlating.

Diensten moeten aangepast worden aan personen en niet omgekeerd.

Philippe Henry de Generet, cellule COCOM Santé et Fonction publique,conseiller de Benoît CEREXHE, ministre bruxellois de la Fonctionpublique, de la Politique de la santé, de la Formation professionnelle etdes Classes moyennes

Gezondheidszorg zorgt voor 15 % voor het welbevinden van een persoon.Andere factoren: tewerkstelling, inclusie binnen de maatschappij

De focus moet steeds liggen op personen met minder slaagkansen. Mensen die inarmoede leven, hebben 4 à 5 jaar minder levensverwachting.

We moeten weg uit een maatschappij waarin emoties een te grote rol spelen(o.m. onder invloed van de media), we moeten evolueren naar een maatschappijvan de rede, het verstand.

Tevens moet men bereid zijn risico’s te nemen.

Page 75: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 75/76

 

 75

Vragen vanuit de zaal

•  Waarom niet overal zorgexpertise binnenbrengen in allegevangenissen, naar het voorbeeld van Gent (project Obra)?

S. Declerck: de inbreng van derden zal groter worden in de nieuwe instellingenvan Gent en Antwerpen. Het is beter te zorgen voor lange termijnoplossingen inop maat gemaakte gebouwen -> dit krijgt absolute prioriteit. Tussentijds kunnener ook lokale projecten in de bestaande gevangenissen worden georganiseerd.

De kennis van de zorgsector wordt gebruikt in de gevangenis, waardoor hetleven daar aangenamer wordt. De zorg wordt daar door derden gegeven.Op lange termijn zullen deze instellingen worden uitgebaat door de privé-sector,een onomkeerbaar proces. Er is no way back.

•  Wat met personen met een verstandelijke beperking invoorhechtenis? (vraag aan minister De Clerck)

Rechters beslissen wie binnen en buiten gaat.POCO: zo snel mogelijk goede analyse maken (observatie, diagnose)

De infrastructuur van psychiatrische afdelingen moet verbeterd worden. Nu is hetdaar nog 19de-eeuws. Meestal bevinden ze zich in annexen.

•  Waarom zijn psychiaters uit de strafuitvoeringsrechtbankgeschrapt?

Minister De Clerk: Dit wordt nog besproken, dit kan voorzien worden.

Binnen Vredegerechten moeten magistraten meer dialogeren met mensen uit dezorgsector. Door deze gedachtewisseling zullen besluiten tot internering anderszijn.

Er zijn geen plaatsen voor geïnterneerde personen in voorzieningen. Men is bangom ze op te nemen, omdat ze soms agressief gedrag vertonen.

Time-outs buiten de instellingen kunnen een oplossing zijn, zo kan het personeeleven bekomen, net als de cliënt.

Agressie is geen psychiatrische problematiek.Collocatie is hier nefast.Mobiele teams kunnen een preventieve rol spelen.

Page 76: Actescolloque25-02-11

5/9/2018 Actescolloque25-02-11 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/actescolloque25-02-11 76/76

 

 76