PALLIATIVE CARE INAMI Service des soins de santé 23 novembre 2004

PALLIATIVE CARE

INAMI

Service des soins de santé

23 novembre 2004

Inami - journée d'étude soins palliatifs - 23 novembre 2004

2

JOURNÉE D’ÉTUDE

Les soins palliatifs dans le cadre de

l’assurance soins de santé

en Belgique :

Bilan et perspectives


3

OBJECTIFS

1. ÉVALUATION GLOBALE DES MESURES INAMI

2. ÉVALUATION DU STATUT DU PATIENT PALLIATIF

3. NÉCESSITÉ DES PRESTATIONS DE KINÉSITHERAPIE - ANALYSE

4. NÉCESSITÉ DES CENTRES DE JOUR SÉPARÉ VERSUS INTEGRATION DANS LE SECTEUR MRS-MRPA - ANALYSE


4

ANALYSE CHIFFRÉE

Sur base de

• 2 enquêtes - 3 organismes assureurs - environ 82% de l’ensembel de l’information

• Statistiques régulières - pseudo-codes - forfaits soins à domicile

• Analyse du groupe cible: TOTALITÉ des patients palliatifs décédes en 2003


5

RAPPORT - RÉSUMÉ

• PARTIE 1 - OBJECTIF “ÉVALUATION GLOBALE”

• PARTIE 2 - ÉVALUATION DU STATUT DU PATIENT PALLIATIF

• PARTIE 3 - NÉCESSITÉ DE REMBOURSEMENT DES PRESTATIONS DE KINÉSITHÉRAPIE ?

• PARTIE 4 - INTÉGRATION DES CENTRES DE JOUR DANS LE SECTEUR MRS-MRPA ?

• PARTIE 5 - APERÇU DE LA RÉGLEMENTATION

• PARTIE 6 - ANALYSE CHIFFRÉE

• DISPOSITIONS FINALES


6

RÉSUMÉ - PARTIE 1 - ÉVALUATION GLOBALE

1. Équipes d’accompagnement multidisciplinaires - 1998

2. Forfait palliatif - 1999

3. Soins à domicile - 2001

4. Secteur MRS-MRPA - 2001

5. Centres de jours de soins palliatifs - 2002

6. Suppression de l ’intervention personnelle pour la visite du médecin généraliste - 2002


7

Multidisciplinaire begeleidingsequipes (MBE) - 1998

28 conventions entre les équipes et le Comité d’assurance

équipes (INAMI) associations (Santé publique)

mission de l’ équipe :– donner des avis sur les soins palliatifs

– assumer certains aspects des soins : exceptionnel, avec l’accord du médecin


8

Équipes multidisciplinaires - suite 1

activités essentielles : – concertation avec dispensateurs + donner avis – organisation et coordination des soins (faire les rendez-vous)

– support psychologique des dispensateurs – assumer certains aspects des soins : exceptionnel

activités secondaires : – formation et accompagnement des volontaires– accueil téléphonique du patient et de son entourage


9


Évolution du nombre de forfaits :

1999 2.430

2000 4.030

2001 4.720

2002 5.356

2003 5.881 Forfait : en moyenne 1.636 EUR Évaluation globale :

– dossier individuel du patient– rapport annuel d’activités


10


Evolution du cadre de personnel

En théorie

2,6 VTE par 200.000 habitants

accompagnement de minimum 100 patients palliatifs

Evolution: – 1999 73 ETP– 2003 122 ETP– élevé de 67%– capacité restante 10% ou 13 ETP– 11 équipes ont la possibilité d’élargir


11


Patiëntenkarakteristieken (2002) :– 42% van patiënten met palliatief forfait zijn gevolgd door

een equipe– 74% is ouder dan 60 jaar - 48 patiënten zijn jonger dan

20 jaar– bij gemiddeld 80% is er een kankerproblematiek– 62% is getrouwd of samenwonend - 17% alleenstaand– plaats van overlijden : 62% thuis - 11% ziekenhuis– gemiddelde begeleidingsduur is 63 dagen – aantal samenwerkende huisartsen (> 4000)

• 70% huisartsen volgt 1 patiënt

• 18% volgt 2 patiënten


12


Activiteiten equipes (2002) :

– arbeidstijd varieert van 88 uur tot 1.349 uur per VTE

– gewogen gemiddelde arbeidstijd : 565 uur per VTE

– 15 van 27 equipes liggen onder gewogen gemiddelde

– “normale” jaarlijkse arbeidstijd : 1.710 uren per VTE


13









14

FORFAIT PALLIATIF - 1999

Affection(s) irréversible(s) - phase palliative Espérance de vie qui reste :

> 24 heures et < 3 mois Intention de mourir à domicile Formulaire de demande suffit : le médecin

généraliste déclare l’ état palliatif du patient Depuis 1999 : forfait d’une valeur de 483,39 EUR


15

FORFAIT PALLIATIF - suite 2

Evolution des demandes de forfait et des déces :

2001 2002 2003

première demande de forfait 9.249 10.432 10.701 renouvellement 2.285 3.713 4.069

déces < 30 jours 45,1% 44,4% déces < 60 jours 57,1% 56,2%

demandes de forfait

moyenne mensuelle 961 1179 1231


16

PALLIATIEF FORFAIT - vervolg 2

Tabel 10 : Plaats van overlijden2001 2002 2003

plaats van overlijden :overlijden in ziekenhuis 17% 19%

overlijden buiten ziekenhuis 83% 81%

overlijden buiten ziekenhuis:overlijden thuis 53% 53%

overlijden elders 30% 28%Bron : RIZIV – Dienst voor geneeskundige verzorging - actuariaat


17

PALLIATIEF FORFAIT - vervolg 3

Grafiek 5 : verdeling van overlijdens van palliatieve patiënten in functie van plaats van overlijden[zonder of met thuisverpleging]

45,32

24,74

29,95

56,46

16,41

27,13

0

10

20

30

40

50

60

Maison Hôpital Ailleurs

plaats van overlijden

% o

ve

rlij

de

ns

sans soins à domicile

avec soins à domicile


18

PALLIATIEF FORFAIT - vervolg 4Grafiek 19 : rol van de multidisciplinaire equipes

17

54

75

19

53

68

0

10

20

30

40

50

60

70

80

mort à l'hôpital soins kinés soins infirmiers

% p

allia

tiev

e p

atië

nte

n

équipes

référentiel

41,72% van de palliatieve patiënten zijn in contact geweest met een pluridisciplinaire equipe.


19









20

SOINS À DOMICILE - 2001

Analyse de la :

population des patients avec forfait palliatif en 2003

68% de ces patients recoivent des soins à domicile

1.200 patients en moyenne recoivent de soins à domicile quotidiennement


21

SOINS À DOMICILE - suite 1

Nieuwe verstrekkingen :

forfaitaire honoraria PA, PB en PC

supplementair honorarium PN

forfait als daggrensbedrag PP


22


Tabel 12 : De huidige (1 juli 2004) honoraria voor thuisverpleging zijn (in EUR) :Week Weekend

Forfait PA 40,76 (26,44) 60,85 (39,77)Forfait PB 43,99 (16,78) 65,49 (25,09)Forfait PC 54,00 (16,78) 80,54 (25,10)Supplementair honorarium PN 26,44 39,78

Bron : RIZIV – Dienst voor geneeskundige verzorging - actuariaat


23


Prestaties thuisverpleging bij 68% van patiënten met palliatief forfait

Dagelijks gemiddeld 1.200 patiënten met thuisverpleging

38% van de patiënten met thuisverpleging zijn nog in leven na 60 dagen - tegenover 44% indien geen thuisverpleging

Specifieke pseudo-codes : onvolledig ingevuld


24

SOINS À DOMICILE - suite 4Grafiek 2 : verdeling van palliatieve patiënten met thuisverpleging

in functie van het aantal dagen thuisverpleging

0

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15

16

17

18

5 15

25

35

45

55

65

75

85

95

10

5

115

12

5

13

5

14

5

15

5

16

5

17

5

18

5

19

5

20

5

21

5

22

5

23

5

24

5

25

5

26

5

27

5

28

5

29

5

30

5

31

5

32

5

33

5

34

5

35

5

36

5

klassebovengrens van het aantal dagen thuisverpleging per interval van 5

% p

ati

ën

ten

pe

r k

las

se


25


Grafiek 4 : percentages van ziekenhuisverblijven van palliatieve patiënten [zonder of met thuisverpleging]

30,06

42,98

29,91

43,40

0

5

10

15

20

25

30

35

40

45

un SHO plus d'un SHO

aantal ziekenhuisverblijven

% p

ati

ën

ten

sans soins à domicile

avec soins à domicile


26









27

SECTOR ROB - RVT - 2001

DOELSTELLING

Ontwikkeling palliatieve zorgcultuur en sensibilisering personeel

Adviezen geven aan zorgpersoneel

Bijwerken van kennis voor personeel van betrokken instellingen


28

SECTEUR MRS - MRPA - 2001

financement via le groupe cible des patients lourdements dépendants - en phase terminale (catégorie B, C of Cd)

forfait 0,28 EUR (en 2004) par jour et par patient de catégorie de dépendance B, C of Cd ………... lorsque l’ établissement répond à certaines conditions


29

SECTOR ROB - RVT - vervolg 2

Het forfait is bestemd voor inrichtingen met een afdeling die een bijzondere erkenning heeft

als “rust- en verzorginstehuis” met in verhouding 40% of meer patiënten met

afhankelijkheidscategorie B, C of Cd … en bovendien minstens 25 patiënten van categorie B, C of Cd (gemiddeld op jaarbasis)

Jaarbudget 2003 : 6.185.327 EUR 71% is bestemd voor RVT-patiënten en 29% voor

ROB-patiënten


30

SECTEUR MRS - MRPA - suite 1

CONSTATATIONS :

– “domicile de substitution” mais le patient n’a pas le droit au forfait palliatif ou à la suppression de l’intervention personnelle pour les visites du médecin généraliste

– réactions positives relatives à la collaboration avec les équipes

– personne de référence par institution– il manque l’évaluation de la formation


31









32

CENTRES DE JOUR DE SOINS PALLIATIFS - 2002

Phase expérimentale - durée 3 ans

Groupe cible :– patients palliatifs dont l’état de santé général est

mauvais (incurable) - phase terminale– espérance de vie maximale de 6 mois

Il y a 10 centres de jours de soins palliatifs conventionnés (un centre a supprimé l’activité)

Evaluation intermédiaire : – expiration des conventions le 31/12/04


33

CENTRES DE JOUR DE SOINS PALLIATIFS - suite 1

Évaluation : – nombre de prises en charge : 223 décisions favorables

du Collège (294 demandes) entre 01/2002 et 04/2004

– 173 femmes et 121 hommes

Indications lors de la prise en charge (sondage restreint) :

– niveau de dépendance: de 0 à C

– indications médico-thérapeutiques antérieures rares, besoin d ’un soutien psycho-social très fréquent


34

DAGCENTRA PALLIATIEVE VERZORGING - vervolg 2

Grafiek 21 : Leeftijdsdistributie in dagcentra voor palliatieve verzorging

0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

10-19 20-29 30-39 40-49 50-59 60-69 70-79 80-89 90-100


35

CENTRES DE JOUR DE SOINS PALLIATIFS - suite 2

Taux d’occupation :

ANNEE 2002 ANNEE 2003

MINIMAL 1,2% 0,3% MAXIMAL 61,4% 55,4%

MOYEN 20,4% 24,9%

Taux d'occupation "normal" prévu par la convention: 80%


36









37

SUPPRESSION DE L’INTERVENTION PERSONNELLE DE LA VISITE DU MÉDECIN GÉNÉRALISTE - 2002

Évaluation-analyse : groupe cible patients avec forfait palliatif en 2003 répartition des visites à domicile en :

– codes palliatifs et – codes non-palliatifs


38

AFSCHAFFING REMGELD VOOR BEZOEK HUISARTS - vervolg 1

Grafiek 15 : verdeling van palliatieve patiënten in functie van de nomenclatuurcode[algemeen codenummer of specifieke palliatieve code]

45%

55%

généraux

spécifiques


39


Grafiek 16 : verdeling van de gevallen betreffende palliatieve patiënten in functie vande nomenclatuurcode

[algemeen codenummer of specifieke palliatieve code]

62%

38%

généraux

spécifiques

Er moet evenwel rekening gehouden worden met het feit dat naar schatting bij elke palliatieve patiënt drie verschillende nomenclatuurcodes geattesteerd werden.


40


Grafiek 13 : verdeling van geneesheren in functie van het aantal bezoeken per palliatieve patiënt

0

5

10

15

20

25

30

1 4 7

10

13

16

19

22

25

28

31

34

37

40

43

46

49

52

55

58

61

64

67

70

73

77

82

88

93

99

10

4

110

12

9

14

7

19

1

32

0

aantal bezoeken per palliatieve patiënt

% g

en

ee

sh

ere

n


41

SUPPRESSION DE L’INTERVENTION PERSONNELLE DE LA VISITE DU MÉDECIN GÉNÉRALISTE - suite 2

CONSTATATIONS :

Le corps médical est insuffisament informé de l’introduction de codes de nomenclature spécifiques pour la visite à domicile de patients palliatifs

La grande majorité des médecins ne sont confrontés que de manière sporadique aux soins à dispenser à des patients palliatifs à domicile


42

RAPPORT - RÉSUMÉ




• PARTIE 4 - INTÉGRATION DES CENTRES DE JOURS DANS LE SECTEUR MRS-MRPA ?





43

PARTIE 2 - ÉVALUATION DU STATUT DU PATIENT PALLIATIF

“Statut du patient palliatif” comme base d’autres mesures SSI

Trois parties cruciales : – être malade en phase terminale – nécessitant des soins lourds – la notion “à domicile”


44

RAPPORT - RÉSUMÉ









45

PARTIE 3 - NÉCESSITÉ DES

PRESTATIONS DE KINÉSITHÉRAPIE ?

L’importance de la kinésithérapie dans les soins palliatifs :

– respiratoire– côntrole de la douleur - sédation palliative – autonomie – psychosocial


46

DEEL 3 - NOODZAAK KINE-VERSTREKKINGEN - vervolg 1

Grafiek 8 : doelgroepen van palliatieve patiënten per verzorgingstype[kinesitherapie ; thuisverpleging ; beide]

39,96

67,93

53,28

0

10

20

30

40

50

60

70

KINE INF KINE&INF

% p

ati

ën

ten


47


Tabel 17 : Plaats van kinesitherapieverstrekkingen in percentagesPlaats van verstrekking Percentage

RustoordenKabinetMindervalidenRevalidatieThuisZiekenhuis

1 %12 %

0 %0 %

23 %64 %



48


Tabel 18 : Type van tegemoetkomingscategorie - kinesitherapieType van categorie percentage

C = courante aandoeningenE = aandoeningen E-lijstF = aandoeningen F-lijst

67 %20 %12 %



49

RAPPORT - RÉSUMÉ









50

DEEL 4 - INTEGRATIE DAGCENTRA PALLIATIEVE VERZORGING IN

SECTOR ROB - RVT ?

Soorten dagcentra :

FEDERAAL Dagcentra voor palliatieve verzorging (sector revalidatie) Centra voor dagverzorging (sector ROB-RVT)

GEMEENSCHAPPEN/GEWESTEN Dagverzorgingscentra


51

PARTIE 4 - INTEGRATION DES CENTRES DE JOURS POUR SOINS PALLIATIFS DANS LE SECTEUR

MRS - MRPA ?

Comparaison entre centres de jours pour soins palliatifs (secteur de réadaptation) et centres de soins de jours (secteur MRS-MRPA) :

– forfait • centres de jours pour soins palliatifs (forfait all-in) : 100-150 EUR

• centres de soins de jours MRS-MRPA : 27 EUR


52

INTEGRATION DES CENTRES DE JOURS POUR SOINS PALLIATIFS

DANS LE SECTEUR MRS - MRPA ? suite 1

– difference fondamentale sur le plan conceptuel• secteur de réadaptation : forfait all-in

• secteur MRS-MRPA : remboursement du coût des soins

– cadre de personnel • centres de jours pour soins palliatifs : plus élevé en ce qui concerne

le nombre et la formation

– groupe cible • en grande partie concordant en ce qui concerne la dépendance de

soins

• différent en ce qui concerne le critère espérance de vie

Grande-Brettagne - Belgique :

différence fondamentale de l’offre des soins professionels à domicile


53

RAPPORT - RÉSUMÉ








PROJET SOINS PALLIATIFS

FIN

Documents

PALLIATIVE CARE INAMI Service des soins de santé 23 novembre 2004